Ministerraad


Wederzijdse erkenning van beslissingen tot confiscatie

Persbericht | 20-06-2008

De ministerraad heeft ingestemd met een wetsvoorstel van minister Hirsch Ballin van Justitie dat uitvoering geeft aan het kaderbesluit van de Raad van de Europese Unie van 6 oktober 2006. Daarmee wordt grensoverschrijdende ontneming van criminele winsten vergemakkelijkt. Het besluit voorziet in wederzijdse erkenning van beslissingen tot verbeurdverklaring en confiscatie.

Het kaderbesluit bepaalt onder welke voorwaarden een lidstaat zo'n door een strafrechter van een andere lidstaat gegeven beslissing tot confiscatie moet erkennen en tenuitvoerleggen. Het doel is de strafrechtelijke samenwerking tussen de lidstaten van de Europese Unie te versnellen en te vereenvoudigen.

Een onherroepelijke beslissing tot confiscatie, genomen in een lidstaat, kan naar een andere lidstaat worden gestuurd als de veroordeelde in die andere lidstaat woont, verblijft of beschikt over inkomsten of vermogen. Hetzelfde geldt als de goederen die ontnomen moeten worden zich in die andere lidstaat bevinden. Ontvangt een lidstaat zo'n beslissing, dan moet de beslissing worden erkend en uitgevoerd, tenzij sprake is van een weigeringsgrond. Confiscatiebeslissingen zijn onherroepelijke sancties, opgelegd door de rechter en die leiden tot het blijvend ontnemen van voorwerpen of geld dat wederrechtelijk verkregen is.

De officier van justitie te Leeuwarden zal deze verzoeken tot erkenning en tenuitvoerlegging uit andere lidstaten behandelen. Hiervoor is gekozen omdat deze officier reeds bevoegd is tot erkenning en tenuitvoerlegging van geldelijke sancties uit andere lidstaten en het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) gevestigd is in Leeuwarden. Het CJIB zorgt al voor tenuitvoerlegging van Nederlandse ontnemingen van wederrechtelijk verkregen voordeel en de verwachting is dat het grootste deel van de te erkennen en ten uitvoer te leggen confiscatiebeslissingen zal bestaan uit dergelijke maatregelen.

De ministerraad heeft ermee ingestemd dat het wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State zal worden gezonden. De tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State worden pas openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.