Antwoorden op kamervragen van Kamerlid Leijten (SP) over klantenstops thuiszorg
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DLZ-K-U-2861731
22 juli 2008
Antwoorden van staatssecretaris Bussemaker op de vragen van het
Kamerlid Leijten (SP) over klantenstops thuiszorg (2070824100).
Vraag 1
Wat is uw reactie op de uitspraken van de zorgkoepels Actiz en
Branchebelang Thuiszorg Nederland, dat steeds meer
thuiszorginstellingen uit geldgebrek geen nieuwe cliënten kunnen
aannemen? 1)
Antwoord 1
Het zorgkantoor is verantwoordelijk voor de zorgleverantie in de regio
aan cliënten met een AWBZ-indicatie. Om in deze taak te voorzien
worden contracten afgesloten met zorgaanbieders, die in de regio deze
benodigde zorg kunnen leveren. In het verleden heeft een aantal
zorgaanbieders zorg geleverd boven het maximum van de
productieafspraak, vanuit de verwachting dat deze overproductie alsnog
zal worden vergoed na afloop van het jaar. In 2007 heeft de NZa
uitdrukkelijk vooraf aangegeven dat deze overproductie niet vergoed
wordt. Dit heeft als logisch gevolg dat de zorgaanbieders meer alert
zijn op de grenzen van het aan hen toegewezen budget. Hierdoor krijgen
ook andere zorgaanbieders meer ruimte om de met hen gecontracteerde
zorg te kunnen leveren.
Vraag 2
Deelt u de stelling dat zorgbehoevenden daardoor meer moeite hebben
een thuiszorgaanbieder te vinden voor huishoudelijke hulp, voor
verpleging of voor persoonlijke verzorging? Zo ja, wat gaat u
ondernemen? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 2
De zorgbehoevenden kunnen zich wenden tot het zorgkantoor, die hen op
de hoogte brengt van het actuele zorgaanbod. Ook via internet zal dit
zorgaanbod per regio beschikbaar zijn. Hierover heb ik begin dit jaar
afspraken gemaakt met zorgverzekeraars Nederland (ZN). Indien de
AWBZ-cliënt gebruik maakt van de service van het zorgkantoor hoeft het
niet meer moeite te kosten om een thuiszorgaanbieder te vinden.
Vraag 3
Deelt u de mening van de directeur van BTN dat het een probleem is dat
er steeds meer zorg moet worden geleverd voor minder geld? Zo ja, wat
gaat u hieraan doen? Zo neen, bent u van mening dat de budgetten
voldoende zijn en zo ja, hoe vangen we extra vraag op terwijl er
budgetfinanciering is?
Antwoord 3
Het is onjuist dat er steeds meer zorg moet worden geleverd voor
minder geld. Jaarlijks wordt het AWBZ-budget opgehoogd met de
zogenaamde groeiruimte om de extra vraag te kunnen opvangen. Er is dus
geen sprake van gelijkblijvende budgetten. In de komende jaren (tot en
met 2011) zullen de uitgaven van de AWBZ met ruim EUR 2 mld. toenemen.
Vraag 4
Bent u bereid er bij zorgkantoren op aan te dringen dat zij een
zorgplicht hebben, en dus verplicht zijn mensen door te verwijzen naar
andere instellingen die nog geen klantenstop hebben? Zo neen, waarom
niet?
Antwoord 4
Periodiek heb ik overleg met Zorgverzekeraars Nederland waarbij ook de
zorgplicht aan de orde komt. Zoals ik in het antwoord op vraag 2 heb
aangegeven, heb ik begin dit jaar met ZN gesproken over de
dienstverlening aan cliënten. Ook schriftelijk heeft ZN aangegeven dat
(door)verwijzing van cliënten naar zorgaanbieders een belangrijk
onderdeel is van het takenpakket van zorgkantoren (ZN 2008/0002;
18-2-2008). Over deze inzet van zorgkantoren heb ik uw Kamer op 22
april 2008 (DLZ/SFI/2842469) geïnformeerd.
1) Spits, 25 juni 2008