Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
Den Haag Ons kenmerk
3 juli 2008 HO/BS/28201
Onderwerp
Toezegging klachten studenten bij visitaties
Met deze brief wil ik de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap informeren over de
manier waarop studenten eventuele klachten over het verloop van visitaties in het hoger onderwijs
kenbaar kunnen maken. De aanleiding is het Algemeen Overleg over het nieuwe accreditatiestelsel op
27 maart jl., waarin ik heb toegezegd de vaste commissie voor OCW hierover per brief nader te
informeren. De Commissie stemde overigens tijdens dat overleg in met mijn voorstel voor een herzien
accreditatiestelsel zoals verwoord in de notitie "Focus op kwaliteit" (Kamerstukken 31288, nr 21).
Aan de accreditatie van opleidingen door de NVAO gaat ook in het herziene stelsel een visitatie
vooraf. Bij een visitatie beoordeelt een panel van onafhankelijke deskundigen de kwaliteit van de
betreffende opleiding. In het panel zit altijd één student die een relatie heeft met de aard van de te
beoordelen opleiding. Het is gebruikelijk dat bij de visitatie systematische evaluaties over de opleiding
worden meegenomen. Die bestaan voor een aanzienlijk deel uit studentenoordelen (bijvoorbeeld
studenttevredenheidsonderzoeken). Tijdens de visitatie worden ook studenten gehoord. Dat kan, naar
inzicht van het panel, op verschillende manieren: schriftelijk, mondeling, individueel of in een
groepsgesprek. Het is vanzelfsprekend dat studenten net als docenten overigens daarbij vrij van
last of ruggespraak een oordeel kunnen geven. Wanneer studenten daarbij op welke wijze dan ook door
de instelling bewust belemmerd of beïnvloed worden, vind ik dat een zeer ernstige zaak. Of, en zo ja,
hoe vaak dit voorkomt is mij niet bekend; mij zijn geen concrete signalen bekend. Overigens vind ik het
niet problematisch wanneer opleidingen hun studenten op een neutrale, zakelijke manier voorbereiden
op een visitatie. Dat is gezien het belang van accreditatie begrijpelijk.
Wie constateert dat een visitatiepanel door de instelling welbewust wordt misleid met betrekking tot de
kwaliteit van de opleiding bijvoorbeeld door bepaalde instructies aan studenten of docenten met het
doel de werkelijke situatie te verbloemen kan zich met een klacht wenden tot de klachtencommissie
van de instelling. Het ligt voor de hand dat men ook het betreffende panel en/of de NVAO inlicht over
een dergelijke klacht. Als de klacht gaat over de werkwijze van een panel en niet over de handelwijze
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag T +31-70-412 3456 F +31-70-412 3450 W www.minocw.nl
blad 2/2
van de instelling kan men zich wenden tot de NVAO. Dit geldt in het nieuwe stelsel ook voor klachten
over de werkwijze van een visitatiecommissie voor de instellingsaudit.
Ten slotte wil ik nog het volgende opmerken. In het huidige accreditatiestelsel lijkt het er op dat de
zwaarte van de sanctie na een negatief accreditatiebesluit en het gebrek aan nuance in het wettelijk
instrumentarium er toe hebben geleid dat eventuele verbeterpunten door de instelling of het panel
soms worden verbloemd. Dat schrijft bijvoorbeeld de International Review Committee dat in 2007 de
NVAO heeft beoordeeld (Kamerstukken 31288, nr 21). Het herziene accreditatiestelsel geeft een panel
meer ruimte voor het vermelden van verbeterpunten en daardoor voor een open en eerlijke
beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs.
Zoals toegezegd ontvangt de Kamer in het voorjaar van 2009 het wetsvoorstel accreditatie en de
kaders voor accreditatie en instellingsaudit.
Ik verwacht u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
dr. Ronald H.A. Plasterk