9a0b8c.
jpg
LET OP: EMBARGO TOT 17 JULI 2008 - 16.30 UUR
Hierbij ontvangt u - ONDER EMBARGO - het nieuwste gezamenlijke persbericht van Unicef en de Wereldgezondheidsorganisatie.
* * * *
UNICEF EN WHO: TOEGANG TOT SANITAIRE VOORZIENINGEN TE BEPERKT
17 juli 2008, New York/Genève - Meer dan 2,5 miljard mensen kunnen geen gebruikmaken van behoorlijke sanitaire voorzieningen en bijna 1,2 miljard mensen moeten hun behoefte in de openlucht doen, blijkt uit een gezamenlijk rapport van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en Unicef. Beide organisaties houden de voortgang van de beschikbaarheid van schoon water en sanitaire voorzieningen in de gaten en rapporteren daar regelmatig over.
Het rapport, met als titel 'Progress on Drinking Water and Sanitation - Special Focus on Sanitation' verschijnt halverwege het Internationale Jaar van de Sanitatie. De onderzoekers bekeken hoe het is gesteld met de beschikbaarheid van drinkwater en sanitaire voorzieningen op wereldwijd, regionaal en landelijk niveau. De nadruk werd gelegd op de tendens in het gebruik van sanitaire voorzieningen en het helemaal ontbreken van toiletten, zodat mensen hun behoefte in de openlucht moeten doen.
Ook is de beschikbaarheid van schoon water weergegeven. In het rapport is te zien hoe groot het percentage huishoudens is dat is aangesloten op een waterleiding, hoeveel mensen beschikken over voorzieningen als handpompen en hoeveel wereldburgers het helemaal zonder schoon water moeten stellen.
Water: het gaat de goede kant op
Uit het rapport blijkt dat 87 procent van de wereldbevolking toegang heeft tot schoon drinkwater. Het aantal mensen dat wereldwijd geen toegang heeft tot voorzieningen voor schoon drinkwater is tot onder de 1 miljard gedaald (circa 884 miljoen mensen). Dat is voor het eerst sinds men in 1990 is begonnen met het bijhouden van cijfers op dit gebied. Als de huidige ontwikkeling zich zo voortzet, zal in 2015 meer dan 90 procent van de wereldbevolking beschikken over schoon drinkwater.
Het rapport benadrukt de ongelijkheid voor mensen binnen landsgrenzen, vooral tussen inwoners van steden en plattelandsgebieden. Wereldwijd hebben ongeveer 746 miljoen mensen op het platteland geen veilige waterbron, tegenover circa 137 miljoen stedelingen.
Sanitaire voorzieningen: nog veel te doen
Hoewel het aantal mensen dat hun behoefte in de openlucht moet doen wereldwijd afnam (van 24% in 1990 tot 18% in 2006), hebben 1,2 miljard mensen geen toegang tot een toilet. Vooral in zuidelijk Azië moeten velen hun behoefte in de openlucht doen: het gaat in deze regio om 778 miljoen mensen.
In gebieden waar slechte of helemaal geen toiletten zijn, lopen vooral kinderen het risico ziek te worden. Ze krijgen bijvoorbeeld diarree, voor kinderen onder de vijf jaar een van de belangrijkste doodsoorzaken.
"Als er niets verandert, zullen in 2015 nog altijd meer dan 700 miljoen mensen geen toegang hebben tot sanitaire voorzieningen. Daarmee is het betreffende Millenniumdoel dan niet gehaald", zegt Ann M. Veneman, directeur van Unicef Internationaal. "Zonder ingrijpende verbeteringen, gaat er veel verloren."
Toch maken meer en meer mensen gebruik van verbeterde sanitaire voorzieningen, zodat wordt voorkomen dat ontlasting in aanraking komt met waterbronnen en voedsel en zo ziektes veroorzaakt. "Tegenwoordig hebben we allerlei goedkope mogelijkheden voor sanitaire voorzieningen", zegt Dr. Margaret Chan, directeur van de WHO. "Steeds meer regeringen zijn vastbesloten de gezondheidszorg in hun land te verbeteren door de armste bevolkingsgroepen te voorzien van schoon drinkwater en goede sanitaire voorzieningen."
Echte verbetering in toegang tot schoon drinkwater heeft zich voorgedaan in veel landen van zuidelijk Afrika. Volgens het rapport liggen zeven van de tien landen die de snelste vooruitgang hebben geboekt in Afrika beneden de Sahara. Het zijn: Burkina Faso, Namibië, Ghana, Malawi, Uganda, Mali en Djibouti. Ook Benin, Kameroen, de Comoren, Mali en Zambia gaan snel vooruit, maar deze landen moeten nog veel doen om het Millenniumdoel voor sanitaire voorzieningen te behalen.
* * * *
Unicef