RELATIE EUROPESE UNIE EN RUSLAND IS EEN ZAAK VAN WEDERZIJDS BELANG
Dit persbericht bereikt u via het ministetie van Buitenlandse Zaken op verzoek van de Adviesraad Internationale Vraagstukken
Het beleid van Rusland zal in de komende jaren gekenmerkt zijn door assertiviteit, gebaseerd op het hervonden zelfvertrouwen als grote mogendheid in de wereld. Rusland zal onomwonden zijn eigen economische en geopolitieke belangen nastreven. Daar waar Rusland en de EU gedeelde belangen hebben, zal Rusland zich - tegelijkertijd - constructief opstellen en tot samenwerking bereid zijn. Dat staat te lezen het advies over de relatie EU-Rusland dat de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) op verzoek van de Eerste Kamer heeft opgesteld.
Belangrijk voor een goede relatie is dat de EU Rusland accepteert zoals het is. Dit betekent dat het concept van de oude samenwerkingsovereenkomst aan vernieuwing toe is. Rusland wil een eigen weg gaan in de liberalisering van zijn economie en wil op den duur ook een eigen vorm van democratie bereiken. Duidelijk is dat Rusland niet langer door de EU 'begeleid' wil worden en al helemaal geen rapportcijfers over de voortgang wil krijgen van EU-controleurs.
Handel en economie
In de Russische visie is de samenwerking op het terrein van handel en economie veruit het belangrijkste. Maar zolang Rusland geen lid is van de WTO kan de samenwerking op dit terrein tot niets leiden. Wel zijn er tal van ambtelijke werkgroepen voor overleg ontstaan, maar voor concrete samenwerking is WTO-lidmaatschap de eerste stap en een eerste vereiste. De toetredingsvoorwaarden tot de WTO houden een geleidelijke liberalisering in met waar nodig specifieke tijdpaden. Eenmaal lid van de WTO kunnen onderhandelingen op gang komen over een Vrijhandelsakkoord. Dit is ook de uiteindelijke doelstelling van het onderhandelingsmandaat voor een nieuwe PSO. Een Vrijhandelsakkoord kan WTO-plus-bepalingen inhouden op het gebied van investeringen, openbare aanbestedingen, harmonisatie van technische standaards e.d. Bovendien worden deze onderhandelingen op voet van gelijkheid gevoerd: de EU onderhandelt hier namens de lidstaten.
Energie
Een belangrijk punt is de energie.Anders dan vaak wordt gedacht ishier sprake van een wederzijdse afhankelijkheid: de EU is voor een derde van haar gasverbruik aangewezen is op invoer uit Rusland, is Rusland voor niet minder dan 70 % van zijn inkomsten van de uitvoer van gas afhankelijk van de EU. President Medvedev heeft dit pas nog op de top met de EU onderstreept in Khanty-Mansiisk Siberië. Rusland is dan ook verheugd dat de EU eindelijk een mandaat van de lidstaten heeft gekregen om de onderhandelingen over een nieuwe overeenkomst te beginnen. Deze zijn op 4 juli 2008 in Brussel van start gegaan.
De AIV verwacht niet dat Rusland het eerder ondertekende Energiehandvest zal ratificeren. Dat hoeft ook niet wanneer Rusland lid wordt van de WTO, want ook olie en gas vallen onder de WTO-bepalingen. Van belang is wel dat er een regeling komt voor investeringsgaranties in deze sector, want die regelt de WTO niet. De AIV beveelt aan dit mee te nemen in de zogeheten WTO-plus-bepalingen, die onderdeel kunnen uitmaken van een EU-Rusland Vrijhandelsakkoord (het einddoel van de economische en handelssamenwerking). De omstandigheid dat de Energie Raad onlangs het vereiste van ontbundeling van productie, transport en levering enigermate heeft afgezwakt onder Franse en Duitse druk zou dergelijke investeringsafspraken wellicht vergemakkelijken.
Strategische samenwerking
Een gedeeld belang van geheel andere aard is dat van veiligheid en stabiliteit in de wederzijdse buurlanden. Rusland beschouwt de regio die voorheen deel uitmaakte van de Sovjet-Unie, als de 'post-sovjetruimte' en wil daarmee vooral aangeven dat het Kremlin er als vanouds de dienst wil uitmaken. Moskou beschouwt uitbreiding van de NAVO echter als een veel groter probleem dan uitbreiding van de EU, omdat het bij de NAVO gaat om het bundelen van militaire macht en dus om het verschuiven van het (machts)evenwicht. Rusland is dan ook mordicus tegen NAVO-lidmaatschap van Oekraïne en Georgië. Op de NAVO-top in Boekarest is vorige maand juist besloten dat deze landen lid kunnen worden, zij het na een lange voorbereidingstijd. Probleem is evenwel dat twee deelgebieden, Abchazië en Zuid-Ossetië zich willen afscheiden en het is niet ondenkbaar dat op enige moment Rusland daar in een actieve strijd verwikkeld raakt (Rusland lijkt hier de onafhankelijkheid te willen ondersteunen). De NAVO moet dus zeer zorgvuldig overwegen of en wanneer zij deze landen wil en kan opnemen als volwaardig lid. Tegelijkertijd moeten Nederland en de EU vasthouden aan het beginsel dat soevereine staten zelf mogen bepalen van welke organisatie zij lid wensen te worden. Dit speelt ook in Moldavië, waar de regio Transdjnestrië zich wil afscheiden. Hier kiest Rusland evenwel een andere koers en lijkt het deze als voorbeeld te willen stellen aan Georgië: mits Moldavië afziet van het NAVO-lidmaatschap, mag het zijn opstandige regio behouden.
Samenwerking op het terrein van Justitie en Binnenlandse Zaken (JBZ)
Naast de economische samenwerking en die op het terrein van vrede en veiligheid werkt de EU met Rusland samen op het meer concrete terrein van de uitwisseling van inlichtingen op strategisch vlak, zoals terrorismebestrijding en het tegengaan van de verspreiding van massavernietigingswapens. Deze samenwerking verloopt naar tevredenheid van beide partijen en de EU zou er goed aan doen een tussentijdse evaluatie uit te voeren om te zien of uitbreiding mogelijk is. Rusland zet voorts visumvrijdom hoog op de agenda, maar het is de vraag hoe serieus dat moet worden genomen, omdat slechts 10% van de Russische burgers een paspoort heeft en Rusland zeer beducht is voor het wegtrekken van hoogopgeleiden. De AIV beveelt aan dat op basis van wederkerigheid Rusland en de EU hun visumprocedures versnellen en goedkoper maken. Daarnaast kan voor bepaalde groepen visumvrijdom worden gegeven, zodat bijvoorbeeld Europese programma's voor uitwisseling gemakkelijker worden. Zeker op het terrein van onderzoek, onderwijs en cultuur is dat nuttig.
Mensenrechten
Wat de mensenrechten betreft is Rusland partij bij alle belangrijke verdragen en het is zelfs de grootste betaler van het Europese Hof van de Rechten van de Mens in Straatsburg. Echter, sinds de oorlog in Tsjetsjenië is het aantal zaken van schendingen dat bij dit Hof aanhangig is gemaakt, aanzienlijk gestegen en Rusland heeft al 4.3 miljoen euro aan schadevergoedingen moeten betalen. Rusland doet dat ook, zij het schoorvoetend, maar Nederland en de EU moeten wel erop blijven aandringen dat Rusland institutionele verbeteringen in eigen land doorvoert ter voorkoming van dergelijke schendingen. Daaraan ontbreekt het. Sterker nog, het maakt het door nieuwe wetgeving bijna onmogelijk voor mensenrechten- en andere burgerorganisaties om nog fondsen uit het buitenland aan te nemen; zelfs fondswerving in eigen land wordt sterk beperkt.
Achtergrond informatie
De AIV heeft deze adviesaanvraag over de toekomst van de relatie tussen de Europese Unie en Rusland op 22 februari 2008 ontvangen van de Eerste Kamer der Staten-Generaal. De reden voor deze adviesaanvraag zijn de onderhandelingen over een nieuw Partnerschaps- en Samenwerkings-overeenkomst (PSO) tussen de EU en Rusland die vrijdag j.l. van start zijn gegaan. Het advies is door de AIV vastgesteld op 4 juli 2008 en wordt vandaag in voorkopie aangeboden aan de voorzitter van de Eerste Kamer, mevrouw mr. Y. Timmerman-Buck.
De hoofdvraag die voorlag, is hoe een nieuwe overeenkomst eruit zou moeten zien, wat de inhoud ervan zou moeten zijn en welke inzet de EU en indirect ook Nederland in deze kwestie zouden moeten leveren.
De AIV achtte het belangrijk dat de door de Eerste Kamer gestelde vragen niet alleen beschouwd worden vanuit het Nederlandse en het Europese perspectief, maar dat deze ook worden geconfronteerd met het perspectief vanuit Rusland. Daarom heeft de AIV ter voorbereiding niet alleen deskundigen geraadpleegd in Den Haag en Brussel, maar heeft ook een delegatie van de voorbereidingswerkgroep met een groot aantal deskundigen in Moskou gesproken.
De volledige tekst van het advies kunt u vanaf op 8 juli 2008 (18:00 uur) op de webpagina van de AIV: http://www.aiv-advies.nl
Noot voor redacties (
RVD Mediafeed