Modernisering middelbaar beroepsonderwijs moet worden afgerond
28/05/2008 17:44
COLO Vereniging Landelijke Organen
Vooruitlopend op het kamerdebat op 4 juni a.s. over de invoering van het competentiegericht beroepsonderwijs in het mbo, organiseerde de vaste Kamercommissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen vandaag een rondetafelgesprek met vertegenwoordigers uit het werkveld. Ook Colo, de vereniging van samenwerkende kenniscentra voor beroepsonderwijs en bedrijfsleven was gevraagd een standpunt voor te bereiden en dit in het rondetafelgesprek toe te lichten.
Het standpunt van Colo is dat de modernisering van het mbo moet worden afgerond. "Deze rijdende trein ligt op koers en mag niet worden gestopt", aldus Ben Rijgersberg, directeur Colo. Tijdens het rondetafelgesprek bleek dat de betrokkenen willen doorgaan met de modernisering van het middelbaar beroepsonderwijs. "Het concept dat er ligt is goed, daar zijn we het over eens. Er moet nog worden gekeken of er in voldoende mate aan de randvoorwaarden wordt voldaan voor de geplande invoering van het competentiegerichte onderwijs."
Hier en daar bestaan twijfels over de effecten van de inhoudelijke vernieuwing van het beroepsonderwijs. Helaas zijn die twijfels voor een groot deel ingegeven door misverstanden en onjuiste beeldvorming. De inhoud van het vernieuwde, meer praktijkgerichte beroepsonderwijs is gebaseerd op de vraag welke competenties door het bedrijfsleven wordt geëist. In alle 237 kwalificatiedossiers wordt expliciet omschreven wat de beroepsbeoefenaar moet kunnen en kennen. Ook is bij alle onlangs vernieuwde dossiers de uitvoerbaarheid voor de scholen getoetst. Tijdens het rondetafelgesprek heeft Colo gemeld dat het Coördinatiepunt Kwalificatiestructuur in samenspraak met het werkveld tevens een onafhankelijk onderzoek uitvoert naar de kwaliteit van de kwalificatiedossiers. De resultaten hiervan worden in oktober van dit jaar verwacht. "De kenniscentra hebben in een uiterst zorgvuldig proces, samen met bedrijfsleven en onderwijs, hoogwaardige, kwalificatiedossiers opgeleverd, gericht op betere aansluiting tussen mbo, bedrijfsleven en vervolgonderwijs. Alles kan altijd beter. Daar waar sprake is van gefundeerde, representatieve kritiek worden de programma's in samenspraak met de sectoren en het aanpalend onderwijs verder verbeterd. Dat onderhoudstraject beschouwen de kenniscentra als hun permanente opdracht, zij zoeken de dialoog op. Op initiatief van MBO Raad en Colo wordt inmiddels ook hard gewerkt aan examenstandaarden per kwalificatiedossier. We komen hiermee tegemoet aan de wens van het bedrijfsleven, onderwijs en overheid om het vertrouwen in de mbo-examens te herstellen", aldus Rijgersberg.
Of de nieuwe landelijke kwalificatiestructuur antwoord geeft op de "wat-vraag", de wijze waarop onderwijs wordt aangeboden, is een zaak van zo'n 80 mbo-instellingen en vakscholen. Daar wordt afhankelijk van de doelgroep gekozen voor een passend onderwijsmodel en didactische werkvormen. Dit is een zware opgave die hier en daar weerstanden oproept en nog vorm moet krijgen. Onderwijsinstellingen hebben meer tijd nodig om een passend concept te vinden. Die tijd hebben ze ook gekregen van staatssecretaris van Bijsterveldt. Ook de ruim 180.000 erkende leerbedrijven, die de helft van de opleidingstijd van de mbo-er verzorgen bevinden zich middenin dit vernieuwingsproces. Kenniscentra hebben het initiatief genomen voor extra ondersteuning voor de leerbedrijven met behulp van hun opleidingsadviseurs.
"Om in wielertermen te spreken: We liggen op koers, maar we moeten met z'n allen wel een extra tandje bijzetten", zo vat de Colo-directeur het standpunt samen.
Noot voor de redactie:
Noot voor de redactie,