Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
De voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
ostbus 20018
P
2500 EA Den Haag
Den Haag Ons kenmerk Uw brief van Uw kenmerk
uni 2008
3 j FEZ/ART i.o./19809
27 mei 2008 2070821070
Onderwerp Bijlage(n)
Lijst van vragen / Vraag antwoorden
Hierbij zend ik u het antwoord op de vragen van het Kamerlid Jasper van Dijk van uw Kamer inzake de
BAPO-regeling in het voortgezet onderwijs
De vragen werden mij toegezonden bij uw bovenaangehaalde brief met kenmerk 2070821070
De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
dr. Ronald H.A. Plasterk
6
44
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
OCW 11 Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70-4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl
blad 2/2
Antwoorden op de schriftelijke vragen van het Kamerlid Jasper van Dijk (SP) van de Tweede Kamer der
Staten-Generaal aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de BAPO-regeling
(ingezonden d.d. 27 mei 2008, kenmerk 2070821070).
1. Vraag: Wat is uw oordeel over het bericht dat de Bevordering Arbeidsparticipatie Ouderen
(BAPO) bespreekbaar is voor de VO-Raad tijdens de cao-onderhandelingen? 1)
Antwoord: De verantwoordelijkheid voor de arbeidsvoorwaardenvorming is sinds 1 juli 2007
overgedragen aan de werkgevers en werknemers in de sector voortgezet onderwijs. Gezien
deze verantwoordelijkheidsverdeling vind ik het niet passend om bij de start van de cao-
onderhandelingen een inhoudelijk oordeel te geven over de CAO-inzet van de VO-raad.
2. Vraag: Vindt u het acceptabel dat de werkgevers, die zelf bij de onderhandelingen aanwezig
waren en het Convenant Actieplan Leerkracht ondertekend hebben, aankondigen dat zij alsnog
over aanpassing van de BAPO-regeling willen spreken?
Antwoord: In het Convenant Actieplan Leerkracht is in paragraaf 1.3 van het algemene deel de
afspraak neergelegd dat sociale partners in hun cao-overleg vóór 1 januari 2010 afspraken
maken over een nieuwe sectorale regeling voor leeftijdsfasebewust personeelsbeleid. Dit tegen
de achtergrond dat het van belang is dat seniorenregelingen (zoals de BAPO) zo zijn ingericht
dat ouderen niet alleen worden gestimuleerd om tot hogere leeftijd in het arbeidsproces te
blijven, maar ook worden gestimuleerd om de bij hun belastbaarheid passende arbeidstijd
beschikbaar te zijn. Een sectorale regeling van leeftijdsfasebewust personeelsbeleid zou
bovendien recht moeten doen aan de solidariteitsverdeling tussen jong en oud.
Wel is overeengekomen dat de taakstelling op de ouderenregeling uit het Actieplan Leerkracht
van Nederland, die oploopt tot 100 mln. niet zal worden toegepast.
Het is in lijn met de hierboven aangehaalde afspraken uit het Convenant dat de VO-raad nu
voorstelt de BAPO-regeling aan de cao-tafel te bespreken. Dit is voor mij om die reden
acceptabel.
3. Vraag: Deelt u de mening dat aantasting van de BAPO-regeling onbespreekbaar is?
Antwoord: Ik deel die mening niet. Zie het antwoord op vraag 2.
4. Vraag: Bent u bereid ondubbelzinnig aan de VO-Raad te laten weten dat aantasting van de
BAPO-regeling niet aanvaardbaar is?
Antwoord: Hiertoe ben ik niet bereid. Zie voor de motivering het antwoord op de vragen 2 en 3.
1) http://www.vo-raad.nl/actueel/nieuws/geen-wijziging-bapo-per-1-augustus-wel-gespreksonderwerp-
cao
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70 - 4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl