College van Beroep voor het bedrijfsleven
Verbod verrichten van nevenwerkzaamheden. Advies bedrijfsarts. Goede
vervulling ambtelijke functie
Ingevolge artikel 61, eerste lid, van het Algemeen
Rijksambtenarenreglement (ARAR) is de ambtenaar verplicht opgave te
doen van nevenwerkzaamheden die hij verricht of voornemens is te gaan
verrichten, die de belangen van de dienst voor zover deze in verband
staan met zijn functievervulling kunnen raken. Op grond van het derde
lid van deze bepaling is het de ambtenaar verboden nevenwerkzaamheden
te verrichten waardoor de goede vervulling van zijn functie of de
goede functionering van de openbare dienst, niet in redelijkheid zou
zijn verzekerd. De Raad deelt het standpunt van de Minister dat deze
heeft mogen afgaan op het advies van de bedrijfsarts, inhoudende dat
een duobaan naar zijn oordeel te belastend is voor betrokkene. De
opvatting van de bedrijfsarts wordt ondersteund door de omstandigheid
dat bij betrokkene sprake is van een hoog kortdurend ziekteverzuim. De
nevenwerkzaamheden, die naast de in psychisch opzicht belastende
functie bij de IND werden uitgevoerd, hielden een substantiële
belasting in, doordat hij op drie avonden en op zaterdagochtend placht
te werken. De goede vervulling van de ambtelijke functie door
betrokkene is in dit geval niet in redelijkheid verzekerd.
LJ Nummer:
BD3378
Bron: Centrale Raad van Beroep
Datum actualiteit: 30 juni 2008