Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie
NPCF
Grote steun preferentiebeleid
01 juli 2008
De overgrote meerderheid van de Nederlandse bevolking steunt het
zogenaamde preferentiebeleid. Dit blijkt uit een meldactie die de
Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF) de afgelopen twee
weken heeft gehouden. Van de 1233 deelnemers stelt 72% er geen
problemen mee te hebben om een goedkoper medicijn te ontvangen als hun
arts hen zou verzekeren dat het precies dezelfde werking heeft als de
duurdere versie. De resultaten tonen aan dat er nog heel wat schort
aan de informatie over de gevolgen van dit beleid.
De commotie van de afgelopen tijd was voor de NPCF aanleiding tot het
houden van de actie. Adjunct-directeur Atie Schipaanboord: 'Alle
betrokken partijen beroepen zich bij tijd en wijle op het belang van
de patiënt. Wij wilden wel eens weten hoe de patiënten er zelf over
denken. De overgrote meerderheid blijkt net als wij geen moeite te
hebben met de essentie van het preferentiebeleid.'
De NPCF heeft zich altijd op het standpunt gesteld dat verstrekking
van de goedkoopste variant met dezelfde werking dient te worden
voorgeschreven, maar als daar medische redenen voor zijn moet de arts
kunnen beslissen de duurdere variant voor te schrijven. Van de
deelnemers aan de peiling vindt 90% dat de arts dient te beslissen
welke medicijnen zij moeten gebruiken. Slechts 8% is van mening dat de
apotheker die beslissing moet nemen.
Het overgrote deel van de deelnemers stelt geen informatie over het
preferentiebeleid te hebben gekregen. Niet van hun zorgverzekeraar en
ook niet van de apotheker. De meeste mensen vinden dat ze de
informatie over het preferentiebeleid van hun arts zouden moeten
krijgen. Bij de informatie van de zorgverzekeraars stellen veel mensen
vraagtekens ten aanzien van betrouwbaarheid.
Schipaanboord: 'De actie maakt duidelijk dat er nog heel wat aan de
voorlichting dient te verbeteren. Partijen moeten betrouwbare en
begrijpelijke informatie verstrekken. Zorgverzekeraars, apothekers en
artsen spelen daarbij ieder hun rol.'
Mensen willen betere informatie
Het wisselen van medicijnen is geen nieuw verschijnsel. Het gebeurt
regelmatig dat apothekers andere geneesmiddelen verstrekken. Uit de
peiling blijkt dat mensen daarbij begeleiding en voorlichting nodig
hebben. 44% Geeft aan bij de wisseling enige problemen te hebben
ervaren. Soms ontstaan er twijfels omdat het middel een andere kleur,
vorm of verpakking heeft. Soms is er sprake van bijwerkingen,
allergische reacties en het moeilijker kunnen slikken. 32% Zegt bij
die wisseling geen begrijpelijke informatie van de apotheker te hebben
gekregen, 15% zegt dat die informatie beter kan. De NPCF wijst opnieuw
op het belang van goede informatie aan patiënten als artsen overgaan
tot een ander geneesmiddel.
Al met al ziet de NPCF de uitkomsten als een ondersteuning van haar
beleid. Schipaanboord: 'Wij steunen het beleid onder het motto:
goedkoop als het kan, duur als het moet. Wij hebben steeds gezegd dat
de arts uiteindelijk moet beslissen en dat er veel aandacht moet
worden geschonken aan de communicatie. Deze uitkomsten sterken ons
daarin.'