Financiële problemen bij thuiszorginstellingen
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DLZ-K-U-2863604
22 juli 2008
Antwoorden van staatssecretaris Bussemaker op kamervragen van het
Kamerlid Agema over financiële problemen bij thuiszorginstellingen.
(2070824610 )
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht `Meeste thuiszorginstellingen in
financiële problemen'? 1)
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat het uiterst zorgelijk is dat de verwachting is
dat alle thuiszorginstellingen gezamenlijk een verlies zullen boeken
van 96 tot 165 miljoen euro door diverse bezuinigingsoperaties van
Rijk, gemeenten en zorgverzekeraars? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 2
De verwachting voor 2008 is opgenomen in een rapport van
PricewaterhouseCoopers (PWC) dat in opdracht van Actiz is opgesteld.
In het rapport wordt zowel inzicht gegeven in het exploitatieresultaat
2007 als in de vermogenspositie van de instellingen. Uit het rapport
komt naar voren dat in 2007 een licht negatief resultaat is geboekt
van gemiddeld -0,8%. Per saldo resulteert een budgetratio (eigen
vermogen ten opzichte van de jaarlijkse omzet) van 11,6%. Mijn analyse
is dat de sector vorig jaar weliswaar een (beperkt) verlies heeft
geleden maar dat de vermogenspositie nog sterk genoeg is en er geen
dreiging is van een groot aantal faillissementen.
De verwachting van de sector dat het verlies zal toenemen in 2008 zal
ik betrekken in het overleg met Actiz. Zoals ik in mijn brief van 8
juli jl (DLZ/SFI/2859714) heb aangegeven zal ik in overleg treden met
Actiz, om te vernemen hoe de sector omgaat met de veranderingen in de
thuiszorgmarkt.
In het verwachte negatieve exploitatieresultaat is overigens nog geen
rekening gehouden met de extra middelen die in de tweede helft van
2008 nog beschikbaar komen (onder meer EUR 25 mln. aan
herverdelingsbudget en ca EUR 250 mln. kwaliteitsmiddelen Verpleging
en verzorging).
Vraag 3
Wat gaat u hiertegen ondernemen? Hadden deze problemen voorkomen
kunnen worden als de 228 miljoen euro onderbesteding uit 2007 wel door
gemeenten waren gereserveerd gebleven voor de Wet maatschappelijke
ondersteuning (Wmo)? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 3
Zoals ik in antwoord op vraag 2 heb aangegeven zie ik geen aanleiding
om nu aanvullende maatregelen te nemen, maar zal ik wel met Actiz van
gedachten wisselen over de situatie in de thuiszorg. Daarbij is de
relatie met de Wmo zeker van belang maar niet de enige factor. Uit de
rapportage van PWC blijkt dat slechts 10% van de omzet van de
onderzochte instellingen betrekking heeft op activiteiten in het kader
van de Wmo.
Een deel van de onderuitputting Wmo ontstaan in 2007, kent haar
oorsprong in de vergrote inzet van alfahulpen. Het budget 2009 is met
de gemaakte afspraken over het overschot voldoende om adequaat aan de
wetswijziging Wmo en het te verwachten effect bij de zorg in natura
tegemoet te komen. Deze middelen zullen daarmee alsnog in het kader
van de Wmo worden ingezet.
1) Nu.nl, 2 juli 2008: `Meeste thuiszorginstellingen in financiële
problemen