dierproeven

Kabinetsvisie alternatieven voor dierproeven

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport



De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

VGP-VV 2855846

6 juni 2008

Hierbij zend ik u de kabinetsvisie Alternatieven voor Dierproeven.

Met deze brief wil ik u informeren over het kabinetsbeleid ten aanzien van alternatieven voor dierproeven. Dit beleid is primair gericht op het stimuleren van de ontwikkeling en toepassing van alternatieven voor dierproeven. Het uitgangspunt hiervoor zijn de drie V's: vervanging, vermindering en verfijning. Het uiteindelijke doel is het terugbrengen van het aantal dierproeven en is daarmede ook gebaseerd op maatschappelijke en economische argumenten. Deze brief is aangekondigd in de brief van 19 oktober 2007 .

Door de kabinetsvisie wordt het stimuleren van 3V alternatieven voor dierproeven gedurende de kabinetsperiode hoger op de agenda geplaatst. De organisatiestructuur wordt daarvoor aangepast. Er wordt een Nationaal Kenniscentrum Alternatieven voor Dierproeven (NKCA) opgericht. Dit centrum ondersteunt de Interdepartementale Stuurgroepen Werkgroep Alternatieven voor Dierproeven. Een Maatschappelijk Klankbord verzorgt de expertise vanuit het bedrijfsleven en de samenleving.

Het kabinet zal een programmeringsstudie verrichten naar de inzet en ontwikkeling van 3V alternatieven, waaruit een agenda en actieplan wordt opgesteld. Hierbij geldt als uitgangspunt dat het beleid naar 3V alternatieven ook daadwerkelijk kan worden versterkt en geconcretiseerd.

Tenslotte streeft het kabinet in zijn communicatie naar maximale transparantie. Helderheid en uitleg over het moeizame en complexe proces blijven permanent noodzakelijk om tot optimale ontwikkeling en implementatie van 3V alternatieven te komen.

De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

dr. A. Klink


1 Tweede Kamer, vergaderjaar 2007-2008, 30168 en 27428, nr.3