Ingezonden persbericht
Persbericht Gemeente Doesburg
Datum: 12 juni 2008
BETER SPELEN IN DE WIJK
De gemeente Doesburg heeft van de Provincie Gelderland subsidie gekregen voor een 2e periode van het Kleine Stedenbeleid, die zal lopen van 2008 tot en met 2011. Met deze middelen wil de gemeente o.a. verder gaan met het opknappen van de speelplekken in Doesburg. Eerder is dat al gebeurd in de Ooi (van Tuijlplein, Koppenberch, Koppelweg, Goudenregenstraat) en recent in Zuidelijk Molenveld (Prins Bernhardplein, Speeltuin Kindervreugd), nu zullen ook de wijken Noordelijk Molenveld en Beinum aan de beurt zijn. In het kader van het project "Spelen in de Wijk" van het Kleine Stedenbeleid heeft de gemeente aan een gespecialiseerd ingenieursbedrijf, OBB, gevraagd om samen met kinderen een speelruimteplan op te stellen.
Het speelruimteplan
Het speelruimteplan gaat over de speelruimte voor kinderen, jeugd en jongeren en zal bestaan uit twee delen. Het eerste deel bevat het beleid voor de speelruimte. Het beleid vormt de spelregels voor iedereen die met speelruimte te maken heeft en krijgt. Dit zijn niet alleen spelregels voor speelplekken, maar ook voor groen, wegen, water en andere delen van de openbare ruimte. Het tweede deel zal een uitwerking zijn van de spelregels voor de gemeente. Uitgaande van een evenredige verdeling van kwantiteit en kwaliteit van speelruimte voor ieder kind in de gemeente zal een beeld geschetst worden van een na te streven speelvoorzieningenniveau.
Formele en informele speelruimte
Het bijzondere van het speelruimteplan is dat er niet alleen gekeken wordt naar de speelplekken (formele speelruimte), maar dat er ook ingegaan wordt op de informele speelruimte. Onder informele speelruimte wordt verstaan: de overige openbare ruimte waar kinderen de mogelijkheid hebben om veilig activiteiten te ontplooien. Bijvoorbeeld het groen speelt hierin een belangrijke rol. Dat vormt geen formele speelplek, maar het is wel nodig voor het bouwen van hutten, verstoppen en leren over de natuur. Als de wegen veilig zijn en uitnodigen tot verplaatsen dan zullen kinderen gemakkelijker en meer kunnen spelen. Naast de formele speelruimte is dus ook de informele speelruimte van groot belang voor de ontwikkeling van kinderen.
Informatie-inwinning
Om inzicht te krijgen in de wensen van de belangrijkste gebruikers van de speelruimte wordt er op 17 en 18 juni 2008 een zogenoemd KinderKlankBord gehouden. Dit KinderKlankBord bestaat uit drie onderdelen die via alle basisscholen in de gemeente worden uitgevoerd. Ten eerste wordt aan alle kinderen gevraagd een enquête in te vullen. Op deze enquête kan ieder kind zijn top tien van favoriete speelmogelijkheden aangeven. Ten tweede wordt er een rondwandeling gemaakt in de verschillende buurten van Doesburg. Enkele kinderen nemen dan een medewerker van OBB Ingenieursbureau op sleeptouw door de buurt waar ze wonen. Op deze manier kunnen ze vertellen en laten zien waar de leuke en minder leuke plekken zijn. Als derde onderdeel is aan alle bovenbouwklassen gevraagd een plattegrond te maken van de buurt waar ze wonen. Op deze plattegrond kunnen ze aangeven waar gevaarlijke, leuke, spannende en minder leuke speelruimte is. Het tekenen van de favoriete of gewenste speelplek behoort ook tot de mogelijkheden.
De opstellers van het speelruimteplan krijgen op deze manier een goed beeld van de manier waarop de kinderen de buurt gebruiken en beleven om te spelen. De resultaten van de enquête geven tevens een beeld van welke speelmogelijkheden voor de kinderen belangrijk zijn. Dit is weer van belang bij het verwijderen, verplaatsen, herinrichten en nieuw aanleggen van speelruimte.
Naast de inspraak van kinderen willen we ook de ouders/bewoners vragen om mee te werken.
Dat kan door de onderstaande enquête (die verschijnt in de Regiobode en op de website van de gemeente Doesburg) in te vullen en op te sturen naar de gemeente.
De laatste tijd is al een aantal verzoeken voor speelplekken ingediend bij de gemeente. Deze worden uiteraard ook meegenomen bij het opstellen van het speelruimteplan.
Als het concept speelruimteplan gereed is, zal dit vervolgens worden voorgelegd aan de bewoners in de wijken. Daarna zal het rapport definitief worden gemaakt en kan men ermee aan de slag gaan.
Einde persbericht.
Ingezonden persbericht