Beantwoording vragen lid Ormel over aanslag op etnisch Albanese
oppositieleider Ali Ahmeti nabij de stad Tetovo
02-06-2008 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken
Graag bied ik u hierbij, mede namens de staatssecretaris voor Europese
Zaken, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het
kamerlid Ormel over een aanslag op de etnisch Albanese oppositie
leider Ali Ahmeti nabij de stad Tetovo. Deze vragen werden ingezonden
op 21 mei 2008 met kenmerk 2070820500.
De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken, op
vragen van het lid Ormel (CDA) over de mislukte aanslag in Tetovo.
Vraag 1
Op welke wijze heeft Nederland gereageerd op de mislukte aanslag op de
leider van de Democratische Unie voor Integratie (DUI), de heer Ali
Ahmeti, tijdens een verkiezingscampagne in de Macedonische stad
Tetovo?
Antwoord
De Nederlandse ambassade in Skopje heeft op 9 mei 2008, na de eerste
incidenten die verband houden met de landelijke verkiezingen op 1 juni
2008 en aan de vooravond van de officiële start van de
verkiezingscampagne op 11 mei 2008, alle partijen opgeroepen tot
verantwoordelijke campagnes die bijdragen tot vrije en eerlijke
verkiezingen.
Na de aanslag van 12 mei jl. in het nabij Tetovo gelegen dorp Rakovec,
die door het Macedonische openbaar ministerie aangemerkt werd als een
`gewelddadig incident', hebben de EU speciaal vertegenwoordiger en het
EU-voorzitterschap verklaringen afgegeven waarin de incidenten van die
dag en het daaraan voorafgaande, onrustige weekend werden veroordeeld
en alle partijen werden opgeroepen om geweld tegen te gaan en alle
nodige maatregelen te nemen om vrije, eerlijke en democratische
verkiezingen te kunnen garanderen.
De Nederlandse ambassade onderhoudt regelmatig contact met de heer
Ahmeti die kort na de vermeende aanslag uiting gaf aan zijn zorgen
over het verkiezingsproces.
Vraag 2
Op welke wijze wordt de beschuldiging van de DUI onderzocht dat de
Macedonische veiligheidsdienst betrokken zou zijn bij deze aanslag?
Antwoord
Er is geen sprake van een beschuldiging van de DUI dat de Macedonische
veiligheidsdienst hierbij betrokken zou zijn geweest. Kort na de
vermeende aanslag zijn twee burgers van etnisch Albanese afkomst in
hechtenis genomen en in staat van beschuldiging gesteld. Beide
personen zijn door DUI aangewezen als verdachten. Uit lopend onderzoek
van het openbaar ministerie is tot nu toe gebleken dat er geen sprake
is van een gerichte aanslag tegen Ahmeti, maar van een gewelddadig
incident. Beide verdachten worden beschuldigd van het verstoren van de
openbare orde en van illegaal wapenbezit.
Vraag 3
Is er sprake van een eerlijke en vrije verkiezingscampagne in
Macedonië ?
Antwoord
De tussentijdse rapportage van de OSCE Office for Democratic
Institutions and Human Rights (ODIHR), die op 23 mei 2008 uitkwam,
bevestigt dat er sprake is van onvolkomenheden in de aanloop naar de
verkiezingen. De verkiezingscampagne is vanaf begin overschaduwd door
een serie van incidenten waaronder intimidatie, schietpartijen en de
vermeende aanslag op Ali Ahmeti. De incidenten lijken vooral
intra-etnisch geïnspireerd en vinden zowel plaats tussen elkaar
beconcurrerende etnisch Albanese partijen als tussen etnisch
Macedonische partijen. Kiezers voelen zich hierdoor onder druk gezet
en bedreigd. Daarnaast is door de onafhankelijke Broadcasting Council
en de OVSE/ODIHR waarnemersmissie, die beide een belangrijke rol
hebben in de monitoring van gelijkwaardige toegang tot de media voor
alle deelnemende partijen, kritiek geuit op de wijze waarop media
verslag doen van de campagnes en waarbij ook begrotingsmiddelen van de
regering worden aangewend voor de verkiezingscampagnes van de
regeringspartijen.
Vraag 4
Op welke wijze is Nederland betrokken bij de verkiezingswaarneming
voor de parlementsverkiezingen van 1 juni?
Antwoord
Nederland neemt aan de door de OSCE Office for Democratic Institutions
and Human Rights (ODIHR) geleide verkiezingswaarneming deel door het
beschikbaar stellen van 2 lange termijn waarnemers en 8 korte termijn
waarnemers, waaronder 4 waarnemers van de Nederlandse ambassade.
Nederland geeft daarnaast financiële steun aan de onafhankelijke
Macedonische NGO MOST, die het gehele verkiezingsproces volgt en op de
verkiezingsdag 3.500 lokale waarnemers zal inzetten.
Vraag 5
Houden alle partijen zich aan het Ohrid-vredesakkoord ?
Antwoord
Alle partijen onderschrijven het Ohrid Framework Agreement van 2001.
Het is nu vooral van belang dat het raamakkoord niet alleen naar de
letter, maar ook naar de geest wordt nageleefd. De
voortgangsrapportage van de Europese Commissie van november 2007 geeft
aan dat voortgang is geboekt voor wat betreft de implementatie van het
raamakkoord, o.a. met betrekking tot evenredige vertegenwoordiging,
lokaal bestuur en het gebruik van talen. Het blijft van belang de
uitvoering van het raamakkoord met kracht te bevorderen vooral om het
interetnische vertrouwen te versterken.
Vraag 6
Wordt een onafhankelijk onderzoek door de EU naar de aanslag op de
heer Ahmeti overwogen? Zo neen, waarom niet? Zo ja, op welke wijze?
Antwoord
Neen, de EU zal geen eigen onderzoek verrichten. De Speciale Gezant
van de EU, de heer Foueré, heeft direct na de vermeende aanslag in een
gesprek met de minister van Binnenlandse Zaken de noodzaak
onderstreept van adequaat optreden door het ministerie van
Binnenlandse Zaken in Macedonië. Tevens heeft Europese Commissie er
bij de autoriteiten van Macedonië op aangedrongen een onderzoek in te
stellen naar de vermeende aanslag en vervolging van de daders.
* Ministerie van Buitenlandse Zaken
* Bezuidenhoutseweg 67
* Postbus 20061
* 2500 EB Den Haag
* Tel.: 070-3 486 486
* Fax: 070-3 484 848
* Internet: www.minbuza.nl
Ministerie van Buitenlandse Zaken