Ingezonden persbericht
Agrarische sector zelf het meest verantwoordelijk voor voedselveiligheid
De agrarische sector onderschrijft het belang van een internationaal certificeringsysteem dat voedselveiligheid waarborgt. Dit blijkt uit een enquête uitgevoerd onder akkerbouwers, veehouders en viskwekers in het kader van het project 'De boer op met GlobalGAP' van het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL), de spreekbuis en belangenbehartiger van de supermarkten in Nederland. Meer dan de helft van de ondervraagden ziet voor zichzelf ook de grootste verantwoordelijkheid weggelegd om milieu- en dier vriendelijker te produceren.
Milieu en diervriendelijker produceren
Meer dan de helft van de ondervraagden heeft aangegeven dat de agrarische sector zelf het meest verantwoordelijk is om milieu en diervriendelijker te gaan produceren. Hierop volgen op gepaste afstand de supermarkt, de overheid en de consument.
Internationaal
Zowel akkerbouwers als veehouders en viskwekers vinden het belangrijk dat een certificeringssyteem voedselveiligheid waarborgt en dat dit internationaal is geregeld. Met een internationaal certificeringsysteem moeten alle producenten aan dezelfde eisen voldoen. 55% van de ondervraagden is bekend met GlobalGAP. De naamsbekendheid verschilt sterk per sector. In de akkerbouwsector is het internationale certificeringsysteem GlobalGAP veruit het bekendst, namelijk 80% van de ondervraagde akkerbouwers kent het systeem en 37% van de akkerbouwers is al GlobalGAP gecertificeerd. Het CBL wil met het project "de boer op met GlobalGAP" de bewustwording van voedselveiligheid onder akkerbouwers en veehouders verhogen.
Supermarkten willen overal ter wereld dezelfde eisen stellen aan leveranciers, aldus Anne-Corine Vlaardingerbroek, projectleider GlobalGAP van het CBL. "De borging van voedselveiligheid blijft altijd prioriteit nummer één voor supermarkten. Voedselveiligheid begint op het boerenbedrijf. Nederlandse kwaliteitssystemen voor voedselveiligheid zoals IKB moeten voldoen aan de internationale eisen. Dit kan via een onafhankelijke benchmark tegen GlobalGAP geregeld worden".
Verder blijkt uit de enquête dat 93% van de ondervraagden gecertificeerd is volgens één of meerdere kwaliteitsystemen. Opvallend was dat een deel van de ondervraagden niet wist voor welk systeem zij gecertificeerd waren. Ruim 38% van de akkerbouwers weet niet precies waarvoor zij gecertificeerd zijn. Dit blijkt uit het feit dat men alleen de certificerende instelling kan noemen. 12% van de akkerbouwers geeft aan dat zij wel gecertificeerd zijn, maar weet de certificerende instelling niet te noemen. In de melkveehouderijsector worden niet meer bestaande kwaliteitsystemen genoemd. Ruim 13 % van de ondervraagden melkveehouders noemden het in 2006 gestopte IKB Rund waarvoor zij gecertificeerd zouden zijn. De varkenshouderijsector alsook de pluimveesector, dit inclusief de legpluimveehouders, zijn goed op de hoogte van de certificering op eigen bedrijf. Ongeveer 95% van de ondervraagde vleeskuikenhouders is IKB Kip gecertificeerd. Legpluimveehouders zijn voornamelijk gecertificeerd voor IKB Ei en KAT en 78% van de varkenshouders is gecertificeerd voor IKB Varken.
De Boer op met GlobalGAP
"De Boer op met GlobalGAP" is een project dat gefinancierd wordt door het CBL en het Ministerie van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit. Middels het project wordt de Nederlandse agrarische sector geïnformeerd over de vraag van supermarkten naar GlobalGAP gecertificeerde producten. Nederlandse kwaliteitssystemen zoals IKB en VVAK kunnen gebenmarkt worden aan GlobalGAP.