Ministerie van Verkeer en Waterstaat

abcdefgh

De voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten Generaal
Binnenhof 4
2513 AA DEN HAAG

Contactpersoon Doorkiesnummer
- - Datum Bijlage(n) 16 juni 2008 - Ons kenmerk Uw kenmerk DGTL-2008/2768 - Onderwerp
Stand van zaken nota Maritieme en Aeronautische noodhulp

Geachte voorzitter,

Door middel van deze brief informeer ik u over de stand van zaken van de nota "Maritieme en aeronautische noodhulp".

Tijdens het Algemeen Overleg over de Kustwacht op 15 februari 2008 heb ik u toegezegd deze nota nog voor het zomerreces aan u te doen toekomen. Echter, ik wil u door middel van deze brief laten weten dat dit tijdschema thans is vertraagd. Deze vertraging is naar verwachting een half jaar. Onderstaand ga ik nader in op de reden hiervoor.

De nota "Maritieme en aeronautische noodhulp" zal het optreden bij incidenten en calamiteiten van de overheid op de Noordzee beschrijven. In de nota zal de omvang van personeel en materieel worden beschreven die benodigd is om in de periode 2008-2013 de beleidsdoelen voor het optreden bij incidenten en calamiteiten als onderdeel van de dienstverleningstaken op de Noordzee te realiseren. De nota is thans voor een groot deel afgerond.

In de nota worden zorgnormen - de benodigde inzet door de overheid bij een hulpvraag - voorgesteld die zijn gedefinieerd op basis van een risicoanalyse. Deze voorgestelde zorgnormen kunnen grotendeels worden afgedekt door continuering van de huidige capaciteit voor maritieme en aeronautische noodhulp. Uitzonderingen hierop zijn de capaciteit voor het opsporen en redden van drenkelingen (Search and Rescue; SAR) alsmede de mogelijkheden om aan boord van passagiersschepen te assisteren bij een brand ter voorkoming van grootschalige evacuaties.

Postbus 20901, 2500 EX Den Haag Telefoon 070 - 351 6171 Bezoekadres Plesmanweg 1-6, 2597 JG Den Haag Fax 070 - 351 7895

bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 (station cs)

DGTL-2008/2768

In het vinden van een invulling van de benodigde capaciteit voor de twee laatst genoemde onderwerpen is de reden van de vertraging gelegen. In de komende periode zal moeten worden bezien op welke wijze efficiënt invulling kan worden gegeven aan de voorgestelde zorgnormen op deze beide onderwerpen. Tevens zal uiteraard bij de eventuele vergroting van de capaciteit de financieringsconstructie hiervan met alle betrokken partijen moeten zijn afgestemd. Bij de SAR-capaciteit speelt tevens de complicerende factor dat de benodigde helikopercapaciteit bij de voorgestelde zorgnormen thans niet in alle gevallen voldoende aanwezig is en voor meerdere (zeer diverse) taken moet worden ingezet waar vele partijen bij zijn betrokken.

De verwachting is dat ik, mede gezien het zomerreces, tot het eind van dit jaar nodig zal hebben om te komen tot een nadere invulling, financieringsoptie en operationele inzet voor deze twee onderwerpen. Hierover worden gesprekken gevoerd met betrokken partijen (ministerie ven Defensie, Ministerie van Economische Zaken/Staatstoezicht op de Mijnen en de olie- en gassector).

Hoogachtend,

DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

J.C. Huizinga-Heringa


---