12 jun 200 8

Onderdeel: Wageningen Universiteit
Nummer: P039

Oratie prof. Harro Bouwmeester

De Afrikaanse landbouw kampt met een hardnekkige parasitaire plant, Striga geheten, die de opbrengsten van maïs, gierst en sorghum danig aantast. Met een combinatie van fundamenteel en toegepast onderzoek aan de parasiet is er een basis voor een strategische aanpak van dit probleem. Voor dat soort technologische projecten zouden echter meer middelen beschikbaar moeten zijn. Dat zegt prof.dr. ir. Harro Bouwmeester bij de aanvaarding van het ambt van hoogleraar Plantenfysiologie op 12 juni aan Wageningen Universiteit. Prof. Bouwmeester volgt prof. Linus van der Plas op.

In zijn inaugurele rede 'The essence of plants' zoomt prof. Bouwmeester in op het Striga-probleem in Afrika. Striga is een plantengeslacht van parasitaire planten die zich voeden op maïs en sorghum. Het is de boeren in Afrika bekend dat op arme akkergronden Striga-parasieten hardnekkiger zijn dan op bemeste gronden, die voldoende fosfaat en stikstof bevatten. Uit onderzoek van prof. Bouwmeester is gebleken dat gewassen, zoals maïs, bij een tekort aan voedingsstoffen zoals fosfaat, uit de wortel bepaalde stoffen afscheiden, zgn. strigolactonen. De strigolactonen fungeren als signaalstoffen voor bodemschimmels, die een symbiose aangaan met de plant. Juist deze schimmels zijn uitstekend in staat om fosfaat uit de bodem op te nemen en zodoende het gewas van voldoende voedingsstoffen te voorzien. Echter, de strigolactonafgifte door planten heeft een ernstig bij-effect. Zaden van de parasietaire plant Striga blijken erdoor te ontkiemen en zich vervolgens te vestigen op het gewas, dat daarvan ernstig heeft te leiden. In Afrika is Striga een groot probleem, vooral voor de arme boeren die geen kunstmest kunnen kopen.

Prof. Bouwmeester pleit daarom voor een strategische aanpak van het probleem door het verwerven van meer fundamentele kennis over de parasiet-plant-schimmel interactie in combinatie met meer toegepaste technologische projecten. Hij beschouwt die als een noodzakelijke stap naast maatschappelijke onderzoeksprojecten om de introductie van de kennis en technologie mogelijk te maken. "Op dit moment zijn er echter zo goed als geen mogelijkheden voor de financiering van dergelijke technologische projecten", aldus de Wageningse hoogleraar. "En dat terwijl die voor Afrika absoluut noodzakelijk zijn om te kunnen voorzien in de stijgende vraag naar voedsel."

Prof. Harro Bouwmeester was buitengewoon hoogleraar en per 1 juni benoemd tot gewoon hoogleraar Plantenfysiologie. Hij volgt prof. Linus van der Plas op die eind 2008 met emeritaat gaat.

Harro Bouwmeester (Zeist, 1960) studeerde in 1985 cum laude af in de Plantenfysiologie. In september 1990 promoveerde hij aan Wageningen Universiteit op het effect van omgevingsomstandigheden op de 'winterslaap' en ontkieming van zaden. Hij bekleede tweemaal een post-docpositie aan Wageningse onderzoeksinstituten. Na een post-doc van een half jaar bij Washington State University werd hij onderzoeker bij Plant Research International (PRI) van Wageningen UR waar hij in 2005 de prestigieuze Vici-subsidie ontving van NWO. In 2006 werd hij universitair hoofddocent bij het Laboratorium voor Plantenfysiologie en een jaar later werd hij benoemd tot bijzonder hoogleraar in de Fysiologie van de communicatie van planten. Het werk van Harro Bouwmeester heeft geleid tot talrijke publicaties in internationale bladen als Science, Trends in Plant Science en Nature Biotechnology.