Voedingcentrum


Nota voeding en gezondheid 2008

Het kan beter met het eetpatroon van Nederlanders. Dat staat in de ânota voeding en gezondheidâ die minister Klink vandaag gepresenteerd heeft. Er moet vooral een brede aanpak komen om jonge Nederlanders gezonder te laten eten. Bijvoorbeeld door op school meer aandacht te besteden aan een gezonde leefstijl. Ook het belang van borstvoeding als goede start wordt benadrukt. Het Voedingscentrum ziet een belangrijke rol voor zichzelf bij het waarmaken van de ambities uit de kabinetsnota. Wel hoopt het Voedingscentrum dat er genoeg middelen beschikbaar worden gesteld om de ambitieuze doelen te bereiken, iets wat tot nu toe niet het geval is geweest.

Veel Nederlanders halen de aanbevelingen uit de âRichtlijnen goede voedingâ, die ook in de adviezen bij de Schijf van Vijf staan, niet. Wie eet er écht twee ons groente, twee keer fruit per dag of twee keer in de week vis? Ook levert ons eten te weinig vezels en juist te veel zout en verzadigd vet. Bovendien eten en drinken we gewoon te veel en bewegen we te weinig; daardoor neemt het aantal Nederlanders met overgewicht toe. In de nota staan plannen voor een integrale aanpak om ons eetpatroon te verbeteren. Enerzijds zijn er plannen gericht op consumenten. Bijvoorbeeld voorlichting over groente en fruit of vet. Anderzijds, zo staat in de nota, moet de gezonde keuze gemakkelijker gemaakt worden door het aanbod van industrie, winkels en horeca. Dit geldt dan natuurlijk ook voor scholen en de werkplek.

Wat is de bijdrage van het Voedingscentrum?
Het Voedingscentrum blijft de komende jaren natuurlijk in actie komen om de problemen die er zijn aan te pakken. Het kabinet noemt het Voedingscentrum dan ook regelmatig als uitvoerder van bijvoorbeeld publiekscampagnes om de kennis over gezond eten te vergroten. Juist voor kinderen en jongeren gaat er veel gebeuren. Smaaklessen, Schoolgruiten en de Gezonde Schoolkantine zijn een succes en worden geïntensiveerd. In het project de Gezonde School werken verschillende organisaties samen om één onderwijsmethode te ontwikkelen over gezond leven. Recente onderzoeken lijken een belangrijke steun in de rug te zijn voor deze projecten. Hieruit blijkt dat kinderen en jongeren gemakkelijker de gezonde keuze maken als hier in de les actief aandacht wordt besteed. Het project Goede Voeding is een ander project van het Voedingscentrum en richt zich op het totale eetpatroon, dat ook in de nota centraal staat. En het project âBorstvoeding verdient tijdâ stelt zich met beperkte middelen ten doel om meer babyâs langer borstvoeding te laten krijgen.

De gezonde keuze: stimuleren van een gezonder aanbod Net als het kabinet zal het Voedingscentrum zich ook blijven inzetten om zowel aan de vraag- als aan de aanbodkant de gezonde keuze gemakkelijker te maken. Het Voedingscentrum is verheugd dat het kabinet zich in de nota voorneemt om gezonde productinnovaties van de industrie actief te stimuleren. Een goed voorbeeld van het stimuleren van de industrie is de Taskforce âVerantwoorde vetzuursamenstellingâ, waarin het Voedingscentrum participeert. In deze Taskforce kijken de belangrijkste spelers uit de industrie onder andere hoe ze de vetzuursamenstelling van producten kunnen verbeteren. Door het bedrijfsleven is inmiddels ook een âTaskforce Zoutâ opgericht die werkt aan het verlagen van het zoutgehalte in levensmiddelen. Dat is een goede zaak, omdat ca 70% van het zout dat wij eten afkomstig is uit door de industrie bereide producten. Het wachten is nu op concrete plannen van de Taskforce.