Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Verslag Landbouw- en Visserijraad van 23-24 juni 2008

03 juli 2008 - kamerstuk

Kamerbrief van de raad met als belangrijkste onderwerp de `health check' van het gemeenschappelijk landbouwbeleid. Daarnaast heeft de raad politiek akkoord bereikt over drie voorstellen over visserij.

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal

Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE

IZ. 2008/1167 3 juli 2008
Verslag Landbouw- en Visserijraad van
23-24 juni 2008

Datum Kenmerk Vervolgblad
3 juli 2008 IZ. 2008/1167 2

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum
onderwerp bijlagen

D i rectie Internationale Zaken

Geachte Voorzitter,

In deze brief informeer ik u over de uitkomsten van de Landbouw- en Visserijraad die op 23 en 24 juni jl. in Luxemburg plaatsvond.

Het belangrijkste onderwerp op de agenda van de Raad van 19 mei was de health check van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB), waarover de Raad aan de hand van een tweetal vragen debatteerde. Daarnaast stonden er een groot aantal visserijpunten op de agenda. Het voorzitterschap heeft een politiek akkoord over een drietal voorstellen bereikt: het voorstel ter bestrijding illegale, niet gerapporteerde en niet-gereguleerde visserij, het voorstel over visvergunningen voor Gemeenschapsvaartuigen en vaartuigen uit derde landen en het voorstel bescherming kwetsbare mariene ecosystemen in de volle zee. Daarna heeft de Raad een voorstel voor een visserijprotocol met Mauritanië, de

Mededeling van de Commissie over de beleidsverklaring vangstmogelijkheden voor 2009 en een mogelijke wijziging van de toegestane vangsthoeveelheid voor 2008 voor kabeljauw in Keltische Zee besproken. Het Commissiebesluit over de sluiting van de visserij op blauwvintonijn is door de Raad niet aangepast.

Onder het agendapunt "diversen" kwam een groot aantal punten aan bod. De Commissaris informeerde de Raad over de stand van zaken van de WTO-onderhandelingen. Vervolgens stelde de Belgische delegatie een drietal onderwerpen aan de orde: veiligheidsmaatregelen in de rundvleessector, de recente ontwikkelingen en de gestegen prijzen in de dierlijke sector en het BSE-controlesysteem. De Franse delegatie presenteerde een memorandum over importeisen aan voedsel, dieren en planten. De Letse delegatie vroeg vervolgens aandacht voor de oprichting van een coördinerend EU-agentschap voor de grenscontrole op dierlijke producten en voedsel. Tot slot heeft de Raad uitgebreid stilgestaan bij de gevolgen van de hoge brandstofprijzen voor de visserijsector en de suggesties van de Commissie hoe hieraan tegemoet te komen. Tijdens de lunch op dinsdag hebben de ministers van gedachten gewisseld over de aquacultuurstrategie.

Ministerie van Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit
Directie Internationale
Zaken
Bezuidenhoutseweg 73
Postadres: Postbus 20401
2500 EK 's-Gravenhage
Telefoon: 070 - 3786868
Fax: 070 - 3786100

A-punten
De Raad heeft het voorstel voor een gewasbeschermingsverordening in eerste lezing met gekwalificeerde meerderheid als A-punt aangenomen (punt 32 in de bijlage). Een viertal lidstaten heeft zich van stemming onthouden. Commissaris Vassiliou toonde zich tevreden over het compromis dat moet leiden tot een verdere verduurzaming die rekenschap geeft van voldoende beschikbaarheid van gewasbeschermingsmiddelen. Ik heb aangegeven met het voorstel in te kunnen stemmen.

Health check
(Debat)
De Raad debatteerde aan de hand van een tweetal vragen van het voorzitterschap voor de eerste maal formeel over de wetgevingsvoorstellen van de Commissie voor de health check van het GLB. De vragen hadden respectievelijk betrekking op de voorgestelde volledige ontkoppeling per 2013 en de specifieke steunmaatregelen uit artikel 68, het huidige artikel 69 van Verordening 1782/2003.
Alle lidstaten intervenieerden in dit debat. In reactie op de eerste vraag onderschreef de Raad op hoofdlijnen het streven van de Commissie naar bijna volledige ontkoppeling. De afspraken over ontkoppeling uit de hervorming van het GLB in 2003 moeten worden nagekomen, zo was de algemene mening. Op deze manier kan meer marktwerking in de agrarische sector geïntroduceerd worden en marktverstoring tegengegaan. Veel delegaties plaatsten echter kanttekeningen bij voor hen specifieke onderdelen en sectoren. Zij vestigden hierbij de aandacht op de verwachte problemen, zoals verlies aan werkgelegenheid, leefbaarheid van het platteland en biodiversiteit, die volledige ontkoppeling kan veroorzaken in bepaalde regio's en/of gevoelige sectoren. Enkele lidstaten pleitten daarom bijvoorbeeld voor langere overgangsperiodes naar volledige ontkoppeling. De lidstaten die op dit moment de directe inkomenssteun geheel of zo goed als ontkoppeld hebben, riepen de andere landen op hun voorbeeld te volgen.

De Raad verwelkomde op hoofdlijnen de specifieke steunmaatregelen die de Commissie voorstelt in artikel 68. Veel delegaties vinden de voorwaarden om zeer uiteenlopende redenen echter te beperkend en riepen de Commissie daarom op tot meer flexibiliteit, op inhoud, budget en/of tijd. Het aantal sectoren dat op grond van dit artikel specifieke steun kan ontvangen, is te beperkt volgens menig delegatie. In mijn interventie noemde ik ten eerste mijn belangrijkste vier prioriteiten in de health check: het zichtbaar belonen van de maatschappelijke prestaties die de landbouw levert aan de samenleving, de verruiming van artikel 68, een zachte landing van de melkquotering en tastbare vereenvoudiging. In reactie op de vraag over ontkoppeling, heb ik aangegeven te streven naar volledige ontkoppeling van de inkomenssteun omdat dit naar mijn stelligste overtuiging leidt tot de grootste keuzevrijheid voor de boeren, handelsverstoring wegneemt en marktoriëntatie vergroot. Vervolgens gaf ik aan in belangrijke mate te kunnen instemmen met de voorstellen voor verdere ontkoppeling van de Commissie. Op twee punten heb ik aanpassingen voorgesteld. Zo dient de ontkoppeling van de kalverslachtpremie wat mij betreft een verplicht karakter te hebben in alle lidstaten.

Datum Kenmerk Vervolgblad
3 juli 2008 IZ. 2008/1167 3
Op het gebied van aardappelzetmeel dient ontkoppeling naar mijn oordeel plaats te vinden op basis van quotum en niet op basis van een verouderde referentieperiode. Bij de vraag over artikel 68 heb ik onderstreept veel belang te hechten aan een bredere inzetbaarheid dit artikel en flexibelere (rand)voorwaarden. Ik heb voorgesteld artikel 68 ook te richten op de verduurzaming van de landbouwsector in het algemeen en niet alleen voor milieu in algemene zin, kwaliteit en marketing. Daarmee moeten aspecten als dierenwelzijn en diergezondheid ook een plaats kunnen krijgen. Verder suggereerde het artikel eveneens te richten op die sectoren, waar vergaande ontkoppeling in de komende jaren plaats zal vinden, zoals aardappelzetmeel en vlas. Voorts heb ik benadrukt dat de voorwaarde dat lidstaten uiterlijk op 1 augustus 2009 eenmalig kunnen kiezen om gebruik te maken van artikel 68 te beperkend te vinden en stelde voor lidstaten de mogelijkheid te geven elk jaar voor 1 augustus aan te laten geven in welke mate en voor welke doelen artikel 68 in het daarop volgende jaar zal worden aangewend. Voorts heb ik in de Raad aandacht gevraagd voor drie aanvullende onderwerpen. Als eerste heb ik genoemd tastbare vereenvoudiging van het GLB, waar nog de nodige winst te behalen valt en noemde de uitvoeringsmodaliteiten van directe inkomenssteun en het randvoorwaardenbeleid als voorbeeld. Verder heb ik opgeroepen tot een échte zachte landing van de melkquotering, omdat wat de Commissie nu voorstelt, volgens haar eigen impactanalyse mogelijk leidt tot een harde landing in Nederland. Een zachte landing vereist een jaarlijkse quotumverruiming van tenminste 2%. Ten slotte heb ik aangegeven dat waar de Commissie gebrek aan ambitie toont op het gebied van de verruiming van de melkquotering, zij juist veel te veel ambitie toont op het gebied van modulatie. De toekomst van het GLB ligt volgens mij in een sterke eerste pijler die de maatschappelijke prestaties van de landbouw zichtbaar beloont.
In haar reactie op de interventies van lidstaten, gaf Commissaris Fischer Boel tenslotte aan dat ontkoppeling volgens haar één van de drie belangrijkste discussiepunten in de health check is en boeren meer flexibiliteit geeft. Haar indruk was dat alle lidstaten uiteindelijk kunnen instemmen met volledige ontkoppeling in 2013 en daarmee de fundamentele uitgangspunten van de GLB-hervorming van 2003 delen, hoewel er ook gesproken moet worden over de snelheid waarmee ontkoppeld wordt. Ongeacht een eventuele (en verlengende) overgangstermijn, benadrukte de Commissaris het ontkoppelingsproces nu al te willen starten. Volgens haar mag het niet zo zijn dat er na de health check een hoger niveau van gekoppelde steun ontstaat dan nu het geval is. Zij betoogde verder dat die lidstaten die pleiten voor een langere periode voor gekoppelde steun voor tabak hun energie beter in andere zaken kunnen steken. De volledige ontkoppeling daarvan is reeds in 2004 overeengekomen en daar wordt wat betreft de Commissie niet aan getornd. Tenslotte gaf zij aan open te staan voor een discussie over meer flexibiliteit over de financiering van artikel 68.

Voorstel bestrijding illegale, niet gerapporteerde en niet gereguleerde visserij (Politiek akkoord)
De Raad heeft met unanimiteit een politiek akkoord bereikt over het voorstel voor de Illegal, Unreported and Unregulated fishing (IUU-visserij). Het akkoord bevat een breed pakket aan maatregelen om IUU-visserij tegen te gaan.

Datum Kenmerk Vervolgblad
3 juli 2008 IZ. 2008/1167 4
De controles in Europese havens van vissersvaartuigen uit derde landen wordt aangescherpt. Alle geïmporteerde vis moet voorzien zijn van een certificaat waaruit blijkt dat het om legaal gevangen vis gaat. Ook zijn er afspraken over een sanctieregime voor IUU-vissers en hun vlaggenstaten gemaakt, wordt de verantwoordelijkheid van lidstaten voor hun onderdanen in de strijd tegen IUU-visserij vergroot, wordt een communautair alarmsysteem opgezet en wordt de uitvoerende taak van de Commissie uitgebreid. Het akkoord heeft betrekking op zowel derde landen als communautaire vaartuigen. In het politiek akkoord is rekening gehouden met de Nederlandse opvattingen. Aansluiting is gezocht bij de douanepraktijken zoals het werken met risicoanalyses en ook de rol van de private sector bij de IUU-aanpak is vergroot. Tevens wordt voorkomen dat EU-vissers zowel op basis van de controle verordening als in het kader van IUU-aanpak worden gesanctioneerd.

Tijdens de Raad is overeenstemming bereikt over het sanctieregime bij de IUU-visserij. Er zijn afspraken gemaakt over de maximum hoogte van de administratieve boete bij overtredingen. In deze boetes moet rekening worden gehouden met het met de overtreding behaalde economisch voordeel, evenals de aan het ecosysteem toegebrachte schade. Het regime voorziet ook in de mogelijkheid om aanvullende administratieve sancties toe te passen, zoals het intrekken van vergunningen en visquota. Van belang is dat de lidstaten de keuze hebben tussen de toepassing van het hiervoor genoemd administratief sanctiesysteem dan wel het toepassen van strafrechtelijke sancties. Op deze wijze kunnen de lidstaten zelf een juiste mix van sancties kiezen. Ik ben van oordeel dat met deze afspraken een stap gezet is in de richting van harmonisering van bepaalde administratieve sancties. Hiermee is ook aansluiting gevonden bij het kabinetsbeleid inzake (strafrechtelijke) sancties in de eerste pijler van het EU-Verdrag. De IUU-verordening is omvangrijk en moet in nog vast te stellen uitvoeringsbepalingen nader worden uitgewerkt. Voor diverse onderdelen werden verschillende data van inwerkingtreding voorzien. De Raad heeft besloten tot één datum van inwerkingtreding van de gehele verordening namelijk 1 januari 2010. Ik heb een positief oordeel over het bereikte eindresultaat. Met deze verordening is een harde en doeltreffende aanpak van de IUU-visserij mogelijk. Ik heb tenslotte tijdens de behandeling in de Raad aandacht gevraagd voor de positie van de ontwikkelingslanden bij de toepassing van deze verordening. Op dit punt heeft de Commissaris toegezegd speciale aandacht te zullen besteden aan de positie van ontwikkelingslanden met betrekking tot hun capaciteit om te voldoen aan de verplichtingen van deze verordening.

Voorstel inzake visvergunningen voor Gemeenschapsvaartuigen en vaartuigen uit derde landen
(Politiek akkoord)
De Raad heeft met unanimiteit een politiek akkoord bereikt over het Commissievoorstel voor uitgifte en beheer van visserijvergunningen. Dit voorstel bevat een algemene communautaire regeling inzake vergunningen voor alle visserijactiviteiten van communautaire vaartuigen buiten de communautaire wateren en voor vaartuigen uit derde landen in de gemeenschapswateren.

Datum Kenmerk Vervolgblad
3 juli 2008 IZ. 2008/1167 5

Doel is de bestaande procedures van uitgifte en beheer te vereenvoudigen en te verbeteren. Ik ben positief over het bereikte akkoord. Hiermee is een stap gezet in het kader van de vereenvoudiging regelgeving en wordt de aanpak transparanter. Ook kunnen de visserijmogelijkheden in de wateren van derde landen administratief beter worden beheerd.

Voorstel bescherming kwetsbare mariene ecosystemen in de volle zee (Politiek akkoord)
De Raad heeft unaniem een akkoord bereikt over het voorstel voor de bescherming kwetsbare mariene ecosystemen in de volle zee tegen schadelijke bodemvisserij. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan de VN resolutie 61/105 over dit onderwerp. Voor de internationale wateren die niet door een Regionale Visserijorganisatie worden beheerd, wordt de bodemberoerende visserij aan een vergunningplicht onderworpen. Nederland heeft zich sterk gemaakt voor de afspraken in VN-verband. De Raad heeft ingestemd met het compromisvoorstel van het voorzitterschap om - als alternatief voor het hanteren van een maximale dieptegrens - de bodemvisserij te verbieden in gebieden waar geen afdoende wetenschappelijk assessment beschikbaar is. Dergelijke visserij zal uitsluitend worden toegestaan als het wetenschappelijk assessment aantoont dat kwetsbare ecosystemen geen risico lopen. De Raad heeft het voorgestelde waarnemersysteem overgenomen (100% waarnemers op de schepen) met dien verstande dat dit systeem na één jaar wordt geëvalueerd. Ik ben tevreden over deze einduitkomst. Naar mijn mening wordt op deze wijze afdoende bescherming geven aan kwetsbare mariene ecosystemen.

Voorstel sluiting Visserijprotocol met Mauritanië
(Besluit)
De Raad heeft - ondanks een zeer brede steun voor het Commissievoorstel - nog geen besluit genomen over het voorstel over de sluiting van een visserij Protocol met Mauritanië. Naast het verzet van Spanje tegen de interne verdeling van de visserijmogelijkheden op koppotigen wordt het advies van het Europees Parlement afgewacht. Tijdens de Raad van juli zal met het oog op de inwerkingtreding van het protocol een besluit moeten worden genomen. Ik heb mij positief uitgelaten over het nieuwe Protocol met Mauritanië en de Commissie verzocht de benutting van de pelagische vangstmogelijkheden goed te monitoren.

Commissiemededeling inzake beleidsverklaring vangstmogelijkheden voor 2009 (Gedachtewisseling)
De Raad heeft van gedachten gewisseld over de pas uitgebrachte beleidsverklaring van de Europese Commissie. Deze beleidsverklaring schetst in algemene bewoordingen de stand van de bestanden in Gemeenschapswateren, geeft aan met welke generieke spelregels de vangstmogelijkheden voor 2009 zullen worden vastgesteld en gaat in op de activiteiten in 2008 in de aanloop naar de Raad van december. In de Raad werd de Commissie mededeling op hoofdlijnen gesteund. Ook van mijn kant heb ik steun uitgesproken voor de aanpak van de Commissie. Ik heb daarbij vooral gewezen op het belang van meerjarenplannen voor het duurzaam beheren van de visbestanden. Voor bestanden waarvoor (nog) geen meerjarenplannen bestaan, vormen naar mijn oordeel de voorgestelde "oogstregels" een goed uitgangspunt voor de vaststelling van vangstmogelijkheden voor 2009.

Datum Kenmerk Vervolgblad
3 juli 2008 IZ. 2008/1167 6
Wel heb ik mij samen met enkele andere lidstaten kritisch uitgelaten over het voorstel om niet-benutte quota (zogenoemde "paper fish") automatisch het jaar daarop te reduceren. Zo'n maatregel kan betekenen dat altijd kost wat kost het quotum wordt opgevist.

Wijziging toegestane vangsthoeveelheid (TAC) voor kabeljauw in de Keltische Zee (Gedachtewisseling)
Enkele direct betrokken lidstaten hebben verzocht om in het licht van nieuwe wetenschappelijke inzichten de kabeljauw-TAC in de Keltische Zee tussentijds te verhogen. De Commissie heeft aangegeven het binnenkort te verschijnen advies van de internationale biologen in de ICES te willen afwachten alvorens een positie in te nemen.

Sluiting visserij op blauwvintonijn
(Gedachtewisseling)
De Europese Commissie heeft recent de visserij blauwvintonijn in de Middellandse Zee en de Atlantische Oceaan gesloten. Op verzoek van Frankrijk en Italië is deze sluiting op de Raadsagenda geplaatst. Betrokken lidstaten gaven aan het niet eens te zijn met de sluiting en met de door de Europese Commissie gehanteerde vangstdata. De Europese Commissie heeft aangegeven dat haar besluit niet alleen gebaseerd is op vangstdata maar ook op gegevens op basis van uitgebreide inspectiemissies. De Raad heeft hiervan kennis genomen en is akkoord gegaan met het Commissiebesluit tot sluiting van deze visserij.

Diversen
a) WTO
(Stand van zaken)
Zoals gebruikelijk gaf Commissaris Fischer Boel een toelichting op de stand van zaken van de WTO-onderhandelingen. Zij gaf aan dat er sinds de Raad in mei vooruitgang was geboekt en dat een ministeriële bijeenkomst in juli nu steeds meer in zicht komt, maar dat er nog steeds veel werk verricht moet worden. Er is, zo benadrukte zij, meer evenwicht te verkrijgen tussen de verschillende onderdelen van de WTO en dat er juist bij die andere onderdelen nog vooruitgang dient te worden geboekt. Het is volgens de Commissie een uitdaging om op landbouwgebied geen verdere concessies te doen op weg naar een algemeen en evenwichtig akkoord. Mevrouw Fischer Boel wenste soepeler regels voor gevoelige EU-producten.
Een groot aantal lidstaten sprak hun zorgen uit over de stand van de onderhandelingen. Ik heb benadrukt dat verdere verbeteringen in de teksten nodig zijn om de onderhandelingen in Genève verder te kunnen brengen. Het belang van een alomvattende, ambitieuze en gebalanceerde uitkomst binnen én tussen de pijlers van de Doha-ronde staat bij mij voorop. Hoewel ik bezorgd ben over het tot nu toe bereikte resultaat, kon ik de Commissie ondersteunen in de inzet om het begrip "partial designation" erkend te krijgen als berekeningswijze voor de omvang van tariefcontingenten voor gevoelige producten. Voorts heb ik, zoals bekend, aangegeven dat Nederland naar een ambitieus en evenwichtig akkoord streeft dat rekening houdt met zowel de defensieve als offensieve belangen en dat volgens mij tevens recht doet aan de ontwikkelingsdimensie van deze ronde. Daarvoor behoeft nog een behoorlijke inspanning te worden gepleegd.

Datum Kenmerk Vervolgblad
3 juli 2008 IZ. 2008/1167 7
Tegen die achtergrond heb ik eveneens aangegeven in het bijzonder te hechten aan de volgende resultaten. Parallelliteit bij de uitfasering van exportsteun is nog altijd cruciaal en helaas nog niet gerealiseerd in de nieuwe tekst. De offensieve exportbelangen vereisen dat er voor voedselhulp, exportkredieten en staatshandelsondernemingen vergelijkbare uitfaseringsdisciplines gaan gelden als voor onze exportsubsidies, uitfasering van exportsubsidies op basis van budgettaire beperkingen in plaats van op basis van volumerestricties, blijft voor mij belangrijk. De omissie van een goede referentieperiode dient te worden rechtgezet. Voorts heb ik benadrukt waarde te hechten dat er bij de markttoegangsonderhandelingen bij de keuze van gevoelige producten rekening wordt gehouden met dierenwelzijngevoelige producten in de laagste tariefbanden en daarbij te denken aan pluimveevlees, eiproducten en varkensvlees. In dat verband bracht ik ook onder de aandacht dat er voor varkensvlees een probleem bestaat, omdat het tariefcontingent bij een 2/3 deviatie groot uitpakt en bezien dient te worden of hiervoor een oplossing kan worden gevonden. Ook onderstreepte ik nogmaals het belang van het behoud van de speciale vrijwaringsclausule (SSG), omdat dit voor bepaalde sectoren, zoals de suikersector, van belang is. Ik heb voorts aangegeven dat de bepalingen over de aanscherping van de groene boxcriteria mij zorgen baren. Tenslotte heb ik meer aandacht gevraagd voor non-trade concerns (NTC), zowel in deze WTO-ronde als in toekomstige onderhandelingen. Dat laatste kan worden gerealiseerd door het opnemen van dit concept in de preambule of in een 'continuation clause' in een nieuw landbouwakkoord.

(b) Vrijwaringsmaatregelen blauwtong
(verzoek van de Belgische delegatie)
De Belgische minister Laruelle vroeg aandacht voor de voorgenomen verlichting van de EU-eisen voor BSE-monitoring. Zij wees op de hoge kosten van de huidige BSE-monitoring en drong er bij de Commissie op aan een concreet en liefst snel tijdpad kenbaar maken voor het verlenen van de goedkeuring aan de lidstaten voor het verlichte regime. Een groot aantal lidstaten steunde het Belgische verzoek. Ook ik sprak mijn steun uit voor de oproep van mijn Belgische collega. Commissaris Vassiliou gaf in haar reactie aan dat in juli de discussie over de nieuwe verordening start en dat alle aspecten die met de BSEmonitoring te maken hebben daar besproken kunnen worden. Zij gaf daarbij een aanpassing van de minimumleeftijd als voorbeeld.

(c) Dierlijke producten - recente ontwikkeling van de kosten en de prijzen (Verzoek van de Belgische delegatie)
De Belgische minister vroeg eveneens aandacht voor de grote verschillen die er bestaan tussen de dure grondstoffen voor agrariërs, zoals diervoeder en brandstof enerzijds en de prijs die de boer voor zijn product krijgt, zeker als die worden vergeleken met de retailprijs anderzijds. Ook is er volgens België een te groot verschil tussen de prijs die producenten in de EU moeten betalen voor grondstoffen in vergelijk met de veel lagere grondstofprijzen elders in de wereld. Zij riep op tot het zoeken naar oplossingen, zoals een betere organisatie van de producenten, voornamelijk via interbrancheorganisaties. De Commissaris benadrukte dat het haar ontbreekt aan mogelijkheden om op de korte termijn prijzen te kunnen beïnvloeden. Dit geldt voor brandstof, maar ook voor andere grondstoffen.

Datum Kenmerk Vervolgblad
3 juli 2008 IZ. 2008/1167 8
De Commissaris wees de lidstaten op hun verantwoordelijkheid zelf maatregelen te kunnen nemen, onder meer door het goedkeuren van ggo's, waardoor de sector toegang krijgt tot goedkopere grondstoffen. Verder riep zij de lidstaten op tot het respecteren van regels van de interne markt.

(d) Aanpassing van het actieve BSE-toezicht
Verzoek van de Belgische delegatie
In de Raad heeft de Belgische minister in verband met de hoge testkosten er bij de Commissie op aangedrongen een andere surveillancestrategie voor BSE toe te staan, vooral voor die situaties met beperkte risico's. Evenals een groot aantal andere lidstaten, heb ik dit verzoek gesteund. Commissaris Vassiliou gaf aan de zorgen van de lidstaten te delen. Inmiddels is er een nieuwe verordening (juli 2008) om de herziening te starten. Een aangepast systeem kan in principe nog in 2008 worden aangenomen, zodat er in 2009 mee gestart kan worden. De Europese voedselautoriteit EFSA zal nog dit jaar een advies kunnen opstellen dat mogelijkerwijs opening biedt om de surveillance in de nabije toekomst nog verder aan te passen.

(e) Invoer van levensmiddelen, diervoeder, dieren en planten: veiligheid en naleving van de communautaire voorschriften
(Verzoek van de Franse delegatie)
Op verzoek van Frankrijk besprak de Raad een Frans memorandum over importeisen aan voedsel, dieren en planten. Het gaat Frankrijk om betere/efficiëntere waarborging van de veiligheid van importproducten en conformiteit aan de EU-normen, geen nadelige concurrentiepositie voor EU-ondernemers en een voedselaandbod dat voldoet aan de Europese voorkeuren (onder andere via informatieverstrekking aan consumenten). Hierbij wil Frankrijk vooral focussen op de verbetering van importcontroles, volledige risicoanalyses op importen; beëindiging van concurrentieverstoringen; en een breder scala aan legitieme factoren en collectieve voorkeuren bij het toelaten van producten op de (EU)markt. Het belang van veiligheid voor de Europese consument zou voorop moeten staan. Minister Barnier riep op het in kaart brengen van risico's, zoals die voortvloeien uit het gebruik van pesticiden, hormonen en chemische verontreiniging. Een groot aantal lidstaten steunde het memorandum. Ik heb aangegeven het een goede zaak te vinden dat aspecten die te maken hebben met de productie van en de handel in voedsel, dieren en planten in onderlinge samenhang bekeken worden. Ook onderstreepte ik het belang van veilig voedsel voor mens en dier, ongeacht waar deze producten en grondstoffen zijn geproduceerd en/of verwerkt. De sector en de overheid dragen hier gezamenlijke verantwoordelijkheid. In sommige gevallen stelt de sector zelf vrijwillige normen op die soms verder gaan dan de wettelijke normen. Tegelijkertijd heb ik benadrukt dat de naleving van Europese voorschriften en het toezicht daarop uiteraard belangrijk is, maar dat dat vanzelfsprekend binnen het kader van de WTO-regels dient te gebeuren. Bijzondere aandacht moet daarbij uitgaan naar invoer uit ontwikkelingslanden. Deze invoer moet wat mij betreft worden gestimuleerd en voorkomen moet worden dat nieuwe non-tarifaire belemmeringen opgeworpen worden.

Datum Kenmerk Vervolgblad
3 juli 2008 IZ. 2008/1167 9

(f) Voorstel voor de oprichting van én communautair agentschap voor het coördineren van de veterinaire en de levensmiddelencontroles aan de grenzen (Verzoek van de Letse delegatie)
Letland wenst de naleving van de geharmoniseerde regels voor de veterinaire en de levensmiddelencontroles te verbeteren. Een agentschap is hiervoor volgens Letland het geëigende instrument. Enkele lidstaten steunden deze oproep. Letland bood zich aan als vestigingsplaats voor een dergelijk agentschap. De Commissie antwoordt dat een discussie over dit onderwerp in een breder kader geplaatst zou moeten worden en op een later moment de discussie over dit onderwerp verder gevoerd zou moeten worden.

(g) Gevolgen van de hoge brandstofprijzen in de visserijsector De Europese Commissie heeft het onlangs voorgestelde pakket om de crisis in de visserijsector te bestrijden toegelicht. De Commissie is daarbij ingegaan op de ontwikkelingen van de brandstofprijzen en de huidige structurele situatie van de visserijsector. Ook zijn de uitgangspunten, die ten grondslag liggen aan het voorgestelde maatregelenpakket, en de inhoud van de maatregelen toegelicht.
In de Raad werden grote zorgen geuit over de situatie in de visserijsectoren. Daarbij is van verschillende zijde gewezen op de noodzaak van structurele maatregelen en aangedrongen op meer financiële middelen. Ik heb aangegeven dat niet één simpele oplossing voorhanden is en dat structurele aanpassingen in de visserijsector noodzakelijk zijn. Tegen deze achtergrond heb ik mij kritisch uitgelaten over het grote accent op tijdelijke stilligregelingen in het pakket van de Commissie en er voorts op aangedrongen het Europees Visserij Fonds leidend te laten zijn bij de aanpak van de problemen. Deze aanpak moet zich richten op het minder afhankelijk worden van brandstof, in energiezuinigere en meer duurzame visserijtechnieken en het verbeteren van de marktpositie van Europese vis. Ik heb de aanpak in Nederland die zich onder meer richt op innovatie en investeringen, toegelicht.

U wordt zo spoedig uitvoerig geïnformeerd over het pakket van de Europese Commissie en de mijn inziens te nemen maatregelen.
De Europese Commissie zal zo spoedig mogelijk voorstellen tot wijziging van het Europees Visserij Fonds (EVF) presenteren aan de Raad. De Raad is overeengekomen het Europees Parlement te vragen met urgentie advies uit te brengen over de komende Commissievoorstellen. Mogelijk zal de Raad van juli al besluiten kunnen nemen over de wijzigingsvoorstellen voor het EVF.

Lunch visserijministers over aquacultuur
Het Voorzitterschap had een speciale lunch georganiseerd om informeel van gedachten te wisselen over de te volgen strategie bij de ontwikkeling van de aquacultuur. De Europese Commissie heeft een herziening van de Europese aquacultuur strategie uit 2002 in voorbereiding. Naar verwachting zal eind dit jaar een Actieplan worden voorgelegd aan de Raad. De Europese Commissie benoemt drie speerpunten, namelijk duurzame groei, concurrentievermogen en de rol van de overheid.

Datum Kenmerk Vervolgblad
3 juli 2008 IZ. 2008/1167 10
In mijn bijdrage aan de discussie ben ik onder andere ingegaan op de mogelijkheden van een integratie van aquacultuur met andere economische activiteiten, op het belang van welzijn van vissen en op de noodzaak van een coherente wetgeving die ook rekening houdt met de economische belangen van aquacultuur.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg

Datum Kenmerk Vervolgblad
3 juli 2008 IZ. 2008/1167 11

Bijlage
De volgende punten heeft de Raad als A-punt aangenomen, dat wil zeggen zonder discussie.


1. Aanneming van een verordening van de Raad houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1782/2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen voor rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, dat de steunregeling voor katoen betreft;


2. Aanneming van een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1405/2006 houdende vaststelling van specifieke maatregelen voor de landbouw ten behoeve van de kleinere eilanden in de Egeïsche Zee en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1782/20033;


3. Besluit tot benoeming van 7 leden van de raad van bestuur van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid;


4. Voorstel voor een richtlijn van de Raad tot vereenvoudiging van de procedures voor het opstellen en publiceren van lijsten met informatie op veterinair en zoötechnisch gebied en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG, 77/504/EEG, 88/407/EEG, 88/661/EEG, 89/361/EEG, 89/556/EEG, 90/426/EEG, 90/427/EEG, 90/428/EEG, 90/429/EEG, 90/539/EEG, 91/68/EEG, 91/496/EEG, 92/35/EEG, 92/65/EEG, 92/66/EEG, 92/119/EEG, 94/28/EG en 2000/75/EG, Beschikking 2000/258/EG en de Richtlijnen 2001/89/EG, 2002/60/EG en 2005/94/EG;


5. Ontwerpverordening van de Commissie tot wijziging van bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad houdende vaststelling van voorschriften voor preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën;


6. Besluit van de Raad tot machtiging van de Commissie om onderhandelingen te voeren met het oog op de opstelling van een internationaal juridisch bindend instrument betreffende maatregelen van de havenstaten om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen;


7. Ministerraad van de Energiegemeenschap (Brussel, 27 juni 2008), Geannoteerde agenda, Informatie, Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende het standpunt van de Europese Gemeenschap;


8. Ontwerp Verordening (EG) van de Commissie tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 3922/1991 van de Raad ten aanzien van gemeenschappelijke technische voorschriften en administratieve procedures van toepassing op commercieel vervoer per vliegtuig;


9. Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de ondertekening namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst over wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap enerzijds en de regering van Nieuw-Zeeland anderzijds;


10. Ontwerpbesluit van de Raad ter verbetering van de samenwerking in crisissituaties tussen de speciale interventie-eenheden van de lidstaten van de Europese Unie;


11. Ontwerpbesluit van de Raad betreffende de uitvoering van Besluit 2008/.../JBZ inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit;

Datum Kenmerk Vervolgblad
3 juli 2008 IZ. 2008/1167 12


12. Aanneming van een ontwerpbesluit van de Raad inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit;


13. Voorstel voor een besluit van de Raad over de toegang tot het visuminformatiesysteem (VIS) voor raadpleging door aangewezen autoriteiten van de lidstaten en door Europol, met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten;


14. Gemeenschappelijk Optreden van de Raad tot wijziging en verlenging van Gemeenschappelijk Optreden 2007/405/GBVB inzake de politiemissie van de Europese Unie op het gebied van de hervorming van de veiligheidssector en haar interface met justitie in de Democratische Republiek Congo (EUPOL RD Congo);


15. Gemeenschappelijk optreden van de Raad houdende wijziging en verlenging van Gemeenschappelijk Optreden 2005/190/GBVB inzake de geïntegreerde rechtsstaatmissie van de Europese Unie voor Irak, EUJUST LEX;


16. Voorgestelde wijzigingen van het reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie die de invoering beogen van de nadere regels betreffende het verloop van de procedure van heroverweging;


17. Ontwerpbesluit van de Raad houdende wijziging van het Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie inzake de regeling van het taalgebruik van toepassing op de procedure van heroverweging;


18. Speciaal verslag nr. 2/2008 van de Rekenkamer betreffende bindende tariefinlichtingen (BTI);


19. Voorstel voor een verordening van de Raad tot vaststelling van de aanpassingscoëfficiënten die met ingang van 1 juli 2007 van toepassing zijn op de bezoldigingen van ambtenaren, tijdelijke functionarissen en arbeidscontractanten van de Europese Gemeenschappen die in derde landen werkzaam zijn en van een deel van de ambtenaren die in de twee nieuwe lidstaten werkzaam blijven gedurende een periode van ten hoogste negentien maanden na de toetreding;


20. Voorstel voor een besluit van de Raad tot verlening van een garantie van de Gemeenschap voor verliezen van de Europese Investeringsbank op leningen voor projecten buiten de Gemeenschap (zuidoostelijke buurlanden, Middellandse- Zeegebied, Latijns-Amerika en Azië en de Republiek Zuid-Afrika) (gecodificeerde versie) (WB);


21. Arbitrageverdrag: Aanbeveling voor een besluit van de Raad betreffende de toetreding van Bulgarije en Roemenië tot het verdrag van 23 juli 1990 ter afschaffing van dubbele belasting in geval van winstcorrecties tussen verbonden ondernemingen, Voorstel voor een besluit van de Raad tot wijziging van bijlage I bij de Akte van toetreding van Bulgarije en Roemenië;


22. Beperkende maatregelen tegen Birma/Myanmar, Antwoordbrief aan het advocatenkantoor Carter-Ruck;


23. Ontwerp van gemeenschappelijk optreden van de Raad ter ondersteuning van de universalisering en uitvoering van het Verdrag van Ottawa, in het kader van de Europese veiligheidsstrategie;


24. Aanneming van een gemeenschappelijk optreden van de Raad tot oprichting van een Europese veiligheids- en defensieacademie (EVDA);


25. Besluit van de Raad tot wijziging van Besluit 2008/134/GBVB van de Raad betreffende de politiemissie van de Europese Unie voor de Palestijnse Gebieden;

Datum Kenmerk Vervolgblad
3 juli 2008 IZ. 2008/1167 13


26. Ontwerp van een operationeel concept (CONOPS) voor de verlengde EVDBpolitiemissie in het kader van de hervorming van de veiligheidssector en haar interface met justitie in de Democratische Republiek Congo (DRC);


27. Gemeenschappelijk Optreden van de Raad tot wijziging van Gemeenschappelijk Optreden 2008/131/GBVB houdende verlenging van het mandaat van de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie voor Afghanistan;


28. Beperkende maatregelen tegen Iran, a)Ontwerp van gemeenschappelijk standpunt van de Raad tot wijziging van Gemeenschappelijk Standpunt 2007/140/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Iran, b) Ontwerpbesluit van de Raad houdende uitvoering van artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 423/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran;


29. Cuba, Ontwerpconclusies van de Raad;


30. Uitbreiding, Toetredingsonderhandelingen met Kroatië en Turkije;


31. Overzichtsverslag: Maatregelen ter verbetering van de efficiëntie, de samenhang en de zichtbaarheid van het externe beleid van de EU;


32. Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen;


33. Verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake statistieken over gewasbeschermingsmiddelen;


34. Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende het visuminformatiesysteem (VIS) en de uitwisseling tussen de lidstaten van informatie op het gebied van visa voor kort verblijf (eerste lezing);


35. Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de indiening door de lidstaten van statistieken over aquacultuur (eerste lezing);


36. Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 515/97 van de Raad betreffende de wederzijdse bijstand tussen de administratieve autoriteiten van de lidstaten en de samenwerking tussen deze autoriteiten en de Commissie met het oog op de juiste toepassing van de douane- en landbouwvoorschriften (eerste lezing);


37. Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake statistieken van volks- en woningtellingen (eerste lezing);


38. Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van procedures voor de toepassing van bepaalde nationale technische voorschriften op producten die in een andere lidstaat rechtmatig in de handel zijn gebracht, en tot intrekking van Beschikking 3052/95/EG (eerste lezing);


39. Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht betreffende het in de handel brengen van producten (eerste lezing);


40. Voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende een gemeenschappelijk kader voor het in de handel brengen van producten (eerste lezing);


41. Voorstel voor een beschikking van het Europees Parlement en de Raad betreffende de deelname door de Gemeenschap aan een door verschillende lidstaten ondernomen programma voor onderzoek en ontwikkeling die gericht is op de ondersteuning van onderzoek en ontwikkeling verrichtende KMO's (eerste lezing);

Datum Kenmerk Vervolgblad
3 juli 2008 IZ. 2008/1167 14


42. Voorstel voor een beschikking van het Europees Parlement en de Raad over de deelneming van de Gemeenschap aan een onderzoeks- en ontwikkelingsprogramma dat de levenskwaliteit van ouderen beoogt te verbeteren door middel van het gebruik van nieuwe informatie- en communicatietechnologieën (ICT), dat door verschillende lidstaten is opgezet (eerste lezing);


43. Voorstel voor een beschikking van het Europees Parlement en de Raad inzake de

(eerste lezing);

44. Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake luchthavengelden (eerste lezing), Aanneming a) van het gemeenschappelijk standpunt, b) de motivering van de Raad.