Gerechtshof Arnhem


Twintig jaar cel voor moord op oud-gemeenteraadslid Varik

Arnhem, 16 juli 2008 - De rechtbank Arnhem heeft een 35-jarige man zonder vaste woon- of verblijfplaats veroordeeld tot een gevangenisstraf van twintig jaar wegens moord op een 58-jarige man, vijfmaal afpersing en twee diefstallen. De officier van justitie had deze straf tijdens de zitting op 2 juli 2008 tegen de man geëist wegens gekwalificeerde doodslag (art 288 Sr).

Het slachtoffer had de verdachte op 2 december 2007 bij het slachtoffer thuis ontvangen met de bedoeling om tegen betaling seks met hem te hebben. Na het seksuele contact ontstond een conflict over de betaling. Het conflict liep uit de hand en verdachte sloeg het slachtoffer met een wijnfles op zijn hoofd, waardoor het slachtoffer neerging. Aanvankelijk wilde de verdachte daarna de auto van het slachtoffer meenemen, maar hij zag daarvan af. Wel ging verdachte nog tweemaal van de beneden- naar de bovenverdieping van de woning met de bedoeling het slachtoffer met slaan en trappen uit te schakelen. De verdachte verliet de woning terwijl het slachtoffer nog in leven was, met medeneming van de portemonnee en de mobiele telefoon van het slachtoffer, en na de vaste telefoon onklaar te hebben gemaakt. Aansluitend heeft de verdachte voor zijn betalingen gebruik gemaakt van de meegenomen chippas van het slachtoffer. Het slachtoffer is uren later aan het toegebrachte ernstige letsel bezweken. De rechtbank concludeert tot voorwaardelijk opzet op de dood van het slachtoffer en oordeelt dat verdachte tijd heeft gehad om te overdenken waar hij mee bezig was, zodat er sprake is van voorbedachte raad.

De rechtbank spreekt de verdachte vrij van het primair tenlastegelegde: gekwalificeerde doodslag. De rechtbank vind dat er onvoldoende bewijs aanwezig is voor de stelling dat de doodslag is gepleegd met het oogmerk van diefstal.

Bij de strafoplegging hield de rechtbank rekening met een aantal aspecten:

* de enigszins verminderde toerekeningsvatbaarheid van de verdachte
* de brute wijze van geweldpleging

* het vervolgens plegen van diefstal van het slachtoffer
* de houding van verdachte die de verantwoordelijkheid voor zijn handelen bij het gedrag van het slachtoffer legde
* de angst van afgeperste slachtoffers

* het strafblad van verdachte inhoudend vele veroordelingen wegens geweldsmisdrijven.

De raadsman heeft tijdens de zitting op 2 juli vrijspraak van moord/doodslag bepleit wegens het ontbreken van opzet en voorbedachte raad en wegens het ontbreken van causaal verband tussen de letsels van het slachtoffer en de handelingen van de verdachte.

Het volledige vonnis volgt later.

Bron: Rechtbank Arnhem
Datum actualiteit: 16 juli 2008