Productschap Margarine, Vetten en Olien (MVO)
09.07.2008
In nieuwe voedingsnota veel aandacht voor gebruik betere vetten
In de recentelijk verschenen voedingsnota 'Gezonde voeding, van begin
tot eind' wordt de Task Force Verantwoorde Vetzuursamenstelling
geprezen om de ondernomen stappen bij het verlagen van de gehaltes
verzadigde vetzuren en transvetzuren in de voeding. Benadrukt wordt
dat er de afgelopen jaren een flinke stap is gezet in het verlagen van
vooral de hoeveelheid industriële transvetzuren in levensmiddelen. Ook
met het verlagen van de hoeveelheid verzadigde vetzuren is een goede
start gemaakt.
Betere vetten
In de nieuwe voedingsnota, die afgelopen vrijdag door minister Klink
(VWS) en minister Verburg (LNV) naar de Tweede Kamer is gestuurd,
wordt benadrukt dat een teveel aan verzadigde vetzuren en
transvetzuren het risico op coronaire hartziekten verhoogt. Onze
voeding bevat, aldus de ministeries van VWS en LNV, meer verzadigde
vetzuren en transvetzuren dan wordt aanbevolen door de
Gezondheidsraad. Volgens de aanbeveling van de Gezondheidsraad moet de
gemiddelde consumptie van verzadigd vet lager zijn dan 10 en% (huidige
consumptie is 14,5 en%) en voor transvetzuren lager zijn dan 1 en%
(huidige consumptie is 1,8 en%). In de nota wordt beklemtoond dat het
vervangen van het teveel aan verzadigde en/of transvetzuren in
levensmiddelen door (meervoudige) onverzadigde vetzuren het risico op
coronaire hartziekten vermindert. De vetzuursamenstelling van de
voeding, het type vet, blijkt bij het voorkomen van chronische ziekten
belangrijker te zijn dan de totale hoeveelheid vet in de voeding. De
totale hoeveelheid vet in de voeding is wel van belang voor de
energiebalans omdat alle vetzuren evenveel energie leveren. Het
verlagen van het gehalte aan verzadigde vetzuren en transvetzuren in
de voeding kan bereikt worden, volgens de ministeries, door de
samenstelling van het vet te verbeteren en/of door producten te maken
met minder vet.
Task Force Verantwoorde Vetzuursamenstelling
In de nota wordt de Task Force Verantwoorde Vetzuursamenstelling
aangehaald, een samenwerkingsverband tussen aanbieders en afnemers van
plantaardige vetten en oliën. Volgens de ministeries is de afgelopen
jaren een substantiële stap gemaakt wat betreft het verlagen van de
hoeveelheid industriële transvetzuren. Ook het gehalte verzadigd vet
is verlaagd in levensmiddelen. VWS en LNV geven in de nota aan dat
deze verlaging van de inname aan verzadigde vetzuren en transvetzuren
moet worden gecontinueerd. De nadruk wordt daarbij gelegd op een
verbeterd productaanbod (vetzuursamenstelling en/of hoeveelheid vet)
door het bedrijfsleven (retail, restaurants e.d.). Het kabinet geeft
aan dat in onder andere de sectoren koek, gebak en andere
bakkerijproducten, vleesproducten en zuivel nog winst te halen is door
het verbeteren van de samenstelling van het vet en/ of het verlagen
van het vetgehalte. De horeca, cateraars en retail worden er op
gewezen dat zij hierin ook hun aandeel kunnen leveren.
Voorlichting over betere vetten
Ondersteuning en stimulering van het gebruik van betere vetten zal
plaatsvinden via het project Goede Voeding van het Voedingscentrum.
Ook onderstrepen VWS en LNV het belang van voorlichting aan de
consument via onder andere het productschap Margarine, Vetten en Oliën
(MVO).
Vis- en vleesconsumptie
VWS en LNV stellen ook dat de huidige visconsumptie te laag is. De
consumptie van vis verkleint de kans op hart- en vaatziekten. Ongeveer
de helft van de bevolking eet maximaal een keer per maand vis. De
aanbevolen inname van vis is twee keer per week één portie à 100 - 150
gram waarvan ten minste één portie vette vis. De ministeries geven aan
dat de consumptie van vis de voorkeur heeft boven met visolievetzuren
verrijkte levensmiddelen omdat nog onzeker is of het gezondheidseffect
hiervan gelijkwaardig is aan het effect van visconsumptie. Voor mensen
die niet van vis houden, zou dit een aanvaardbaar alternatief zijn,
aldus VWS en LNV. Bij gebruik van visoliesupplementen bestaat een
risico op overdosering, vandaar dat de beschreven voorkeur in de nota
uitgaat naar het (natuurlijke) product. Wat betreft vlees stellen de
ministeries dat de voorkeur uitgaat naar magere varianten, omdat vlees
en vleeswaren veel verzadigde vetzuren kunnen bevatten.
Gezonde voedingskeuze gemakkelijker
Het kabinet wil dat het voor de consumenten gemakkelijker wordt te
kiezen voor een gezonde leefstijl. Gezonde voeding is daarvan een
belangrijk onderdeel. De overheid beoogt een gezond voedingspatroon
bij de consument beter mogelijk te maken door middel van twee wegen:
* Het creëren van de situatie waarin de consument een gezonde keuze
kan maken. Hierbij zijn onafhankelijke voorlichting en informatie
essentieel.
* Het bevorderen van een gezond aanbod van levensmiddelen door een
betere beschikbaarheid van gezonde voeding en verbeterde
samenstelling van levensmiddelen. De industrie, retail, horeca
inclusief catering, attractieparken, sportkantines, scholen en
werk spelen hierbij een rol. Ook kunnen nieuwe levensmiddelen
worden ontwikkeld die (beter) passen in een gezond
voedingspatroon.
Om de keuze voor gezonde voeding beter mogelijk te maken, wordt
specifiek ingezet op voorlichting over en een verbeterd aanbod van
groente, fruit, volkoren graanproducten en vis en een verbeterde
samenstelling van producten wat betreft de vetzuren en het
zoutgehalte. Daar gezonde voeding bestaat uit een gevarieerd
consumptiepatroon, komt - aldus VWS en LNV - in de voorlichting de
nadruk te liggen op het totale voedingspatroon in plaats van op de
afzonderlijke producten. Hierbij spelen het Voedingscentrum, NGO's,
inclusief fondsen en patiëntenverenigingen, voorlichtingsbureaus van
productschappen en onderwijs/opleidingen een rol.
Daarnaast wil het kabinet dat de voedingsmiddelenindustrie het
voedselaanbod gezonder en gevarieerder maakt. De Richtlijnen Goede
Voeding gelden hierbij als uitgangspunt. De overheid gaat hierbij uit
van de eigen verantwoordelijkheid van mensen, producenten en
maatschappelijke instellingen zoals scholen, werkgevers etc.
Initiatieven voor productverbetering, zoals het 'Ik Kies Bewust'-logo,
zetten volgens VWS een beweging in gang die, gedragen door de
aangesloten organisaties, ook voor anderen dan alleen de deelnemende
producenten, retailers en cateraars richting geven. De verbetering van
de samenstelling van producten wordt gemonitord door de VWA en het
bedrijfsleven zelf.
Van jong tot oud
De overheid vindt dat consumenten bewuster moeten kunnen kiezen voor
een gezonde voeding. Dit alles bij voorkeur 'van begin tot eind', of:
van jong tot oud. In de nota liggen de speerpunten van het
voedingsbeleid bij de jeugd en bij de ouderen. Bij de jeugd omdat
gezonde voedingsgewoonten op jonge leeftijd een goede basis leggen en
gezondheidswinst opleveren voor nu en later. En bij de oudere omdat
onder meer ondervoeding van ouderen een serieus, maar onderbelicht
probleem is. Ook is het beleid gericht op personen met een lage
sociaal-economische status vanwege hun voedingsgewoonten die vaker tot
gezondheidsachterstanden leiden.
Gezondheidswinst
De overheid stelt in de voedingsnota dat als de gehele Nederlandse
bevolking voldoet aan de voedingsaanbevelingen, er in 20 jaar naar
schatting 140.000 mensen minder sterven dan bij voortzetting van de
huidige situatie. Het kabinet vraagt daarom de
voedingsmiddelenindustrie, handel, retail, catering en horeca om hun
voedselaanbod gezonder en gevarieerder te maken en om consumenten
duidelijk te maken wat de samenstelling van een product is.
Via de volgende link kunt u de voedingsnota 'Gezonde Voeding, van
begin tot eind' downloaden.