Gemeente Geertruidenberg
Veteranendag in teken Nederlands-Indië
Voor de tweede keer hield de gemeente Geertruidenberg vorige week de
plaatselijke Veteranendag. In de Lambertuskerk in Raamsdonk waren
zo'n honderd veteranen met partners aanwezig om te luisteren naar de
toespraken van burgemeester M. Meijer en twee Indië-gangers.
Met een muzikaal intermezzo, een minuut stilte en het Wilhelmus werd
het officiële gedeelte afgesloten, waarna er volop tijd was voor
gezellige onderlinge gesprekjes.
Rijen medailles op blauwe blazers, maar ook spijkerbroeken en witte
gympies; jong en oud was bijeen op donderdag 26 juni om de bijdrage
van Nederlandse veteranen aan oorlogen en speciale missies te eren.
De feestelijke Veteranendag is ingesteld door de regering om erkenning
en waardering uit te spreken voor deze militairen. Vorig jaar hield de
gemeente Geertruidenberg de eerste plaatselijke Veteranendag met een
onverwacht grote opkomst. Ook nu weer hadden veel veteranen aan de
uitnodiging gehoor gegeven.
Ton Biemans en Yvonne Hekker, de presentatoren van de middag, noemden
in hun openingswoordje enkele gebieden waar Nederlandse militairen
ingezet zijn. Van Korea tot Afghanistan, van de Tweede Wereldoorlog
tot de Balkan. "Nederlandse veteranen waren actief all over the
world", zei ook burgemeester M. Meijer. Hij ging in zijn toespraak
vooral in op de politionele acties in voormalig Nederlands-Indië, de
periode waar deze middag speciaal de nadruk op lag. "Ruim 100.000 man
ging heen, zo'n 6000 kwamen er niet terug. Het was een oorlog zonder
media, de mensen hier thuis wisten niet wat u daar had meegemaakt.
Daar was ook weinig begrip voor." De burgemeester trok een parallel
tussen Indië en Afghanistan. "In beide gevallen gaat het om een echte
oorlog. Niet zomaar patrouille lopen, maar echt gevaar lopen,
dagelijks."
Angst
Veteraan Simon Boons vertelde over wat hij destijds bij zijn
aanmelding voor de binnenlandse strijdkrachten zag als `het grote
avontuur'. Tachtig jaar oud beschikt hij over een fantastisch geheugen
voor data en gebeurtenissen. Over de vijf jaar die hij als korporaal
van de paracompagnie doorbracht op de vele eilanden van de Gordel van
Smaragd, kan hij boeiend vertellen. De heer Boons was ook een van de
mensen die na de oorlog het Veteranenplatform opzette. "Nazorg was een
woord dat toen nog niet bestond. Wij probeerden oude wonden te laten
helen." De stress van een oorlog is volgens hem in iedere
gevechtssituatie hetzelfde. "Oorlog is voor 95 procent wachten op
dingen waarvan je zeker weet dat ze gaan gebeuren. Als je geen angst
hebt, heb je geen fantasie. En ik had in die tijd in Indië een
behoorlijke dosis fantasie."
Leanne van Tilborg-Spaan, werkzaam bij de gemeente Geertruidenberg,
zong na deze speech op prachtige wijze twee liederen. Het eerste
bezorgde de toehoorders kippenvel, het tweede, Vera Lynns beroemde
`We'll meet again', leidde vooral tot herkenning en meezingen.
Ook veteraan Anton Roosenbrand was in Nederlands-Indië, als
dienstplichtig militair. Hij gaf een persoonlijke impressie van die
periode, en vertelde hoe slecht voorbereid hij naar Indië vertrok.
`'Wij werden door de regering in het diepe gegooid." Bij thuiskomst
voelde hij zich deel van een leger dat werd doodgezwegen. De heer
Roosenbrand onderhoudt al bijna vijftig jaar lang intensieve contacten
met zijn dienstmakkers van toen, en heeft op die manier zijn nazorg
zelf geregeld. Hij noemde zijn verhaal `'geen vrolijk verhaal, maar ik
moest het even kwijt. Ik hoop dat jonge veteranen begrip hebben
gekregen voor wat ons toen is overkomen."
In de Lambertuskerk konden de aanwezigen vervolgens onder het genot
van een hapje en drankje ervaringen uitwisselen.