10 jul 2
008
Is het blauwtongvirus in Noord-Europa (BTV-8) uit een laboratorium
ontsnapt? Er zijn wetenschappers die het geloven. Maar moleculair
bioloog dr. Piet van Rijn van het Centraal Veterinair Instituut (CVI),
onderdeel van Wageningen UR, heeft argumenten die dat weerleggen, âal
weet je het nooit zekerâ.
De discussie over de herkomst van het virus woedt al sinds de eerste
Noord-Europese schapen en koeien in 2006 besmet raakten. Al snel werd
een link gelegd met een virus dat rondwaart in Zuid-Afrika en er waren
suggesties dat het Noord-Europese virus door vaccinatie in het veld
gekomen zou zijn. Met een recente publicatie in de online editie van
Virology weerleggen Britse, Franse, Zuid-Afrikaanse, Belgische en
Nederlandse wetenschappers die suggestie.
Het genoom van het Noord-Europese virus is vergeleken met dat van
verschillende andere bekende BTV-8-stammen. Conclusie: het virus is
een nieuwe introductie die niet voortkomt uit een bekend BTV-8-vaccin.
Blijft onduidelijk waar het virus dan wel vandaan komt.
De discussie daarover is met de publicatie niet uitgewoed. Een andere
opmerkelijke Nederlandse vondst heeft voeding gegeven aan nieuwe
speculaties. Het CVI heeft aannemelijk gemaakt dat het virus niet
alleen via een klein vliegje of knut van het ene dier naar het andere
gaat, maar ook via de placenta van moeder op kalf. En kalveren kunnen
het virus ook binnenkrijgen via de biest. Daarnaast is samen met de
Gezondheidsdienst voor Dieren vastgesteld dat er dit voorjaar
regelmatig gezonde, virusdragende kalfjes uit geïnfecteerde koeien
zijn geboren. En gezonde, ongeïnfecteerde volwassen koeien kunnen het
virus binnenkrijgen, als ze de placenta opeten na de geboorte van een
kalf. Koeien doen dat van nature.
Dat een veldvirus de placenta doorkomt, kan er niet bij iedereen in.
De Amerikaanse professor James MacLachlan van de School of Veterinary
Medicine van de universiteit van Californië, zegt dat zoiets
eigenlijk alleen maar gebeurt met laboratoriumstammen. En het
blauwtongvirus hoeft de placenta helemaal niet te passeren om zich te
handhaven, zegt MacLachlan.
Van Rijn zegt dat deze besmettingsroute waarschijnlijk niet eerder
opgemerkt is, omdat het virus zich vooral ophoudt in gebieden waar de
tussengastheren geen winterstop houden, zoals de knut in Noord-Europa.
âDaar is de placentapassage nauwelijks van epidemiologisch belang.
Hier is dat anders.â / Jan Braakman
Bovenstaand bericht is geproduceerd door de redactie van Resource, het
weekblad voor Wageningen Universiteit en Researchcentrum. Het wordt u
aangeboden door de afdeling Corporate Communicatie. Meer informatie
bij Pers- en wetenschapsvoorlichting van Wageningen UR,
e-mail: pers.communicatie@wur of bij de redactie van Resource,
e-mail: resource@cereales.nl. Zie archief (inclusief Wb-artikelen) op
http://www.resource-online.nl.