Universiteit van Tilburg 17 juni 2008
Publieke discussie niet zaligmakend voor democratie
Promotie politiek filosoof Drosterij over debat en politiek
De dagelijkse politiek lijkt steeds meer op een mediaspektakel, in de
poging de kloof tussen burger en politiek te overbruggen. Maar
politiek filosoof Gerard Drosterij constateert in zijn proefschrift
dat publieke discussie niet zaligmakend is voor de democratie. Hij
pleit voor een scherpere scheiding tussen het politieke en het
publieke debat.
De show waarmee Rita Verdonk haar politieke beweging lanceerde, is
tekenend voor Drosterijs onderzoek. De website waarop ze haar aanhang
maximale invloed op haar politieke keuzes wilde geven, liep al snel
uit op een ordinaire scheldkanonnade. Daarmee voldeed haar aanhang
geenszins aan het democratisch ideaal; namelijk een gemeenschap van
burgers, die hun privébelangen en meningen naar het algemene belang
van de maatschappij weten te vertalen.
Dat de waarde van een democratie afhangt van het publieke debat, vindt
zowel de linker als de rechter vleugel van de politiek. Kritische
burgers en luisterende politici is het ideaal, waarmee de kloof tussen
de 'provinciale' geluiden van de burgers en de politici in hun ivoren
toren moet worden overbrugd. In zijn proefschrift laat Drosterij zien
dat die poging heeft geleid tot een vermenging van de politiek en
publiek. De politiek wordt gepopulariseerd en het publieke debat
gepolitiseerd. De richtlijn publiciteit te zoeken regeert de politiek.
Terwijl maatschappelijke kwesties steevast met overheidshandelen in
verband worden gebracht.
Ironisch genoeg creëert de angst voor de kloof pas écht een kloof,
stelt de promovendus. In het onderwijs bijvoorbeeld, zo was ook de
conclusie van een recent parlementair onderzoek van de commissie
Dijsselbloem, is de politiek te veel op de stoel van het onderwijs
gaan zitten. Dat leidde tot een managerscultuur met bijkomende
hervormingen en een bureaucratische schil. De autonomie van de
onderwijzers werd ondermijnd, en de kwaliteit van het onderwijs ging
teloor. 'De kloof bestaat', stelt Drosterij. 'Dat is normaal. De vraag
is hoe er op een goede manier mee om te gaan.'
Op basis van filosofisch en begripshistorisch onderzoek, komt de
promovendus met een alternatief begrip van politiek, dat hij politiek
als jurisdictie noemt. Daarbij stelt hij de scheiding van politiek en
samenleving voorop. Hij pleit voor een herstel van het gezag van de
overheid. En voor meer vertrouwen vanuit de politiek in de autonomie
van de burgers. 'Politiek denken heeft een wijd perspectief en gaat
over het vormen van de samenleving. De overheid schept de wettelijke
voorwaarden, waarbinnen de burgers zelf de kwaliteit van de
maatschappelijke praktijk kunnen verbeteren.' De oude Griekse traditie
van Plato en Aristoteles speelt in zijn onderzoek een belangrijke rol.
De Grieken zijn liberaler dan de moderne traditie, stelt Drosterij.
Juist omdat zij de scheiding tussen politiek en publiek scherp
trekken.
Gerard Drosterij (1972, Amsterdam) studeerde politicologie aan de
Universiteit van Amsterdam. In zijn afstudeerscriptie onderzocht hij
de relatie tussen kunst en staat, die hij toespitste op het
burgerlijke emancipatie-ideaal. Een nieuwe werkkring heeft hij nog
niet gevonden. In de toekomst is hij van plan om van zijn proefschrift
een voor breed publiek toegankelijke light versie schrijven.
Universiteit van Tilburg