Hagenaars geven WMO-voorzieningen ruime voldoende
Een ruime meerderheid van de Hagenaars is tevreden over de diensten en
de ondersteuning die mensen helpt zo lang mogelijk zelfstandig te
kunnen blijven wonen.
Uit de WMO Monitor 2007 blijkt verder dat de gemeente Den Haag in
vergelijking met andere steden veel activiteiten heeft opgezet om het
sociale klimaat en de veiligheid in de stad te bevorderen.
Met de invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) zijn
gemeenten verplicht om jaarlijks te rapporteren in hoeverre de
gestelde doelen zijn gehaald. Uit de eerste rapportage van de gemeente
Den Haag komt naar voren dat Haagse cliënten gemiddeld een 7,9 geven
voor de hulp bij het huishouden, iets hoger dan het landelijk
gemiddelde. De toegang tot de maatschappelijke ondersteuning blijkt
ten opzichte van de voorgaande jaren verbeterd.
Eén van de hoofddoelen van de Wmo is dat burgers zo lang mogelijk
zelfstandig kunnen blijven wonen. In Den Haag woont bijna 90% van de
75-plussers nog zelfstandig. Landelijk is dat 86%. Van de mensen met
een beperking in Den Haag geeft 91% aan zelfstandig te kunnen blijven
wonen dankzij de geleverde ondersteuning van de gemeente.
Uitgaven
Den Haag gaf vorig jaar 355 per inwoner uit aan Wmo-gerelateerde
zaken. Dat is 30 meer dan het gemiddelde van de gemeenten die aan het
landelijk vergelijkende onderzoek hebben meegedaan. Voor
vervoersvoorzieningen zoals rolstoelen liggen de uitgaven in Den Haag
op het landelijk gemiddelde.
Verantwoordelijk wethouder Bert van Alphen: Met de invoering van de
Wet maatschappelijke ondersteuning was 2007 een spannend jaar voor de
gemeente. Er is veel bereikt maar er is ook nog veel te doen. De
cijfers uit de eerste monitor zijn in elk geval een mooie opsteker.
Gemeente Den Haag