Belastingfraudeurs voor de rechter
Functioneel Parket, 2 juli 2008
Op 17 juni, 24 juni en 1 juli 2008 stonden vierentwintig personen voor
de rechter te Amsterdam terecht vanwege het doen van een onjuiste
belastingaangifte. Uit onderzoek is gebleken dat zij ten onrechte een
belastingteruggaaf tot wel ⬠12.000,- hebben gekregen. Aan
eenentwinting van hen werden werkstraffen tot 90 uur en in een aantal
gevallen daarnaast ook nog een voorwaardelijke gevangensstraf van twee
weken opgelegd. Ook zullen zij de ten onrechte uitbetaalde bedragen
moeten terugbetalen aan de belastingdienst. Twee zaken werden
uitgesteld, één verdachte werd vrijgesproken.
Â
Aanleiding voor het onderzoek was een bij de FIOD-ECD binnengekomen
lijst van een anonieme tipgever met daarop een grote hoeveelheid namen
van personen die een valse aangifte zouden hebben gedaan. Onder
leiding van het Functioneel Parket is de FIOD-ECD (Fiscale
Inlichtingen- en Opsporingsdienst Economische Controledienst) eind
2007 een strafrechtelijk onderzoek gestart.
Â
De overige personen op de lijst zullen door de Belastingdienst worden
afgehandeld. Naast terugbetaling zullen zij een boete van 50% van het
ten onrechte uitgekeerde bedrag tegemoet kunnen zien. De
terugvordering gebeurt door inhouding op loon of uitkering of
beslaglegging op bezittingen van de belastingplichtigen.
Â
De valse aangiften zouden door tussenkomst van twee hoofdverdachten
zijn gedaan. Deze twee zijn aangehouden en zitten sinds
19 februari 2008 in voorlopige hechtenis. Op die dag is ook een
tweetal woningen en een bedrijfspand doorzocht, waarbij computers en
administratie in beslag zijn genomen. Door de hoofdverdachten, een man
en een vrouw van Surinaamse afkomst, is in Surinaamse kringen in
Nederland het bericht verspreid dat zij de Belastingdienst zouden
kunnen bewegen tot een belastingteruggaaf van circa
⬠5.000,- of een veelvoud daarvan. Volgens de anonieme tipgever
zouden de hoofdverdachten per teruggaaf een commissie hebben
opgestreken van ⬠800,-. De twee hoofdverdachten zullen zich nog voor
de rechter moeten verantwoorden. Het nadeel voor de Staat bedraagt
vermoedelijk ongeveer ⬠4.000.000,- waarvan de twee hoofdverdachten
mogelijk een bedrag van ⬠640.000,- hebben opgestreken. Â
Â
Het onderzoek zal worden voortgezet.
Openbaar Ministerie