Brussel, 18 juni 2008
Openbare raadpleging: sterke steun voor ambitieus cohesiebeleid na 2013
Europa heeft een sterk cohesiebeleid na 2013 nodig. Hierover bestaat een
algemene consensus in de meer dan 100 bijdragen aan een openbare raadpleging
over deze kwestie, aldus Danuta Hübner, Europees commissaris voor regionaal
beleid, vandaag bij de presentatie van het vijfde voortgangsverslag over de
economische en sociale samenhang. Het uit twee delen bestaande document
omvat een verslag over de openbare raadpleging en een analytisch verslag
over de regionale economieën, waaruit blijkt dat de minder ontwikkelde
regio's een sterke groei blijven vertonen, onderbouwd door een verschuiving
naar toekomstgerichte sectoren.
Commissaris Hübner zei het volgende: "De respondenten geven blijk van
hun engagement voor een ambitieus beleid dat een belangrijke rol
speelt bij het verkleinen van de ongelijkheden in de Europese Unie.
Het voortgangsverslag laat zien dat het convergentiebeleid stoelt op
een solide grondslag en wordt bevorderd door groeisectoren waarvan
duidelijk is dat zij het grootste potentieel voor de toekomst
bezitten.
Cohesiebeleid na 2013: Verslag over de openbare raadpleging
o Consensus over de noodzaak van een ambitieus Europees cohesiebeleid
voor alle regio's van de EU; sterke afwijzing van het idee van een
hernationalisering.
o Oproep tot het doen van investeringen die gericht zijn op Europese
prioriteiten zoals innovatie, onderwijs, ondersteuning van het mkb,
EU-wijde infrastructuur en de aanpak van de klimaatverandering. Oproep
tot een verdere "vergroening" van het beleid.
o Oproep tot een sterkere coördinatie tussen het cohesiebeleid en
andere sectorale beleidsmaatregelen van de EU in het licht van de
complexe uitdagingen en in deze context een oproep tot de Commissie om
de band tussen het cohesiebeleid en het plattelandsontwikkelingsbeleid
te versterken.
o Oproep tot een verdere vereenvoudiging van het beleid, grotere
betrokkenheid van de lokale en regionale autoriteiten.
o De grensoverschrijdende, transnationale en interregionale
uitwisselingen in het kader van de territoriale samenwerking worden
beschouwd als een van de beste voorbeelden van de Europese meerwaarde
van het cohesiebeleid; de respondenten vragen dat daarvoor meer
middelen worden uitgetrokken.
Achtergrond: Deel 1 van het voortgangsverslag geeft een samenvatting
van de bijdragen die tussen september 2007 en februari 2008 zijn
ontvangen naar aanleiding van een door de Commissie georganiseerde
openbare raadpleging over de toekomt van het beleid. Er zijn meer dan
100 bijdragen ontvangen van nationale autoriteiten (er hebben 17
lidstaten deelgenomen, die goed zijn voor meer dan 80% van de
bevolking van de EU), regionale en lokale autoriteiten, economische en
sociale partners, academische en onderzoekinstellingen. De bijdragen
worden geanalyseerd in de context van de begrotingsherziening en de
bezinning over de uitgavenprioriteiten van de EU.
Economische en sociale samenhang: situatie en trends
o Armere regio's halen hun achterstand in: Deel 2 van het verslag laat
zien dat de armere regio's een sterke groei blijven kennen. Tussen
2000 en 2005 kenden de convergentieregio's (bbp per hoofd van de
bevolking onder 75% van het communautaire gemiddelde) een groei van
het bbp per hoofd van de bevolking, die 50% sneller was dan in de rest
van de EU. Het werkloosheidspercentage in deze regio's is ook met 3
procentpunten gedaald. Deze vooruitgang wordt bevorderd door een
verschuiving naar toekomstgerichte sectoren, zoals hieronder is
aangegeven.
o Groei in regio's geconcentreerd in kennisintensieve sectoren: In het
verslag worden de sectoren met een sterk groeiperspectief op de
middellange termijn aangegeven in zowel de convergentieregio's als de
onder doelstelling "Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid"
vallende regio's. Het gaat hierbij om: financiële en zakelijke
dienstverlening; handel, vervoer en communicatie; hightech- en
mediumhightech-industrie. De hightech-industrie wordt aangemerkt als
de enige industriesector waar de EU een concurrentievoordeel behoudt.
Deze sector omvat de productie van elektrische en optische apparatuur,
medische apparatuur, lucht- en ruimtevaart en farmaceutische
producten.
o Behoefte aan meer investeringen in innovatie, onderwijs, opleiding:
In de meest ontwikkelde regio's is het aandeel van het bbp dat gaat
naar onderzoek en ontwikkeling (O&O) drie keer zo hoog als in de
convergentieregio's, maar 15% lager dan in de Verenigde Staten. De
Europese Unie investeert ook een veel lager aandeel van haar bbp in
hoger onderwijs: 1,2% in vergelijking met 2,9% in de VS.
Het voortgangsverslag is te vinden op de volgende website:
http://ec.europa.eu/regional_policy/sources/docoffic/official/reports/
interim5_en.htm
Voor meer informatie over de openbare raadpleging over de toekomst van
het regionaal beleid:
http://ec.europa.eu/regional_policy/conferences/4thcohesionforum/consu
ltation_en.cfm
European Union