Ministerraad
Wetsvoorstel tot beperking van meervoudige nationaliteit
Persbericht | 11-07-2008
De ministerraad heeft op voorstel van minister Hirsch Ballin van Justitie
ingestemd met een wetsvoorstel waarin een aantal nationaliteitsrechtelijke
kwesties wordt geregeld. De wijzigingen worden verwerkt in de Rijkswet op
het Nederlanderschap.
Het wetsvoorstel berust op praktische en juridische argumenten. Net als in
de huidige wet zal het uitgangspunt zijn dat wie het Nederlanderschap
verwerft, afstand moet doen van zijn oude nationaliteit door middel van een
afstandsverklaring. De bestaande uitzonderingen op deze hoofdregel blijven
in het nieuwe voorstel op één na behouden. De afstandsverklaring wordt
ingevoerd voor immigranten van de tweede generatie die meerderjarig zijn en
voor het Nederlanderschap kunnen opteren. Het gaat daarbij om meerderjarigen
die al sinds hun vroege jeugd in Nederland wonen.
Het wetsvoorstel regelt dat het Nederlanderschap kan worden ontnemen van wie
veroordeeld is voor terrorisme en de dubbele nationaliteit heeft. Aan de
beslissing tot ontneming van de nationaliteit zal een individuele afweging
voorafgaan.
Gemeenten registreren thans de dubbele nationaliteit in de Gemeentelijke
Basis Administratie. Dit is onder meer noodzakelijk om de wet op het
Nederlanderschap te kunnen handhaven. Aan gemeenten zal nu worden opgedragen
om de dubbele nationaliteit niet langer te vermelden bij uittreksels uit het
bevolkingsregister, tenzij de burger daar uitdrukkelijk om vraagt.
Daarnaast regelt het voorstel om het optierecht te verlenen aan
afstammelingen van Nederlandse moeders die in het verleden geen gebruik
hebben gemaakt van hun optierecht. Conform het coalitieakkoord wordt tevens
voorgesteld naturalisaties op de Nederlandse Antillen of Aruba beheersing
van het Nederlands verplicht te stellen.
De ministerraad heeft ermee ingestemd dat het wetsvoorstel voor advies aan
de Raad van State van het Koninkrijk zal worden gezonden. De tekst van het
wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State van het Koninkrijk
worden pas openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.