PS niet enthousiast over voorjaarsnota
23-6-2008 -
Tijdens de behandeling van de voorjaarsnota in de vergadering van 23
juni, hebben de Staten met verschillende moties en amendementen
wijzigingen aangebracht in het voorgestelde beleid van gedeputeerde
staten. De voorjaarsnota, die in eerdere commissiebehandelingen als te
summier was betiteld, gaf volgens de Staten onvoldoende onderbouwing
van de aangedragen beleidsvoorstellen. Tijdens de algemene
beschouwingen legden de partijen verschillende accenten. Zo leidde
twee ingediende moties tot het participeren aan het ontwikkelen van
een werk- en leerfabriek waar jongeren werkervaring op kunnen doen èn
het bezien van de mogelijkheden voor railverbindingen tussen Breda en
Utrecht en Utrecht en Almere.
De SP was van mening dat het College verkeerde prioriteiten legt.
Volgens de SP zou de provincie in moeten zetten op de sectoren waar
het nodig is zoals lager geschoolden en allochtonen en niet op
sectoren die al bulken van het geld. Ook achtte de SP het College
weinig ambitieus. Volgens de SP gaat het College vaak niet verder dan
het Rijk voorschrijft en laat zij daarbij eerdere ambities los onder
het motto dat ze aan de wettelijk gestelde eisen voldoet. Een motie
van de SP waarin zij het College verzoekt om in overleg met
maatschappelijke organisaties een integratienota op te stellen, kon
niet op een meerderheid in de Staten rekenen.
Het CDA vroeg naar aanleiding van de discussie over decentralisatie in
het rapport van de commissie Lodders, extra aandacht voor de speciale
positie van de provincie Utrecht als schakel tussen de Randstad en het
Ruhrgebied. Ook pleitte het CDA voor goede samenwerking met gemeenten
en inwoners in de ARHI-procedure in de Gelderse vallei.
GroenLinks prees de vakbekwaamheid van de collegeleden, maar
bekritiseerde het gebrek aan politieke keuzes. De samenwerkingsagenda
betitelde GroenLinks als een ratjetoe aan projecten, waarin een visie
ontbreekt. GroenLinks diende samen met D66 een motie in om uit te
spreken dat het wenselijk is om de toekomst van het provinciaal
bestuur in relatie tot de ontwikkeling van de Randstad te betrekken
bij de te voeren discussie over de gewenste takenontwikkeling van de
provincie Utrecht. Ook diende GroenLinks, mede namens de SP, D66 en de
Partij voor de Dieren, een motie in waarin zij het College opdroegen
om serieus te kijken naar de wenselijkheid van railverbindingen tussen
Utrecht en Breda en Utrecht en Almere. Een meerderheid van de Staten
kon met deze motie instemmen.
De VVD roemde het unieke karakter van de provincie Utrecht en gaf aan
tevreden te zijn met de wijze waarop het College de problemen rond
mobiliteit en de woningproblematiek aanpakt. Om ook de arbeidsmarkt
aantrekkelijk te houden vroeg de VVD het College om een integraal plan
op te stellen waarin vorm wordt gegeven aan het zogenoemde lifescience
en het sciencepark in Utrecht. Ook droeg de VVD het College met een
motie op om de criteria die worden gehanteerd bij de goedkeuring van
de projecten uit de samenwerkingsagenda aan de Staten te overleggen,
opdat de Staten aan de voorkant van het proces kunnen sturen. Deze
motie werd door het College overgenomen waarna de VVD de motie introk.
De ChristenUnie complimenteerde gedeputeerde Dekker en de
verantwoordelijke ambtenaren met de wijze waarop zij de regierol van
de provincie in de jeugdzorg hebben opgepakt. De ChristenUnie diende
een motie in om onderzoek te doen naar het instellen van een leerstoel
voor de Vrede van Utrecht en de uitkomsten hiervan bij de behandeling
van de begroting terug te koppelen. Deze motie werd overgenomen door
GS. Een motie die de ChristenUnie, mede namens de SP en de Partij voor
de Dieren, indiende en waarin GS opgedragen werd het onderwerp
veldtoezicht en handhaving van de groene wetten op de
samenwerkingsagenda te zetten en dit onderwerp met de gemeenten en
partners te bespreken, werd overgenomen door GS en vervolgens
ingetrokken.
De PvdA uitte zijn zorgen over de afnemende betrokkenheid van PS bij
beeldbepalende en strategische projecten, zoals het bestuursakkoord,
de pakketstudies en de projecten uit Randstad Urgent. Namens een
meerderheid van CDA en VVD diende PvdA een motie in waarin zij GS
vroegen om de inhoudelijke samenwerking met de omliggende gebieden te
inventariseren en op basis daarvan een plan van aanpak te maken om te
bepalen met welke gebieden op termijn in strategische zin en op
langere termijn prioritair kan worden samengewerkt.
Een motie van de PvdA, CDA, VVD en ChristenUnie om jongeren in staat
te stellen in een werk- en leerfabriek werkervaring op te doen, kon op
brede steun in de Staten. Deze motie werd overgenomen door GS en
vervolgens ingetrokken.
D66 verzocht het College om vast te houden aan personele bezetting op
het dossier Europa, omdat zo een jumpstart gemaakt kan worden ten
aanzien van de hoge ambitie in dit dossier. D66 vroeg zich hardop af
hoe het schrappen van 1 fte personeel strookt met het behalen van die
ambitie.
De SGP benoemde de beleidsterreinen waar de provincie vanuit de open
huishouding stimulerend en maatschappelijk verantwoord kan handelen,
zoals werkgelegenheid en bereikbaarheid (PON-lijn). Een succesvol
voorbeeld van een dergelijk initiatief zijn de zorgboerderijen, die
inmiddels in gebruik zijn.
De Partij voor de Dieren brak opnieuw een lans voor dierenwelzijn en
dan vooral voor het voorkomen van dierenleed. De partij diende een
motie in waarin zij het College vroegen met voorstellen te komen die
waarborgen dat fauna zo min mogelijk schade ondervindt van demping van
wateren. Deze motie kon niet op een meerderheid rekenen in de Staten.
Ook een motie die het College verzocht bij de subsidiering van
luchtwassers opnieuw de regel in te stellen dat de
ammoniakvermindering als gevolg van luchtwassers niet mag leiden tot
het houden van extra dieren, haalde het niet.
Mooi Utrecht benadrukte dat er kansen liggen bij projecten als de
herinrichting van vliegbasis Soesterberg en de Vrede van Utrecht. De
provincie moet op dergelijke projecten haar stempel drukken.
Meer informatie: Pauline Bredt, telefoon 030-2582522
Provincie Utrecht