Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Kamervragen over doorlevering PrOMT-terreinen

25 juni 2008 - kamerstuk

Kamerbrief met antwoorden op Kamervragen over het Project afstoting Overtollige Militaire oefen Terreinen. Er is een voorstel in voorbereiding om via stimulans in te zetten op particulier natuurbeheer.

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum
onderwerp bijlagen

D i rectie Regionale Zaken

Geachte Voorzitter,

Bijgaand ontvangt u de antwoorden op de vragen van het lid Snijder-Hazelhoff (VVD) over doorlevering van PrOMT-terreinen.


1
Kunt u aangeven om hoeveel gebieden het gaat binnen de 52% die nog kunnen worden overgedragen ten behoeve van particulier beheer en wat de omvang van deze gebieden is? Kunt u vervolgens aangeven wat de grootte van de gebieden is die inmiddels naar de terreinbeherende organisaties zijn doorgeleverd, de andere 48% dus? 1)

Oorspronkelijk zijn voor PrOMT 53 objecten ingebracht. Omdat 6 van deze objecten zijn samengevoegd tot 1 (Groote Veld), zijn er nu in PrOMT in totaal 48 objecten met circa 2200 hectare. Daarvan is het volgende overzicht te geven: Doorlevering in voorbereiding

* 9 terreinen met 996 ha, behorende tot de 'groene' objecten die nog in aanmerking komen om te kunnen worden overgedragen aan particulieren;
* 16 terreinen met 188 ha, behorende tot de 'ontwikkelingslokaties/ rode functie' die nog in aanmerking komen om te kunnen worden overgedragen aan particulieren;
* 10 terreinen met 131 ha, die worden doorgeleverd aan terreinbeherende organisaties en andere overheden.
Gedeeltelijk al doorgeleverd

* 2 terreinen die voor 84 ha overgegaan zijn naar terreinbeherende organisaties en voor 60 ha nog worden overgedragen aan particulieren. Doorgeleverd

* 4 terreinen met 581 ha aan terreinbeherende organisaties
* 5 terreinen met 156 ha aan andere overheden

* 2 terreinen met 27 ha aan particulieren.

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal

Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE

27 mei 2008 2070821220 DRZW. 2008/2403 25 juni 2008

Kamervragen over doorlevering PrOMTterreinen
070-8883129

Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
25 juni 2008 DRZW. 2008/2403 2

De 'andere 48%' betreft niet alleen overdracht aan de terreinbeherende organisaties, maar ook overdracht aan andere overheden, met name gemeenten. Een deel van deze terreinen is nog niet doorgeleverd.


2
Kunt u de Kamer de bestuurlijke afspraken die ten grondslag liggen aan het doorleveren van de af te stoten militaire terreinen overleggen?

De bestuurlijke afspraken rond de herbestemming militaire terreinen kennen in alle gevallen een lange historie van overleg tussen allerlei betrokken partijen, die op een gegeven moment - voortbordurend op uitgesproken intenties - tot een besluit leidden. Enige tijd na de start van het Project ontwikkeling militaire terreinen is in het voorjaar van 2006 door mijn ministerie getoetst voor welke terreinen er sprake was van voldoende harde bestuurlijke afspraken op grond waarvan rechtstreekse doorlevering aan een terreinbeherende instantie voor de hand lag. Voor 48 van de 53 terreinen was dat niet aan de orde en voor slechts 5 terreinen bleek honorering van de gemaakte afspraken gepast. Per terrein geef ik u een korte toelichting.

* Voor de twee oefenterreinen Anloo en Balloërveld is geconstateerd dat er sprake is geweest van een aantal ambtelijke en bestuurlijke (mondelinge/schriftelijke) afspraken, zodanig dat dit leidde tot de conclusie dat deze twee terreinen doorgeleverd dienden te worden aan Staatsbosbeheer. Dit is in een brief aan het Drents Particulier Grondbezit bevestigd.

* De conclusie dat het Vliegveld Bergen rechtstreeks doorgeleverd zou dienen te worden aan Natuurmonumenten is vooral gebaseerd op het besluit van GS van Noord-Holland om het gebiedsplan Noord Kennemerland West vast te stellen en het vliegveld aan te wijzen als begrensde natuur. Daarnaast heeft GS besluiten genomen omtrent eigen dom, beheer en onderhoud waarbij Natuurmonumenten is aangemerkt als beoogd beheerder. Het terrein is doorgeleverd aan de provincie.
* Voor het complex Loon op Zand was reeds lange tijd belangstelling van de zijde van Natuurmonumenten. Het complex is de laatste in een serie van 6. De complexen 1 t/m
5 waren reeds herbestemd en doorgeleverd aan Natuurmonumenten. In 2002 is tussen Domeinen en DLG de afspraak gemaakt dat terrein 6 overgedragen zou worden aan de DLG en doorgeleverd zou worden aan Natuurmonumenten.
* Het besluit tot rechtstreekse doorlevering van het militaire complex Buitenveld te Gilze en Rijen aan Staatsbosbeheer is onder andere gebaseerd op een gesprek van de Gemeente Gilze en Rijen met commissaris van de koningin en de staatssecretaris van Defensie en de destijds gangbare praktijk van doorlevering aan SBB. In dit geval richtte de bestuurlijke aandacht zich op de wens om tot snelle ontruiming van de alhier aanwezige krakers over te gaan. De doorlevering aan Staatsbosbeheer stond daarbij niet meer ter discussie.

Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
25 juni 2008 DRZW. 2008/2403 3


3
Kunt u aangeven of en waar de openbare verkoop van de PrOMT-terreinen heeft plaatsgevonden?

De eerste openbare verkoop moet nog plaatsvinden. Dat zal waarschijnlijk dit najaar de openbare verkoop van voormalig oefenterrein de Gorsselse Heide (107 ha) in de gemeente Lochem zijn.


4
Kunt u aangeven aan welke criteria en aan welke condities de particulier beheerder zal moeten voldoen om in aanmerking te komen voor beheer van de verschillende PrOMT terreinen ?

Wanneer er sprake is van openbare verkoop dan worden er kwaliteitseisen aan het beheer gesteld. De belangrijkste algemene kwaliteitseisen die aan het beheer van een terrein worden gesteld, zijn:

* Het terrein wordt conform het EHS-natuurdoeltype beheerd of naar instandhoudingdoelstellingen van Natura 2000-gebieden;

* De 0-situatie wordt minimaal in stand gehouden tenzij een specifiek einddoel is geformuleerd;

* De beheerder dient het terrein ten minste 358 dagen per jaar kosteloos van zonsopgang tot zonsondergang open te stellen, toegankelijk te houden en de openstelling kenbaar te maken door middel van borden. (Tenzij het ongewenst is vanuit ecologisch beheer, bijvoorbeeld als het een rustgebied betreft);
* Indien het terrein gelegen is in een groter EHS-gebied wordt het beheer afgestemd op het beheer zoals dat plaatsvindt in het grotere EHS-gebied.
* Het terrein dient als eenheid te worden behouden, deelverkopen zijn uitgesloten;


5
Kunt u de Kamer het verslag van de reeds gerealiseerde doorleveringen van de PrOMT terreinen in handen stellen?

De volgende terreinen zijn doorgeleverd:
Object Oppervlakte (in ha) Begunstigde

1. Loon op Zand 6.60 Natuurmonumenten

2. Balloërveld 369.00 Staatsbosbeheer

3. Anloo 192.00 Staatsbosbeheer

4. Blauwe Kamer 13.60 Utrechts Landschap

5. Tilburg 18.50 Provincie

6. Elsendorp 17.70 Gemeente

7. Erp 5.93 Gemeente

8. Wanroy 12.69 Gemeente

9. Vliegveld Bergen 101.00 Provincie

10. De Dellen (gedeeltelijk) 67.00 Het Geldersch Landschap Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
25 juni 2008 DRZW. 2008/2403 4

11. Groote Veld
(gedeeltelijk)

16.80 Natuurmonumenten

12. Kop van Deelen 26.60 particulier

13. Pomp Deelen (onderdeel van Kop van
Deelen)
particulier
Totaal 847.42


6
Wanneer zijn de conclusies van de bestudering van het advies van prof. Van der Woude gereed? Kunt u reeds ingaan op deze conclusies?

Ik streef ernaar mijn conclusies rondom het advies deze zomer beschikbaar te hebben. Over het advies zal ik nog overleg voeren met betrokken partijen.


7
Kunt u aangeven wat de financiële opbrengst van de nu reeds doorgeleverde terreinen (48%) is geweest en wat de verwachting is van de opbrengsten van de nog resterende 52%?

Binnen PrOMT wordt gestuurd op kwaliteit en op opbrengst, waarbij maximalisatie van natuur en ruimtelijke kwaliteit voorop staan.
De verwachte opbrengst bedraagt 10 à 15 miljoen euro. De opbrengsten van PrOMT per 31 december 2007 conform de Rekening en Verantwoording BBL 2007, bedragen:

* Totale verkoopopbrengsten ca. ¤ 4.4 miljoen

* Totale ontwikkelingskosten ca. ¤ 2.2 miljoen
---

* Saldo ca. ¤ 2.2 miljoen

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,

G. Verburg


1) Zie Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2007-2008, nr. 2469