Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Inhoud pagina: Antwoorden op kamervragen over corruptie op de Antillen
11 juli 2008
Antwoorden op kamervragen van het lid Brinkman (PVV) aan de
staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en aan
de minister van Justitie over corruptie op de Antillen. (Ingezonden 26
juni 2008)
1. Vraag
Kent u het bericht "Corruptie Antillen: Bijleveld geeft PVV gelijk"?
1)
1. Antwoord
Ja.
2. Vraag
Hoe vaak hebt u verdenkingen van corruptie direct doorgestuurd naar de
procureur-generaal en wat heeft deze er vervolgens mee gedaan?
2. Antwoord
In 2007 heb ik het Zwartboek Bonaire doorgestuurd naar de
procureur-generaal van de Nederlandse Antillen. Onlangs heb ik ook de
nota van het lid Brinkman, "De Antillen... Maffia binnen het
Koninkrijk?" naar het Antilliaanse Openbaar Ministerie doorgezonden.
Een besluit tot instelling van onderzoek en zonodig vervolging betreft
een autonome Antilliaanse aangelegenheid.
3. Vraag
Welke juridische en politieke mogelijkheden zijn er tegen
corruptiegevallen, zoals vriendjespolitiek, nepotisme en
zelfverrijking? Kan justitie deze zaken vervolgen en zo ja, hoe vaak
is dit de afgelopen vijf jaar in de Nederlandse Antillen en Aruba
gebeurd?
3. Antwoord
Vervolging van corruptiezaken betreft een autonome Antilliaanse c.q.
Arubaanse aangelegenheid. Ik heb daarom geen inzicht in de aantallen
zaken. Ik kan u wel melden dat zowel in de Nederlandse Antillen als in
Aruba corruptie, bijvoorbeeld in de vorm van fraude of omkoping,
strafbaar is gesteld. De Openbaar Ministeries in de Nederlandse
Antillen en Aruba hebben dus de mogelijkheid om corruptiezaken te
onderzoeken en zonodig over te gaan tot vervolging. Dit gebeurt ook.
Hoewel ik geen formele bevoegdheden heb ten aanzien van de aanpak van
corruptie in de Nederlandse Antillen en Aruba, spreek ik de regeringen
van beide landen hier wel op aan tijdens mijn bezoeken. Ik verleen
bovendien op diverse terreinen ondersteuning, zoals ik ook in mijn
brief van 20 maart 2008 (31 200 IV, nr. 34) uiteen heb gezet. Ten
slotte moeten de nieuw te vormen landen, Curaçao en Sint Maarten,
voldoen aan diverse criteria op het terrein van deugdelijk bestuur.
Deze criteria heb ik u bij bovengenoemde brief doen toekomen. Naar
aanleiding van uw brief van 25 juni jl. zal ik u hier in oktober 2008
nader over informeren.
1) Internetsite Elsevier.nl, 25 juni 2008.
Toelichting
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen ter zake van het
lid Brinkman (PVV), ingezonden 26 juni 2008 (vraagnummer 2070823860)
Naar boven
---
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties