over bodyscans
Antwoorden op kamervragen van Arib over bodyscans
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
PG-K-U-2851404
2 juni 2008
Antwoorden van minister Klink op kamervragen van het Kamerlid Arib
over bodyscans. (2070820310)
Vraag 1.
Hebt u kennisgenomen van de radio-uitzending en het krantenartikel
over het aanbieden van bodyscans in Nederland, waarbij mensen zich
preventief laten onderzoeken op verschillende ziektes, waaronder
kanker en onbehandelbare aandoeningen? 1) 2)
Antwoord 1.
Ja.
Vraag 2.
Vindt u het acceptabel dat deze instellingen c.q. bedrijven screening
en bodyscans ook op kanker en onbehandelbare aandoeningen aanbieden?
Antwoord 2.
Onderzoek naar kanker, met behulp van straling of naar onbehandelbare
aandoeningen is verboden zonder een vergunning op grond van de Wet op
het bevolkingsonderzoek (WBO). Wanneer genoemde instellingen dergelijk
onderzoek aanbieden zonder dat zij beschikken over een vergunning WBO
en dus in strijd met de wet handelen, dan vind ik dat niet acceptabel.
Vraag 3.
Wat is uw mening over de bevindingen van de Inspectie voor de
Gezondheidszorg dat 20 van de 22 onderzochte instellingen in strijd
handelt met de Wet op het bevolkingsonderzoek en geen vergunning
heeft?
Antwoord 3.
Ik heb kennisgenomen van de bevindingen van de Inspectie voor de
Gezondheidszorg. Deze bevindingen vind ik zorgelijk, maar niet geheel
bevreemdend, omdat er al wel aanwijzingen in de richting waren dat
instellingen mogelijk in strijd met de Wet op het bevolkingsonderzoek
handelen.
Vraag 4.
Deelt u de mening dat het aanbieden van bodyscans of andere vormen van
screening op ziektes door instellingen of bedrijven zonder vergunning,
in strijd is met de Wet op het bevolkingsonderzoek? Zo ja, wat gaat u
doen om deze praktijken te stoppen? Welke juridische mogelijkheden
zijn er om deze instellingen of bedrijven aan te pakken?
Antwoord 4.
Ja, die mening deel ik. De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ)
heeft de instellingen die de wet overtreden gevraagd om in juni een
plan van aanpak op te sturen, waarin zij aangeven welke maatregelen
zij wanneer treffen om niet meer in strijd te handelen met de
vigerende wet- en regelgeving. Mochten de instellingen onvoldoende
maatregelen treffen, dan zal de inspectie zo nodig aangifte doen bij
de Officier van Justitie.
Ik heb uw Kamer voor het zomerreces een brief over screeningsbeleid
toegezegd. Deze brief bevat het kabinetsstandpunt op de adviezen van
de Gezondheidsraad en de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg. In deze
brief zal ik tevens mijn reactie op het rapport van de IGZ meenemen
alsmede mijn beleidsvoornemens op dit punt.
Vraag 5.
Klopt het dat het aantal instellingen dat bodyscans aanbiedt de
laatste jaren is toegenomen? Zo ja, wat is volgens u de reden hiervan?
Antwoord 5.
Ja, er is in Nederland een duidelijke groei te zien in het aanbod van
preventief medische onderzoeken. Er zijn vele ontwikkelingen die
bijdragen aan deze trend. De Gezondheidsraad en de Raad voor de
Volksgezondheid hebben hier een uitgebreide analyse van gemaakt. Zo
zijn door wetenschappelijke en technologische mogelijkheden de
mogelijkheden voor screening sterk toegenomen. Maar ook speelt men in
op de vraag vanuit de burger. De burger neemt steeds meer
verantwoordelijkheid voor zijn gezondheid en wordt daarin ook
gestimuleerd. Tot slot kan gewezen worden op het groeiende
ondernemersschap in de zorgsector.
Vraag 6.
Deelt u de mening van de Inspectie voor de Gezondheidszorg dat
herziening van de Wet op het bevolkingsonderzoek op dit onderdeel
noodzakelijk is? Zo ja, op welke onderdelen moet volgens u de wet
worden aangepast, en waarom is dit niet bij de onlangs gehouden
evaluatie van deze wet niet aan de orde gesteld?
Antwoord 6.
Allereerst verwijs ik naar mijn antwoord op vraag 4. In de kaderbrief
screening zal ik nader ingaan op de toekomst van de Wet op het
bevolkingsonderzoek. Ook in het evaluatierapport van de Wet op het
bevolkingsonderzoek komt naar voren dat de knelpunten met name de
reikwijdte van vergunningplichtig bevolkingsonderzoek betreffen.
Vraag 7.
Deelt u de mening dat een actieve voorlichtingscampagne nodig is om
burgers te informeren over de risico's die verbonden zijn aan
bodyscans?
Antwoord 7.
Voor het antwoord verwijs ik u naar mijn antwoord op vraag 4. In de
kaderbrief screening zal ik ondermeer ingaan op mijn
beleidsvoornemens.
1) Radio 1, 13 mei 2008
2) NRC Handelsblad, 13 mei 2008