Bestuursrechter moet schadevergoeding voor rechterlijke overschrijding
redelijke termijn zelf afdoen
Utrecht, 14 juli 2008 - De bestuursrechter moet een verzoek van een
belanghebbende om schadevergoeding voor rechterlijke overschrijding
van de redelijke termijn, bedoeld in artikel 6 van het Europees
Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele
vrijheden, zelf afdoen. Dat heeft de Centrale Raad van Beroep beslist
in een uitspraak van 11 juli 2008, LJN: BD7033. Op 4 juni 2008
besliste de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in
dezelfde zin. Dit betekent dat een belanghebbende niet langer een
civielrechtelijke procedure hoeft aan te spannen om schadevergoeding
te krijgen als de bestuursrechter (in beroep en/of in hoger beroep) de
redelijke termijn heeft overschreden. Voor de belanghebbende is het
daarmee veel eenvoudiger geworden om schadevergoeding te krijgen. Ook
wordt de procedure als geheel belangrijk verkort.
LJ Nummer
BD7033
Bron: Centrale Raad van Beroep
Datum actualiteit: 14 juli 2008