Dienstenbond CNV

Nieuws

19 juni 2008

Bodemprocedure tegen werkgevers schoenenwinkels

CNV Dienstenbond en FNV Bondgenoten starten een bodemprocedure tegen de schoenendetailhandel. Met de bodemprocedure willen de vakbonden de werkgevers, verenigd in de Vereniging van Grootwinkelbedrijven in Schoenen (VGS), dwingen de cao toe te passen.

Karin Heynsdijk, bestuurder FNV Bondgenoten: "Er ligt een akkoord dat door onze leden is goedgekeurd. De werkgevers willen het akkoord echter niet nakomen. Wij vinden dat onacceptabel." Jeroen Warnaar, bestuurder CNV Dienstenbond, vult aan: "Dit hebben wij nog nooit meegemaakt. Werkgevers die terugkomen op een gesloten overeenkomst die nota bene gebaseerd is op een eindbod dat ze zelf hebben gedaan."

De vakbonden besloten tot de bodemprocedure na uitspraak in een kort geding dat zij hadden aangespannen tegen VGS. De rechtbank liet hierin weten dat het niet met volledige zekerheid is vast te stellen dat de onderhandelingsdelegatie van VGS bevoegd was om een cao af te sluiten. Getuigenverhoren in een bodemprocedure moeten uitwijzen of de VGS-delegatie wel of niet bevoegd was. Heynsdijk: "Het lijkt me heel vreemd als de delegatie waarmee wij onderhandeld hebben nu opeens niet bevoegd blijkt te zijn. Waarom hebben we dan al die tijd onderhandeld?"

Wanneer blijkt dat de onderhandelingsdelegatie bevoegd was een cao af te sluiten, kan de rechtbank niet anders dan de VGS dwingen de cao toe te passen. Tegelijkertijd met de bodemprocedure gaan de bonden de uitspraak in het kort geding in hoger beroep aanvechten. Dit doen ze met een zogenaamd spoedappèl. Warnaar: "Hopelijk beslist de rechter in het spoedappèl al dat de cao gewoon toegepast moet worden. Hoe sneller die cao er ligt, hoe beter het is voor de werknemers."