Rijksuniversiteit Groningen

The mitotic checkpoint: mechanism and biological relevance

Datum: 02 juni 2008

Promotie: K. Jeganathan, 14.45 uur, Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen

Titel: The mitotic checkpoint: mechanism and biological relevance

Promotor(s): prof.dr. M.A. Hofker, prof.dr. J.M.A. van Deursen

Faculteit: Medische Wetenschappen

Hoge aantallen chromosomen versnellen tumorvorming

Medici twisten al honderd jaar over de vraag of aneuploïdie, waarbij abnormaal hoge aantallen chromosomen voorkomen, de oorzaak zijn van tumorvorming of juist het gevolg daarvan. Promovendus Karthikbabu Jeganathan zorgt voor een doorbraak. Hij concludeert dat numerieke chromosomale afwijkingen niet per se tot tumorvorming hoeven te leiden, maar dat ze wel degelijk de tumorvorming kunnen versnellen wanneer deze eenmaal op gang is gebracht.

Jeganathan ontdekte, samen met collega-onderzoekers, een nieuwe klasse eiwitten (Rae1 en Nup98) die belangrijk zijn voor een normale celdeling. Ze zorgen voor het transport van moleculen van en naar de celkern en voorkomen dat chromosomen vroegtijdig splitsen en ongelijkmatig verdeeld worden over twee dochtercellen. Jenagathan vond dat cellen met weinig van deze eiwitten vaak abnormaal hoge aantallen chromosomen hebben én dat ze zich vaker ontwikkelen tot tumoren.

Jeganathan c.s. onderzochten ook twee andere eiwitten: Bub1 en BubR1. Ook die zijn nauw betrokken bij het toezicht op de celdeling. Muizen met lage hoeveelheden van deze eiwitten hebben door de ongecontroleerde mitose relatief veel cellen met afwijkende aantallen chromosomen. Maar in het geval van BubR1 zorgt dat niet voor meer tumorgroei. De muizen worden wel vier tot vijf keer sneller oud dan normaal.

Karthikbabu Jeganathan (India, 1977) deed zijn promotieonderzoek aan het Department of Pediatric and Adolescent Medicine van de Mayo Clinic in Rochester (Minnesota) in de Verenigde Staten. Het werd gefinancierd door een onderzoeksbeurs van het National Institute of Health voor zijn promotor, Jan van Deursen. Jeganathan gaat aan de Mayo Clinic verder met dit onderzoek als postdoc. /RS