Gerechtshof Arnhem
Uitspraak Hof Arnhem in zaak overtreding Leerplichtwet vanwege beleden
christelijke leer
Vandaag heeft de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam,
zittinghoudende te Arnhem, H.K. veroordeeld wegens overtreding van de
Leerplichtwet. Verdachte, wonende te Bunschoten, weigerde zijn
kinderen naar één van de scholen voor voortgezet onderwijs in de
omgeving te sturen. Dit omdat naar zijn mening in die scholen
onvoldoende de hand wordt gehouden aan de christelijke leer, zoals die
in zijn gezin wordt beleden. Wel werden er voor zijn kinderen
cursussen en opleidingen verzorgd buiten het reguliere onderwijs.
Bij de rechtbank
De kantonrechter heeft verdachte veroordeeld wegens het driemaal
overtreden van artikel 2 van de Leerplichtwet 1969 tot een
voorwaardelijke geldboete van ⬠600,- bij gebreke van verhaal te
vervangen door 12 dagen hechtenis.
Het hoger beroep
Het hof heeft geoordeeld dat een vrijstelling van de leerplicht alleen
aan de orde kan zijn als die bezwaren te maken hebben met, zoals het
in de Leerplichtwet heet, de richting van het onderwijs. Het hof legt
dat zo uit, dat van richting gesproken wordt, als het gaat om âeen
fundamentele oriëntatie, ontleend aan een welbepaalde godsdienstige
overtuiging of levensbeschouwing.â
Verdachte heeft niet duidelijk kunnen maken waarom de richting van het
Van Lodensteincollege te Amersfoort, dat zich volgens zijn statuten
baseert op âGods Woord, zoals dat wordt beleden in de Drie Formulieren
van Enigheidâ, niet aanvaardbaar is. Volgens het hof betreffen zijn
bezwaren niet de richting van het onderwijs, maar de wijze waarop die
richting in de praktijk tot uiting komt.
Ook andere bezwaren die verdachte heeft geuit, onder meer inzake het
toelatingsbeleid, de besluitvorming, het contact met andersdenkenden
en inzake gymnastiek en internet, zoals die in het Van
Lodensteincollege zijn aan te wijzen, betreffen niet de richting, en
leveren dus geen vrijstelling van de leerplicht op. Het hof heeft er
rekening mee gehouden dat verdachte oprecht heeft gehandeld vanuit
zijn geloofsovertuiging, en dat zijn weigering een serieuze
principiële zaak is. Daarom worden slechts drie voorwaardelijke
boetes van ⬠200,- opgelegd.
LJ Nummer
BD3002
Bron: Gerechtshof Arnhem
Datum actualiteit: 3 juni 2008 Naar boven