Programmatisch Handhaven Natuurwetgeving - uitkomsten
01 juli 2008 - kamerstuk
Kamerbrief waarin de minister het belang benadrukt van afspraken
tussen de partners voor de komende jaren. Ook beschrijft zij de
belangrijkste actiepunten uit de Nalevingsstratiege Natuurwetgeving.
Meer informatie
* Programmatisch Handhaven Natuurwetgeving - uitkomsten
Kamerstuk | 01-07-2008 | PDF-Document, 210 kB
Voor downloaden van PDF-bestanden:
Zie het origineel
Directie Juridische Zaken
Ministerie van Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit
Directie Juridische Zaken
Bezuidenhoutseweg 73
Postadres: 20401
2500 EK Den Haag
Telefoon: 070-3786868
Fax: 070-3786127
Telegramadres: Landvis
Web: www.minlnv.nl
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-
Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum
TRCJZ/2008/1815 1 juli 2008
onderwerp bijlagen
Programmatisch Handhaven 4
Natuurwetgeving - uitkomsten
Geachte Voorzitter,
Vandaag heb ik met de handhavingspartners - de provincies, het openbaar ministerie, de
politie en de douane - een convenant gesloten over de handhaving van de natuurwetgeving.
Dit convenant treft u hierbij aan. In dit convenant - de 'Nalevingsstrategie Natuurwetgeving'
genoemd - hebben de handhavingspartners afspraken neergelegd over een
gecoördineerde inzet van ieders bevoegdheden, mensen en middelen ter verbetering van
de naleving door burgers en bedrijven van de natuurwetten (de Flora- en faunawet, de
Natuurbeschermingswet 1998 en de Boswet). Verder is specifiek voor de handhaving van
de CITES-regelgeving de 'Interventiestrategie CITES' opgesteld.
De 'Nalevingsstrategie Natuurwetgeving' en de 'Interventiestrategie CITES' vloeien voort
uit het project Programmatisch Handhaven Natuurwetgeving, waaraan de afgelopen anderhalf
jaar onder mijn leiding door alle betrokken overheden hard is gewerkt. U bent
over dit project eerder geïnformeerd bij brieven van 19 september 2007 (Kamerstukken II
2007/08, 31200 XIV, nr. 7) , 7 maart 2008 en 18 april 2008 (Kamerstukken II 2007/08, 31379,
nrs. 1 en 2). Verder verwijs ik naar onze gedachtewisselingen tijdens algemene overleggen
van 13 september 2007 (over CITES Handhaving) en 18 juni 2008 over 'handhaving soorten'.
Tijdens het overleg van 18 juni heb ik toegezegd uw Kamer zo spoedig mogelijk te
informeren over de resultaten van programmatisch handhaven en tevens cijfers en gegevens
te verstrekken over de naleving en de handhaving van de CITES-regelgeving. Deze
brief strekt mede ter uitvoering van deze toezegging.
Anderhalf jaar zijn we nu, gezamenlijk met alle handhavingspartners, bezig met programmatisch
handhaven van de natuurwetgeving en de eerste vruchten van deze manier
van werken zijn al zichtbaar. Iedere handhavingsorganisatie zet zijn middelen gerichter in,
op basis van risicoanalyses en heldere keuzes en afgestemd op de handhavingsinzet van
andere organisaties. Hierdoor ontstaat synergie tussen de verschillende handhavingsinspanningen
en wordt een optimaal effect bereikt op de naleving van de natuurwetgeving
door burgers en bedrijven. Een voorbeeld van deze manier van werken wordt gevormd
door de aselecte steekproeven ('nalevingsmetingen') die de AID in 2007 in bepaalde doelgroepen
van de CITES-regelgeving heeft uitgevoerd. Deze steekproeven hebben bepaalde
Datum Kenmerk Vervolgblad
1 juli 2008 TRCJZ/2008/1815 2
risico's duidelijker in kaart gebracht, welke kennis de AID en de andere betrokken organisaties
vervolgens gebruiken bij de keuzes die ze moeten maken. Een ander voorbeeld is de
pilot bestuurlijke handhaving CITES, die de Dienst Regelingen van mijn ministerie afgelopen
jaar is gestart. Via bestuurlijke handhaving worden illegaal ingevoerde of gehouden
dieren of planten in bewaring genomen en eventueel teruggezonden naar het land van
oorsprong en worden de kosten zoveel mogelijk verhaald op de overtreder. Een eerste
grote zaak, die draaide om een grote illegale import uit Klein-Azië van beschermde planten,
is succesvol afgerond: de partij is op kosten van de overtreder teruggezonden en zelfs
weer teruggeplant in de natuur. Dit handhavingsmiddel is een nuttige aanvulling op de
strafrechtelijke handhaving en wordt in nauwe afstemming met het openbaar ministerie
toegepast.
Hieronder zal ik nader ingaan op de eerste resultaten van het programmatisch handhaven.
Ik zal eerst de uitgangssituatie schetsen (stand van de handhaving en de naleving) en
vervolgens de actiepunten in de Nalevingsstrategie Natuurwetgeving en de Interventiestrategie
CITES.
Stand van handhaving en de naleving
Om hier inzicht te krijgen in de stand van de handhaving en naleving zijn verschillende
informatiebronnen gehanteerd:
-Een handhavingsveldanalyse, uitgevoerd door het onderzoeksbureau Pro Facto;
-Expertise en ervaring van handhavers en beleidsmakers bij de handhavingsorganisaties
(expert judgment);
-Feitelijke gegevens over aantallen overtredingen, processen-verbaal, controles,
vergunningaanvragen, handhavingsverzoeken, e.d.
Specifiek voor de CITES-regelgeving zijn nog de volgende onderzoeken verricht (zie hier
over ook reeds de brief van 7 maart jl.):
-Een aantal nalevingsmetingen uitgevoerd door de AID;
-Een marktverkenning gericht op de zwaardere criminaliteit waarvoor een
strafrechtelijke aanpak is geïndiceerd;
-Het Internetrechercheproject.
Ik heb u bij mijn brief van 7 maart jl. geïnformeerd over de uitkomsten van de handhavingsveldanalyse,
die begin 2007 is uitgevoerd door het onderzoeksbureau Pro Facto. Zoals
ik heb aangegeven komt uit dit onderzoek een gemengd beeld naar voren. Enerzijds
blijkt dat er tussen de diensten veel wordt samengewerkt en overlegd en dat in netwerken
en kennisopbouw wordt geïnvesteerd. Ook de betrokkenheid en inzet van medewerkers
(zoals de boa's, buitengewone opsporingsambtenaren) is groot. Anderzijds is er een grote
diversiteit in de manieren van samenwerking, organisatie en uitvoering van de handhaving.
Dit levert in bepaalde gevallen het beeld op van een gefragmenteerde organisatie
van de handhaving niet alleen tussen de diensten maar ook daarbinnen.
De afspraken in het vandaag gesloten convenant geven richting aan ieders handhavingsinzet
en leiden aldus tot meer eenheid en afstemming in de (organisatie van de) handhaving
van de natuurwetgeving.
Datum Kenmerk Vervolgblad
1 juli 2008 TRCJZ/2008/1815 3
Naast deze handhavingsveldanalyse zijn door de experts uit de handhaving risicoanalyses
uitgevoerd. Hieruit volgt dat de kans dat de Boswet wordt overtreden laag is. Voor de
Nbwet zijn de kans op overtreding en het daarmee samenhangende risico volgens de experts
het grootst bij: potentieel schadelijke handelingen in beschermde natuurgebieden
zoals fysieke ingrepen (bouwactiviteiten) en handelingen met milieueffecten. Bij de Ffwet voor
zover geen betrekking hebbend op CITES - zijn de grootste risico's gelegen in ruimtelijke
ingrepen die de functionaliteit van leefgebieden aantasten, bijvoorbeeld het aanleggen
van een weg; en jacht in de vorm van stropen, bijvoorbeeld het jagen zonder jachtakte
of met verboden middelen of op niet-wildsoorten. Voor CITES kon bij de risicoanalyse
worden onderscheiden naar doelgroep van de handhaving. Wanneer deze doelgroepen
worden afgezet tegen de belangrijkste wettelijke normen blijkt dat de grootste risico's
aanwezig zijn bij: handel zonder CITES-vergunning door de commerciële doelgroep; de
houthandel ; het bezit van CITES-diersoorten zonder ontheffing door onderzoekers en
educatieve centra; en overdracht zonder EG-certificaat door de commerciële doelgroep en
particulieren.
Het bestempelen als groot risico betekent dat hieraan in de handhaving prioriteit zal worden
gegeven. Dit hoeft niet per se door de inzet van repressieve instrumenten zoals gerichte
controles, opsporing en sancties. Soms kan juist preventie of voorlichting een effectieve
aanpak van grote risico's vormen.
Voor de specifieke uitkomsten van de risicoanalyses en een toelichting daarop verwijs ik
naar de bijlagen. Om het handhavingsbeleid 'to date' te houden zullen de risicoanalyses
regelmatig worden herhaald.
Naast de gegevens uit de handhavingsveldanalyse en de risicoanalyses zijn en worden
feitelijke gegevens verzameld en geanalyseerd afkomstig van de handhavende diensten
van LNV (AID, Dienst Regelingen, Directie Regionale Zaken), openbaar ministerie, Belastingdienst/
Douane en provincies. Dit betreft procesmatige gegevens over aantallen controles,
processen-verbaal, de afhandeling van vergunningaanvragen e.d. Dergelijke gegevens
vullen het beeld van de naleving en handhaving van de wetgeving verder in. Bij deze
brief is een bijlage gevoegd met een compilatie van gegevens betreffende naleving van de
CITES-wetgeving, naar de stand van juni 2008. Deze gegevens heb ik ook verstrekt aan de
NGO's en organisaties van doelgroepen die zijn uitgenodigd voor de consultatiebijeenkomsten
over de uitkomsten van programmatisch handhaven (waarover verderop meer).
Een volledig beeld van de naleving en van de criminaliteit kan niet worden gegeven, onder
andere omdat criminaliteit zich nu eenmaal per definitie aan het zicht van de overheid
wil onttrekken. Door middel van marktverkenningen en tactische analyses van het Dienstonderdeel
Opsporing van de AID kan wel inzicht worden verkregen in de ernstiger vormen
van criminaliteit. Verder zullen de handhavingsorganisaties de komende jaren nog meer
investeren in systematische gegevensverzameling (toezicht, opsporing en registratie), teneinde
een beter beeld te krijgen van de naleving van de natuurwetgeving en de risico's.
In dit verband is ook van belang dat de dialoog met private organisaties zoals de NGO's en
de organisaties die houders en handelaren van beschermde soorten vertegenwoordigen,
wordt versterkt. Zij hebben eigen kennis en informatie van de handhaving en kunnen
daarmee bijdragen aan verbetering van de uitvoering en handhaving.
Datum Kenmerk Vervolgblad
1 juli 2008 TRCJZ/2008/1815 4
Specifiek voor het terrein van CITES kunnen de volgende conclusies over de stand van de
naleving worden getrokken:
-Op basis van door de AID uitgevoerde steekproeven bij het reizigersverkeer op Schiphol
en bij particulieren die adverteren op internet kan worden geconcludeerd dat de
naleving onder die groepen redelijk tot goed is en geen aanleiding geeft tot grote
zorg.
-Daarentegen blijkt uit de nalevingsmetingen dat extra aandacht nodig is voor specifieke
sectoren van de handel, zoals de handel in reptielen en de houthandel. Op basis
van signalen uit het buitenland geldt hetzelfde voor de handel in (illegale) kaviaar.
-Veel (dreigende) overtredingen van de CITES-regelgeving komen voort uit onwetendheid.
Een duidelijke aanwijzing hiervoor is het grote aantal onvolledige aanvragen dat
bij de Dienst Regelingen binnenkomt. Deze dienst is belast met de verstrekking van de
verschillende CITES-documenten. Van de ongeveer 10.000 aanvragen per jaar moet
twintig procent worden aangehouden, in het merendeel van de gevallen omdat de
aanvraag onvolledig is. Een andere aanwijzing wordt gevormd door de vele duizenden
vragen die per mail of per telefoon bij de Dienst Regelingen binnenkomen.
-Waar het gaat om de zwaardere criminaliteit op CITES-terrein kan worden geconcludeerd
dat de wel gehoorde stelling dat Nederland de spil is van de illegale handel in
CITES soorten en dat die handel beheerst wordt door zware georganiseerde criminaliteit,
die zich ook bezig houdt met drugs en wapenhandel, niet ondersteund wordt
door de feiten. In de grotere opsporingsonderzoeken van de laatste jaren is voor die
stelling geen bewijs gevonden.
In het algemeen geldt voor het terrein van CITES dat de handhaving voortdurend moet
inspelen op snel wisselende omstandigheden en veranderingen in de markt.
De Nalevingsstrategie Natuurwetgeving
De ondertekening door alle betrokken overheden van het convenant Nalevingsstrategie
Natuurwetgeving is een mijlpaal in de samenwerking en de handhaving. De ondertekening
bevestigt de grote betrokkenheid en de gezamenlijke wil om de komende jaren te
investeren in de handhaving van de natuurwetgeving.
In het convenant hebben de partners afspraken gemaakt over de samenwerking de komende
jaren, de prioriteitstelling en over een groot aantal verbeterpunten. De prioriteiten
sluiten uiteraard aan bij de uitkomsten van de risicoanalyses, zoals die hiervoor zijn beschreven.
De verbeterpunten kunnen onder de volgende thema's worden samengevat.
Verbetering kennis van risico's en doelgroepen
De handhavingsdiensten zullen de in 2007 ingezette werkwijze voortzetten om door middel
van a-selecte en selecte steekproeven (nalevingsmetingen) de risico's en doelgroepen
nader in kaart te brengen. Deze werkwijze zal geleidelijk worden uitgebreid tot het hele
terrein van de natuurwetgeving.
Verbetering informatie-uitwisseling
Maatregelen, onder andere met behulp van de inzet van ict, worden genomen om te komen
tot een meer structurele uitwisseling van gegevens tussen de handhavende diensten.
Onder mijn leiding zal een zogenoemd ketendossier worden ontwikkeld, te beginnen in
Datum Kenmerk Vervolgblad
1 juli 2008 TRCJZ/2008/1815 5
2008 met een ketendossier CITES. Het verzamelen, verwerken en veredelen van informatie
geschiedt op basis van het concept van informatie gestuurd toezicht en opsporing. In 2008
werk ik dit allereerst uit in een plan van aanpak Informatiegestuurd toezicht voor de CITES-
wetgeving.
De AID rust zijn controleurs van de natuurwetgeving in 2008 uit met digitale werkdossiers.
Vanaf 2009 wordt bezien of het gebruik van digitale werkdossiers kan worden uitgebreid
tot andere overheden.
Communicatie en nalevingsondersteuning
Voorlichting - over wetgeving, aanvraagprocedures en handhavingsactiviteiten - zal breed
worden ingezet ter ondersteuning van de naleving door burgers en als handhavingsinstrument.
Uit doelgroepenanalyses blijkt namelijk dat veel overtredingen van de natuurwetgeving
voortkomen uit onwetendheid. Verder zal ter verbetering van de dienstverlening
en daarmee de naleving de digitale indiening van aanvragen mogelijk worden gemaakt,
te beginnen in 2009 met CITES. Ik breng in 2008 een Handleiding Flora- en faunawet
uit met informatie voor aanvragers van vergunningen en ontheffingen.
Borging kennis en expertise
Onder mijn leiding zullen de handhavende diensten vanaf 2009 een samenwerkingsverband
tussen de verschillende opleidingsinstituten totstandbrengen teneinde het kennisniveau
van de handhavers meer te uniformeren.
In het convenant zijn ook afspraken gemaakt over de monitoring van de uitvoering van de
afspraken en over de periodieke evaluatie van de resultaten. Om te beginnen werken alle
partners de gemaakte afspraken uit in jaar- en werkplannen en leggen ze in de jaarverslagen
verantwoording af over de behaalde resultaten. Verder is afgesproken dat het overleg
en de samenwerking worden voortgezet in het kader van het Landelijk Overleg Milieuhandhaving
(LOM). In het LOM zijn alle bij de milieuhandhaving betrokken overheden
vertegenwoordigd, zowel op ambtelijk als op bestuurlijk niveau. Tot nu toe was het LOM
vooral gericht op de handhaving van de 'grijze' milieuregelgeving. Daar komt nu bij de
handhaving van de 'groene' regelgeving. Dit heeft voordelen uit een oogpunt van delen
van kennis en expertise en bewaken van de samenhang tussen handhaving van grijs en
groen.
Het convenant geldt voor de periode van 1 juli 2008 tot 1 juli 2012 .
De Interventiestrategie CITES
Voor deelonderwerpen kan de Nalevingsstrategie natuurwetgeving worden uitgewerkt in
een interventiestrategie. De Interventiestrategie CITES is zo'n sectorale uitwerking voor
het gebied van CITES. Deze interventiestrategie geeft aan welke verbeteringen nodig zijn
in de randvoorwaarden (organisatie van de handhaving, instrumenten, regelgeving, visie)
voor een effectieve en efficiënte handhaving.
De interventiestrategie is een levend document. Conform het cyclische karakter van programmatisch
handhaven wordt de strategie steeds bijgesteld in een permanent proces van
terugkoppeling van resultaten en analyse en evaluatie van nieuwe gegevens. Ook de input
Datum Kenmerk Vervolgblad
1 juli 2008 TRCJZ/2008/1815 6
van NGO's en organisaties van doelgroepen is daarbij van belang. Conform mijn toezegging
in de brief van 19 september 2007 heb ik de uitkomsten van het programmatisch
handhaven op het terrein van CITES voorgelegd aan NGO's en andere belanghebbende
organisaties. Op 23 april jl. heeft mijn ministerie een consultatiebijeenkomst georganiseerd
voor NGO's en organisaties van doelgroepen op het terrein van CITES. De deelnemers
gaven aan het initiatief van LNV op prijs te stellen, maar tegelijk bleken bij hen veel
vragen en onduidelijkheden te bestaan over de concrete maatregelen die de betrokken
overheden voornemens zijn te treffen. Dit bemoeilijkte de discussie over de beelden die
wederzijds (bij de overheid, de NGO's en de doelgroepen) van de naleving van de CITESregelgeving
bestaan. Afgesproken is dat de bijeenkomst een vervolg krijgt op 3 juli a.s.
Ik ben van plan daarna deze organisaties ieder jaar uit te nodigen en in gesprek te brengen
met beleid en uitvoerende en handhavende diensten.
De Interventiestrategie CITES wordt niet in haar geheel openbaar gemaakt omdat zij tactisch-
operationele informatie bevat. Openbaarmaking van die informatie zou tot anticiperend
gedrag van doelgroepen kunnen leiden, waardoor het beoogde effect op de naleving
gedeeltelijk teniet zou kunnen gaan. De overige punten uit de interventiestrategie kunnen
evenwel zonder bezwaar openbaar worden gemaakt. Een aantal actie- en verbeterpunten
die (mede) betrekking hebben op CITES, overlappen met de punten uit de Nalevingsstrategie
Natuurwetgeving en zijn hierboven al genoemd. In aanvulling daarop kan ik de volgende
punten noemen.
Verbetering kennis van risico's en doelgroepen
De AID (Dienstonderdeel Opsporing) en de politie zullen strategische, tactische en operationele
analyses van nader te bepalen vormen van CITES-criminaliteit uitvoeren. Onder
regie van de AID zullen multidisciplinaire controleacties worden uitgevoerd op basis van
informatie verkregen uit doelgroepen- en risicoanalyses. De AID zet de internetrecherche
voort.
Verbetering informatie-uitwisseling
Zie hierboven onder 'De Nalevingsstrategie Natuurwetgeving'.
Communicatie en nalevingsondersteuning
Ik zal in 2009 een digitaal systeem invoeren voor de uitgifte en registratie van ringen voor
gefokte vogels behorende tot een beschermde diersoort. Dit zal de handhaving en controle
van de ringenregeling aanmerkelijk kunnen verbeteren. Gekoppeld aan de invoering
van een digitale aanvraagprocedure (zie hierboven) zal een versnelde behandeling van
eenvoudige aanvragen worden ingevoerd. Zo blijft meer tijd over om de meer complexe
zaken de aandacht te geven die nodig is. Onderzocht zal worden of voor bepaalde fok- en
kweekgroepen, ter bevordering van de handel in nakweek uit deze gecontroleerde omgeving,
een versnelde en vereenvoudigde behandeling van aanvragen kan worden ingericht.
Borging kennis en expertise
Binnen een nog dit jaar op te richten werkgroep zal worden gewerkt aan een plan van
aanpak gericht op de borging van kennis en expertise op het gebied van CITES die aanwezig
is binnen de verschillende diensten.
Datum Kenmerk Vervolgblad
1 juli 2008 TRCJZ/2008/1815 7
Internationale samenwerking
De handhavende organisaties zullen hun contacten met zusterorganisaties in landen binnen
en buiten de EU en met internationale organisaties (EU Enforcement Group, CITES
secretariaat, Interpol) intensiveren. Zij zullen assisteren in capacity building in andere EUlidstaten
en waar mogelijk assistentie verlenen aan CITES management autoriteiten en
handhavingsinstanties in bron-, transit- en bestemmingslanden buiten de EU.
Tot slot
Het convenant is getekend, nu komt het op de uitvoering van de afspraken aan. Het convenant
is uiteraard pas een succes als het tot een daadwerkelijke verbetering van de
handhaving en naleving leidt. Als eerstverantwoordelijke voor de natuurwetgeving neem
ik de regierol op mij. Ik zal stimuleren en faciliteren dat de handhavende organisaties de
afgesproken taken goed uitvoeren en elkaar op die taakuitvoering aanspreken. Ik heb alle
vertrouwen in de betrokken partijen dat zij de afspraken uit het convenant op een succesvolle
manier verder zullen uitwerken en uitvoeren.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
Bijlage
Toelichting op 'Risicoanalyse Natuurregelgeving'
1. Inleiding en aanpak
In de methodiek van programmatisch handhaven wordt de risicoanalyse gebruikt om een
antwoord te krijgen op de vraag welke risico`s bestaan als een verboden gedraging toch
plaatsvindt. Dit gebeurt door een inschatting te maken van het negatieve effect van zo`n
overtreding afgezet tegen de kans dat die overtreding zich zal voordoen. Deze inschatting
geschiedt door experts van de betrokken handhavende overheden (beleid, uitvoering en
handhaving).
Het doel van de risicoanalyse is om te komen tot een prioritering van de handhavingstaken zowel
vooraf bij het bepalen van de benodigde capaciteit voor handhaving als bij de selectie op welke
meldingen/handhavingsverzoeken gereageerd wordt.
In de bijgevoegde matrixen worden de in de regelgeving opgenomen verboden gedragingen
afgezet tegen de belangen die die regelgeving wil beschermen. Met een rekenformule wordt per
verboden gedraging per doelgroep een prioriteit vastgesteld (van prioriteit 1 tot prioriteit 4, in
woorden: hoog-middel-laag). Deze vaststelling vormt geen absolute rangorde doch levert een
classificatie op van de (mate van ernst van de) bewuste verboden gedragingen. De verboden
gedragingen die ingevolge de risicoanalyse prioriteit 1 of 2 hebben gekregen, verdienen in
principe in de interventie- en nalevingsstrategie de meeste aandacht. Op welke wijze die aandacht
in de handhaving moet worden gegeven: afhankelijk van de doelgroepen zijn
nalevingsondersteuning (voorlichting, administratieve vereenvoudigingen), toezicht, opsporing of
de oplegging van sancties het meest effectief.
2. Opbouwen risicomatrix
Bijgevoegde risicomatrices zijn eerste opgebouwd en vervolgens ingevuld in bijeenkomsten met
professionals uit het veld en de beleidsafdelingen van de betrokken overheden en diensten. Van
het ministerie van LNV waren dat o.a. de Algemene Inspectiedienst, Dienst Regelingen, Directie
Regionale Zaken, Directie Natuur, Directie Juridische Zaken. Verder namen deel experts van de
provincies, de politie, het openbaar ministerie, de Douane.
Schematisch worden de te beschermen belangen naast elkaar gezet. Na de rechtsbelangen en de
doelgroepen staat een kolom "kans".
De verboden gedragingen worden onder elkaar geplaatst. Per verbodsbepaling wordt bekeken
wat het effect/de impact is van overtreding van norm (op een schaal van 0 - 5; hierbij staat 0 voor
geen invloed en 5 voor een zeer grote invloed). Vervolgens wordt bezien hoe groot de kans is op
overtreding van de betreffende verbodsbepaling door de desbetreffende doelgroep. Dit gebeurt
door een cijfer toe te kennen van 1-5. Hier is een '1' ingevuld als 0 tot 20% van de doelgroep
overtreedt en '5' als 80 - 100% overtreedt. Tot slot berekent de computer het risico van de
verboden gedragingen, als de resultante van impac x kans. Hieraan wordt een prioriteit gekoppeld
(in cijfers van 1 tot 4 en in woorden 'hoog-middel-laag').
2.1 Te beschermen belangen
Het bleek niet mogelijk om voor de drie wetten precies dezelfde te beschermen belangen te
formuleren om een vergelijking tussen de wetten gemakkelijker te maken. Zo is de Boswet van
oorsprong een economische wet die beoogde de houtproductie te beschermen. Dierenwelzijn
speelt alleen in de Flora- en faunawet.
Daarom worden de wetten niet in één gezamenlijke matrix gescoord maar in drie aparte matrices.
2.1.1 Beschermde belangen Boswet
De beschermde belangen die geïdentificeerd worden met betrekking tot de Boswet zijn:
1. Instandhouden van het bosareaal t.b.v. natuur
Hoewel het oorspronkelijke doel niet natuurbehoud is, wordt bos wel beleefd als natuur
(en niet als 'houtproductieplaats') en levert bos vaak wel een bijdrage aan het behoud van
soorten.
2.
Voldoen aan internationale verplichtingen
Internationale verplichtingen spelen niet bij de Boswet. De Boswet is niet bedoeld als
implementatie van internationale verdragen of Europese richtlijnen. Toch is ervoor
gekozen om dit belang wel in de matrix op te nemen. Hierdoor wordt een vergelijking met
de andere wetten makkelijker.
3.
Politieke impact
Zowel op rijks-, provinciaal en gemeentelijk niveau.
4.
Significant economisch belang en welzijn van de mens
Hieronder valt zowel het oorspronkelijke doel van de Boswet: houtproductie als de
belevingswaarde voor de mens (toerisme en de (psychische) gezondheid van de mens).
Economisch belang en welzijn mens zijn als één belang samengenomen vanwege de
onderlinge samenhang terwijl zij heel duidelijk onderscheiden kunnen worden van de
hierboven genoemde belangen.
2.1.2 Beschermde belangen Natuurbeschermingswet 1998 en Flora- en faunawet
1.
Duurzaam behoud van habitats en soorten
Dit is het hoofddoel van deze wetten. Alleen voor een aantal CITES-gedragingen is de
wegingsfactor verhoogd tot 8 om in de berekening op de juiste wijze te laten meewegen
dat het hier om met uitsterven bedreigde soorten gaat.
2.
Voldoen aan internationale verplichtingen
Vogelrichtlijn, Habitatrichtlijn, CITES en andere internationale verdragen op het gebied van
soorten- en habitatbescherming. Bij het scoren is vooral gekeken naar de verwachte
reactie van de Europese Commissie.
3.
Politieke impact
Zowel op rijks-, provinciaal en gemeentelijk niveau.
4.
Significant economisch belang en welzijn van de mens
Strikt genomen zou de belangenafweging voor het toestaan van activiteiten niet bij de te
beschermen belangen horen (het hoofddoel van Ff-wet en Nb-wet is immers duurzaam
behoud van soorten en habitats ondanks het feit dat de wetten in bepaalde gevallen
uitzonderingen mogelijk maken t.b.v. economische en sociale belangen) maar dit is toch
meegenomen bij het scoren. Hierbij werd bijvoorbeeld gedacht aan schadebestrijding
onder de Flora en faunawet.
Een ander soort economisch belang wordt door CITES en bepalingen over prepareren
beschermd: voorkomen van oneerlijke concurrentie.
Daarnaast valt hier ook onder de belevingswaarde voor de mens (toerisme en de
(psychische) gezondheid van de mens). De Natuurbeschermingswet 1998 beschermt
expliciet natuurschoon.
Enkele bepalingen met betrekking tot de jacht in de Flora- en faunawet beogen de mens te
beschermen (veiligheid).
5.
Dierenwelzijn
Dit belang speelt alleen bij de Flora- en faunawet, bijvoorbeeld bij de toegestane
vangmiddelen.
2.2 Gedragingen
De verboden gedragingen worden omschreven. Voor de Flora- en faunawet en de
Natuurbeschermingswet 1998 geldt dat er zoveel verboden gedragingen zijn dat deze geclusterd
worden.
2.3 Doelgroepen
Per gedraging zijn de belangrijkste drie tot vijf doelgroepen geïdentificeerd.
3. Afsluiting
De risiconalyse is gebruikt als input voor de volgende stappen van het project programmatisch
handhaven. De risicoanalyse is niet meer - en niet minder - dan een hulpmiddel in het proces.
Minstens zo belangrijk als de uitkomsten is dat de risicoanalyse de dialoog tussen alle bij de
handhaving betrokken partijen stimuleert over de weging van de verschillende belangen en
prioriteiten. Risicoanalyses moeten periodiek worden herhaald.
RISICOANALYSE NATUURREGELGEVING Analyse d.d. 26 april 2007
Flora- en faunawet
Zie het origineel