Verslag Landbouw- en Visserijraad van 15 juli 2008
29 juli 2008 - kamerstuk
Kamerbrief van de raad waarin gesproken werd over de `health check'
van het Gemeenschappelijk landbouwbeleid. Ook lichtte Frankrijk het
werkprogramma toe van zijn Voorzitterschap van de Europese Unie.
Meer informatie
Directie Internationale Zaken
Geachte Voorzitter,
In deze brief informeer ik u over de uitkomsten van de Landbouw- en Visserijraad die op
15 juli jl. in Brussel plaatsvond.
Een belangrijk onderwerp op de agenda van de Raad van 15 juli was de health check van
het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB), waarover de Raad aan de hand van een
viertal vragen debatteerde. Ook lichtte Frankrijk het werkprogramma toe van zijn
Voorzitterschap van de Europese Unie (EU), presenteerde de Europese Commissie het
schoolfruitvoorstel en werd over twee voorstellen voor toelating van genetisch gemodificeerde
soja en katoen gestemd. Daarnaast stond er een aantal belangrijke visserijpunten
op de agenda. Er is een politiek akkoord bereikt over de Verordening voor tijdelijke
specifieke acties ter bevordering van de herstructurering van de door de economische
crisis getroffen vissersvloten van de EU. Ook stelde de Raad het nieuwe protocol voor de
visserijpartnerschapsovereenkomst tussen de Gemeenschap en Mauritanië vast. Onder het
agendapunt "diversen" kwamen een groot aantal punten aan bod. De Commissaris
informeerde de Raad over de stand van zaken van de WTO-onderhandelingen. Vervolgens
stelde de Roemeense delegatie de synergie van het bossenbeleid aan de orde. Tot slot
bracht de Hongaarse delegatie bracht de niet-terugvorderbare btw op investeringen in
plattelandsontwikkeling naar voren.
Werkprogramma Frans Voorzitterschap
(Presentatie Frans Voorzitterschap)
Het Frans Voorzitterschap gaf aan nog steeds te streven naar een politiek akkoord over de
health check in november 2008. Verder gaf het Voorzitterschap aan in te zetten op afronding
van het voorstel voor schoolfruit en afronding van het EU Forest Law Enforcement,
Governance and Trade Action Plan (FLEGT).
GLB health check
(Debat)
De Raad debatteerde aan de hand van een viertal vragen van het voorzitterschap voor de
tweede maal formeel over de wetgevingsvoorstellen van de Commissie voor de health
check van het GLB.
Ministerie van Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit
Directie Internationale
Zaken
Bezuidenhoutseweg 73
Postadres: Postbus 20401
2500 EK 's-Gravenhage
Telefoon: 070 - 3786868
Fax: 070 - 3786100
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE
IZ. 2008/1383 29 juli 2008
Verslag Landbouwraad en Landbouwen
Visserijraad van 15 juli 2008
Datum Kenmerk Vervolgblad
29 juli 2008 IZ. 2008/1383 2
De vragen hadden betrekking op de voorgestelde modulatie, de markbeheersmechanismen
(interventie, private opslag), de zachte landing van de melkquotering en
vereenvoudiging van het randvoorwaardenbeleid (cross compliance).
Alle lidstaten intervenieerden in dit debat. In reactie op de eerste vraag over modulatie
wezen veel lidstaten de door de Commissie voorgestelde extra verplichte modulatie van
8% af. De door de Commissie gesignaleerde noodzaak om binnen het GLB in te spelen op
nieuwe uitdagingen werd wel door veel lidstaten gesteund. Diverse lidstaten bepleitten
een lager cofinancieringspercentage dan 50%. Wat betreft de afbouw van marktmaatregelen
en de afschaffing van de melkquotering lieten veel lidstaten zich behoudend uit.
Veel lidstaten willen graag een stevig vangnet behouden en vinden dat de interventiemechanismen
niet zomaar geschrapt kunnen worden. Over de melkquota waren verschillende
geluiden te horen. Een beperkt aantal lidstaten bepleitte een ruime quotumuitbreiding
dan de 5% die de Commissie voorstelt. Diverse lidstaten vroegen om een
aanpassing van de vetcorrectiefactor. Vrijwel alle lidstaten lieten weten dat de Commissie
nog te weinig heeft gedaan aan vereenvoudiging en riepen op tot meer ambitie. Ook
vinden veel lidstaten dat er alleen normen moeten worden voorgeschreven in de 'goede
landbouw- en milieucondities' (GLMC) in Annex III die beïnvloedbaar zijn door boeren en
landbouwactiviteiten.
In mijn interventie heb ik mijn belangrijkste vier prioriteiten in de health check benoemd:
het zichtbaar belonen van de maatschappelijke prestaties die de landbouw levert aan de
samenleving, de verruiming van artikel 68, een zachte landing van de melkquotering en
tastbare vereenvoudiging, met name van de cross compliance. In reactie op de vraag over
modulatie, heb ik aangegeven extra verplichte modulatie niet nodig te vinden.
De toekomst van het GLB ligt immers in een sterke eerste pijler die zichtbaar maakt welke
maatschappelijke prestaties de landbouw levert aan de samenleving. Ook heb ik aangegeven
het belang aan van de nieuwe uitdagingen zoals bijvoorbeeld klimaatverandering.
Juist door de eerste pijler meer te richten op ook deze uitdagingen, geven we het
streven naar een moderne invulling van het gehele GLB vorm.
Ik heb verder aangegeven dat de huidige voorstellen van de Commissie voor de verruiming
van het melkquotumsysteem in Nederland waarschijnlijk niet tot een zachte landing
zullen leiden. Dat kan niet de bedoeling zijn. Ik heb verder laten weten dat er een crisisvangnet
nodig is voor het geval prijzen in de EU sterk dalen. Zo kunnen de grootste
prijsrisico's voorkomen worden. Ik heb aangegeven de inzet van de Commissie om het
systeem van marktinterventie meer marktgeoriënteerd te maken, te delen.
Ik liet voorts weten het nut van cross compliance te onderschrijven als een stimulans voor
duurzame landbouwproductie, maar dat dit wel doelgericht en doelmatig moet zijn. Ik
heb verder aangegeven dat het voorstel van de Commissie voor Annex II (voorheen Annex
III) nauwelijks tot vereenvoudiging leidt. Lidstaten moeten zelf normen vast kunnen
stellen. Tenslotte heb ik aangegeven geen voorstander te zijn van de door de Commissie
voorgestelde verplichting voor bufferstroken langs waterlopen.
In haar reactie op de interventies van lidstaten, gaf Commissaris Fischer Boel aan dat het
vergroten van de marktoriëntatie van het GLB het belangrijkste doel is van de health
check. De Commissaris riep de lidstaten op dat toch vooral in de gaten te houden.
Datum Kenmerk Vervolgblad
29 juli 2008 IZ. 2008/1383 3
Ze gaf aan dat de twee pijler (plattelandsbeleid) de aangewezen pijler is om nieuwe
uitdagingen op te pakken. Met betrekking tot de varkensvleesinterventie gaf de
Commissie aan dat deze al 25 jaar niet gebruikt is en dat die dus echt wel afgeschaft kan
worden. Voor de verruiming van de melkquota hoopt de Commissie de gulden middenweg
gevonden te hebben tussen de lidstaten die juist een kleinere of grotere quotumgroei
willen hebben. Voor verdere vereenvoudiging van de cross compliance gaf de Commissie
aan geen verdere mogelijkheden te zien, zonder dat de controledruk zal toenemen. Dat is
juist niet de bedoeling, gaf de Commissie aan.
Schoolfruit
(Gedachtenwisseling)
Commissaris Fischer Boel heeft het voorstel van de Commissie voor een schoolfruitprogramma
toegelicht. De Commissie is van mening dat het eten van meer groente en
fruit bijdraagt aan een vermindering van overgewicht, een steeds vaker voorkomend
probleem. De Commissie heeft schoolfruitprogramma's zoals die in enkele lidstaten al
bestaan, uitvoerig bestudeerd. Ook zijn de ervaringen met het schoolmelkprogramma
bestudeerd. De Commissie gaf aan dat de administratie en de controle van het schoolfruitprogramma
eenvoudig en beheersbaar moeten blijven. Om mee te doen aan het schoolfruitprogramma
stelt de Commissie voor dat lidstaten een nationale strategie in moeten
dienen. Voorlichting en informatievoorziening heeft ook een plek gekregen in het voorstel
van de Commissie. In het programma is niet alleen Europees fruit opgenomen.
Er vond geen inhoudelijke discussie plaats. Deze is voorzien tijdens de Raad van
september.
Toelating genetisch gemodificeerde soja en katoen
(Aanname)
Commissaris Vassiliou heeft de voorstellen voor de toelating van genetisch gemodificeerde
soja A2704-12 en katoen LLCotton25 toegelicht. Ze gaf aan dat toelating van deze
twee door de Europese voedselautoriteit EFSA veilig bevonden variëteiten een verlichting
zou kunnen betekenen voor de moeilijke situatie op de markt voor diervoeders. Ik heb mij
uitgesproken voor toelating. Voor beide voorstellen was in de Raad geen gekwalificeerde
meerderheid voor of tegen. De Raad heeft dus geen besluit genomen.
Mededeling van Commissie inzake economische crisis in de visserijsector
(Presentatie)
en Voorstel voor een tijdelijke specifieke actie met het oog op de herstructurering van
de Europese vissersvloot
(Oriënterend debat/politiek akkoord)
De Raad heeft met gekwalificeerde meerderheid een politiek akkoord bereikt over de
Verordening voor tijdelijke specifieke acties ter bevordering van de herstructurering van
de door de economische crisis getroffen vissersvloten van de EU. Zweden en Denemarken
hebben zich uitgesproken tegen het politiek akkoord. Het voorstel van de Europese
Commissie is vrijwel ongewijzigd aangenomen. Wel is opgenomen dat eind 2009 de
maatregelen zullen worden geëvalueerd. Commissaris Borg had geen enkele ruimte om
tegemoet te komen aan de diverse verzoeken van de lidstaten tot aanpassing van de
verordening.
Met het akkoord worden de mogelijkheden voor steun in het kader van het Europees
visserijfonds (EVF) tijdelijk, tot 31 december 2010, verruimd. Het gaat hier onder meer om
steun voor tijdelijk stillegging van de vloot, investeringen aan boord van vissersvaartuigen,
sociaal economische compensatie, collectieve acties en proefprojecten.
Daarnaast bevat de verordening de nu toe niet bestaande mogelijkheid om partieel te
saneren. Dit houdt in dat bij sanering een groter vaartuig vervangen kan worden door een
kleiner. Maximaal 40% van de capaciteit van het grote vaartuig mag hiervoor worden
gebruikt. Partiële sanering kan alleen in het kader van een vlootaanpassingsprogramma
dat een lidstaat verplicht tot een reductie van de vlootcapaciteit met 30%.
Ik heb alles afwegende ingestemd met het maatregelenpakket. Ik vind het van belang dat
met dit pakket een communautair antwoord gegeven wordt op de problemen in de
visserij. In dit licht ben ik blij dat niet besloten is tot een verhoging van de de-minimis
steun en dat niet is overgegaan tot directe exploitatiesteun, zoals subsidiëring van de
brandstofprijzen. Met het pakket maatregelen kan de in gang gezette herstructurering van
de visserijsector, die gericht is op een transitie naar een meer duurzame visserij gebaseerd
op kleinere, energiezuinigere vaartuigen, worden versneld. Minder positief is het besluit
tot verruiming van de stillegregeling. Hiermee wordt niet bijdragen aan het oplossen van
de structurele problemen in de visserij.
De voorwaarden toepassing van partiële saneren acht ik vergaand. De verplichte capaciteitsreductie
met 30% betekent dat partiële sanering alleen mogelijk is in combinatie met
het doorvoeren van een klassieke saneringsmaatregel. Evenals een aantal andere lidstaten
heb ik ervoor gepleit om bij de vaststelling van het vlootaanpassingsprogramma rekening
te houden met recent uitgevoerde saneringen. Zo heb ik uitdrukkelijk gewezen op de
recent in Nederland uitgevoerde sanering van 15% van de capaciteit in de platvisvisserij.
Daarnaast heb ik ervoor gepleit om bij partiële sanering de hierboven genoemde
vervangingsratio van 40% te verhogen naar 50%. Zoals reeds aangegeven bestond er
echter geen enkele flexibiliteit bij de Commissie om in te gaan op mijn verzoeken en die
van andere lidstaten.
Over de Mededeling van Commissie aan Raad en Parlement uiteengezette voornemens ten
aanzien van de eventueel benodigde budgettaire middelen voor de uitvoering van dit
maatregelenpakket, heeft de Raad geen besluit genomen. Tijdens de discussie over
eventueel additionele budgettaire middelen was een aantal lidstaten van oordeel dat
alleen door middel van herprogrammering binnen het Europees visserijfonds uitvoering
gegeven moet worden aan deze tijdelijke maatregelen. Ik heb, wijzend op de problemen
in de visserij en op de noodzaak van een structurele omslag, gepleit voor heldere besluitvorming
in de Raad, na deze onderbouwing van voorstellen en daarvoor benodige extra
financiele middelen en indien deze beschikbaar zouden komen, in een ad hoc financieel
instrument onder te brengen. Tegelijkertijd moeten dan heldere criteria, gericht op
innovatie en duurzaamheid voor de verdeling over de lidstaten, worden vastgesteld.
Ik heb de Commissie verzocht een gedegen onderbouwing te geven van de door de
Commissie voorgestelde extra middelen met een maximum van ¤ 600 miljoen en aangegeven
dat eventuele extra middelen binnen Europese financiële kaders moeten passen.
Datum Kenmerk Vervolgblad
29 juli 2008 IZ. 2008/1383 5
In reactie hierop heeft de Commissie uitdrukkelijk verklaard vast te houden aan de
ingezette lijn in de Mededeling van de Commissie aan Raad en Parlement. Dit betekent dat
de Commissie de instelling van een ad hoc financieel instrument overweegt. De eventuele
middelen in het kader van dit instrument zullen op basis van nog op te stellen specifiek
criteria over de lidstaten worden verdeeld. De Raad heeft hierover geen besluit genomen,
aangezien Commissaris Borg eerst concrete voorstellen dient uit te werken en aan de Raad
voorleggen.
Voorstel sluiting Visserij Protocol met Mauritanië
(Besluit)
De Raad heeft met gekwalificeerde meerderheid een besluit genomen over het voorstel
inzake nieuwe visserijprotocol voor de periode van 1 augustus 2008 tot 31 juli 2012.
Diversen
a) WTO
(Stand van zaken)
Zoals gebruikelijk gaf Commissaris Fischer Boel een toelichting op de stand van zaken van
de WTO-onderhandelingen. Zij gaf aan dat er weer vooruitgang was geboekt en dat er
volgende week in Genève een ministeriële bijeenkomst gehouden zal worden. Fischer Boel
gaf aan dat dat een cruciaal moment zal zijn in de onderhandelingen. De positieve resultaten
die de laatste tijd geboekt zijn, betreffen de gevoelige producten en de formulering
van de tekst over groene box. Op het gebied van markttoegang gaf de Commissaris aan
nog niet tevreden te zijn. De discussie over de tropische producten en de tarieferosie loopt
nog. Met betrekking tot de interne steun liet de Commissaris weten van mening te zijn dat
de Verenigde Staten aan zet zijn.
Een groot aantal lidstaten sprak hun zorg uit over de stand van de onderhandelingen. Ik
heb aangegeven dat we in een cruciale fase zijn gekomen en dat voor mij nog steeds geldt
dat ik een ambitieuze maar ook gebalanceerde uitkomst binnen én tussen de pijlers van
de Doha-ronde voorsta, met oog voor de ontwikkelingsdimensie van deze ronde. Dit is
nog niet op alle onderhandelingspunten het geval en in de eindfase zal dan ook nog flink
onderhandeld moeten worden, zo heb ik laten weten. Ik complimenteerde de Commissie
dat ze de partial designation als berekeningswijze voor de omvang van het tariefcontingent
in de onderhandelingen overeind heeft weten te houden. Net als van het speciale
vrijwaringsmechanisme zou ik graag zien dat beide verankerd zullen worden in het eindresultaat.
Verder heb ik opgeroepen tot volledige parallelliteit binnen de exportpijler: voor
voedselhulp, exportkredieten en staatshandelsondernemingen dienen vergelijkbare
uitfaseringsdisciplines te gelden als voor onze exportsubsidies. Ik heb verder aangegeven
dat er zekerheid nodig is dat het hervormde GLB niet ter discussie komt te staan door
mogelijke herdefiniëring en plafonnering van de groene boxcriteria. Ik heb verder
aangegeven dat ook dierenwelzijn mee moet spelen in de keuze voor gevoelige producten
en dat non-trade concerns zowel in deze als in toekomstige onderhandelingen mee
moeten spelen.
(b) Synergie van het bossenbeleid
(Verzoek van de Roemeense delegatie)
De Roemeense minister vroeg aandacht voor het EU-Actieplan voor de bossen (2006) en
stelde voor om meer samenhang te organiseren in het EU-bossenbeleid. Op dit moment
zijn er vele directoraten-generaal van de Europese Commissie betrokken bij het bossenbeleid.
Daardoor raakt het beleid versnipperd. Enkele lidstaten steunden het voorstel van
Roemenie. Commissaris Fischer Boel gaf aan dat er binnen het Actieplan een Permanent
Comité is met een coördinerende rol, om de overlappende beleidsterreinen goed af te
stemmen. De Commissaris stelde voor om bij de evaluatie van het Actieplan voor de
bossen in 2009 ook de Roemeense punten te betrekken. Die evaluatie is een goed moment
om de coördinatie binnen het Actieplan te bestuderen en waar nodig te verbeteren.
(c) Niet-terugvorderbare btw op investeringen in plattelandsontwikkeling
(Verzoek van de Hongaarse delegatie)
De Hongaarse minister vroeg aandacht voor de verschillen die er bestaan op het gebied
van terugvorderbaarheid van de btw in het kader van programma's van de plattelandsverordening.
Hongarije wil graag de regels over de subsidiabiliteit van btw die vanuit de
plattelandsverordening gelden, gelijk trekken met de geldende btw-regels vanuit het
Europees fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO). De huidige situatie zou ertoe leiden
dat kleine instanties geen btw kunnen verrekenen, terwijl grote dat via EFRO wel kunnen.
Diverse lidstaten spraken hun steun uit voor dit voorstel. Ik gaf aan dat ook Nederland dit
voorstel in principe steunt, maar dat de Commissie bij een aanpassing van de verordening
de nationale systematiek van de lidstaten rond btw dient te respecteren.
Commissaris Fischer Boel beloofde het voorstel nogmaals te bestuderen, maar gaf aan
geen voorstander te zijn, omdat de financiële mogelijkheden van het fonds beperkt
zouden worden.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
Bijlage
De volgende punten heeft de Raad als A-punt aangenomen, dat wil zeggen zonder
discussie.
1. Aanneming van de richtlijn van de Raad tot vereenvoudiging van de procedures
voor het opstellen en publiceren van lijsten met informatie op veterinair en
zoötechnisch gebied en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG, 77/504/EEG,
88/407/EEG, 88/661/EEG, 89/361/EEG, 89/556/EEG, 90/427/EEG, 90/428/EEG,
90/429/EEG, 90/539/EEG, 91/68/EEG, 92/35/EEG, 92/65/EEG, 92/66/EEG, 92/119/EEG,
94/28/EG en 2000/75/EG, Beschikking 2000/258/EG en de Richtlijnen 2001/89/EG,
2002/60/EG en 2005/94/EG;
2. Aanneming van het besluit van de Raad houdende wijziging van Besluit 2006/493/EG
tot vaststelling van het bedrag van de steun van de Gemeenschap voor
plattelandsontwikkeling voor de periode van 1 januari 2007 tot en met 31 december
2013, van de verdeling daarvan over de jaren en van het minimumbedrag dat moet
worden geconcentreerd in de onder de convergentiedoelstelling vallende regio's;
3. Voorstel voor een Verordening van de Raad betreffende de bescherming van
kwetsbare mariene ecosystemen op volle zee tegen de nadelige effecten van
bodemvistuig (WB);
4. Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van de Verordeningen (EG)
nr. 2015/2006 en (EG) nr. 40/2008 wat betreft de vangstmogelijkheden voor
bepaalde visbestanden en de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (WB);
5. Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de voorwaarden voor de
invoer van landbouwproducten van oorsprong uit derde landen ingevolge het
ongeluk in de kerncentrale van Tsjernobyl (gecodificeerde versie) (WB);
6. Voorstel voor een verordening van de Raad houdende de totstandbrenging van een
communautaire procedure voor het beheer van de kwantitatieve contingenten
(gecodificeerde versie) (WB);
7. Voorstel voor een richtlijn van de Raad met betrekking tot de identificatie en de
registratie van varkens (gecodificeerde versie) (WB);
8. Voorstel voor een richtlijn van de Raad betreffende het in de handel brengen van
teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van zaad
(gecodificeerde versie) (WB);
9. Voorstel voor een beschikking van de Raad betreffende de richtsnoeren voor het
werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten;
10. Europees Economisch en Sociaal Comité, benoeming van de heer Bernd Dittmann,
Duits lid;
11. Europees Economisch en Sociaal Comité, benoeming van de heer Thomas Palmgren,
Fins lid;
12. Energiegemeenschap: onderhandelingsmandaat betreffende de toetreding van de
Republiek Moldavië, Turkije en Oekraïne tot de Energiegemeenschap;
13. Besluit van de Raad tot wijziging van Besluit 97/126/EG inzake de sluiting van de
Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Regering van
Denemarken en de Landsregering van de Faeröer, anderzijds;
Datum Kenmerk Vervolgblad
29 juli 2008 IZ. 2008/1383 8
14. Ontwerp van een bestuurlijke regeling tussen de regering van het Verenigd
Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland en de Raad van de Europese Unie
waardoor andere dan de in Verordening nr. 1/1958 van de Raad bedoelde talen die
in het grondwettelijk stelsel van het Verenigd Koninkrijk de status van officiële taal
hebben op grond van besluiten van het Parlement van het Verenigd Koninkrijk van
Groot-Brittannië en Noord-Ierland en/of wetgevingsbesluiten van de bevoegde
wetgevingsinstantie, in de Raad officieel kunnen worden gebruikt;
15. Aanbeveling van de Commissie aan de Raad waarbij de Commissie wordt
gemachtigd om onderhandelingen te openen over een nieuwe overeenkomst tot
verlenging van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Belarus
inzake de handel in textielproducten;
16. Aanneming van een besluit van de Raad tot ondertekening en voorlopige
toepassing van de economische partnerschapsovereenkomst tussen de Europese
Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Cariforum-staten, anderzijds;
17. Gemeenschappelijk optreden van de Raad betreffende de ondersteuning van
activiteiten van de Voorbereidende Commissie van de Verdragsorganisatie voor een
alomvattend verbod op kernproeven (CTBTO) ter versterking van haar toezichts- en
verificatiecapaciteit en in het kader van de uitvoering van de strategie van de EU
tegen de verspreiding van massavernietigingswapens;
18. Verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 889/2005
betreffende een aantal beperkende maatregelen ten aanzien van de Democratische
Republiek Congo;
19. Uitvoering van Resolutie 1373(2001) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties
Aanneming van:
a) het ontwerp van gemeenschappelijk standpunt van de Raad inzake de
actualisering van Gemeenschappelijk Standpunt 2001/931/GBVB betreffende
de toepassing van specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme
en houdende intrekking van Gemeenschappelijk Standpunt 2007/871/GBVB;
b) het ontwerp-besluit van de Raad tot uitvoering van artikel 2, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2580/2001 inzake specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten met het oog op de strijd tegen het terrorisme, en tot intrekking van Besluit 2007/868/EG;
20. Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van
Richtlijn 80/181/EEG van de Raad inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen
der lidstaten op het gebied van de meeteenheden.