Commissie-Kalsbeek: verhoging leeftijdsgrens bij interlandelijke adoptie
Persbericht | 29-05-2008
De maximumleeftijd waarop buitenlandse kinderen geadopteerd kunnen
worden, zou moeten worden verhoogd van zes naar acht jaar. Dit staat
in een advies van de Commissie lesbisch ouderschap en interlandelijke
adoptie (commissie-Kalsbeek) dat vandaag door commissievoorzitter
mevrouw mr. N.A. Kalsbeek aan minister Hirsch Ballin van Justitie is
aangeboden.
Reden om de maximumleeftijd te verhogen van zes naar acht jaar is dat
het juist voor oudere kinderen moeilijk blijkt om adoptie te
realiseren in het land van geboorte. De commissie wil het maximale
leeftijdsverschil tussen geadopteerde en adoptieouders handhaven op 40
jaar. Dit zou betekenen dat de maximumleeftijd voor adoptieouders komt
te liggen op 48 jaar. Nu is dat 46 jaar. De commissie doet voorts de
aanbeveling om een uitzondering op de maximumleeftijd van
adoptieouders te maken indien na een eerste adoptie blijkt dat er nog
een biologisch broertje of zusje geadopteerd kan worden.
De commissie doet ook een aantal andere aanbevelingen.
Deelbemiddeling, waarbij niet de vergunninghouders
(adoptiebemiddelingsorganisaties) maar de adoptieouders zelf de
adoptie regelen, zou moeten worden afgeschaft. Om de professionaliteit
en de efficiëntie van de vergunninghouders te waarborgen, zou voortaan
moeten gelden dat zij minimaal 30 adoptiebemiddelingen per jaar
realiseren. Ook zouden zij structureel gesubsidieerd moeten worden.
Adoptiefouders zelf moeten eveneens gecompenseerd worden voor een deel
van de kosten die zij maken met betrekking tot interlandelijke
adoptie, aldus de commissie.
Met betrekking tot de wachtlijst voor interlandelijke adoptie stelt de
commissie dat het gebruik hiervan nu eenmaal onvermijdelijk is en dat
de plaats van de wachtlijst in de adoptieprocedure ongewijzigd kan
blijven, d.w.z. voorafgaand aan de verlening van beginseltoestemming.
Gelet op de wachtlijst adviseert de commissie om na te gaan in welke
mate potentiële adoptieouders geïnteresseerd kunnen worden voor de
pleegzorg.
De commissie vindt het wenselijk dat interlandelijke adoptie in
Europees verband aan de orde wordt gesteld, zodat de betrokken
lidstaten tot een gemeenschappelijke visie komen. Als er sprake is van
een gemeenschappelijke visie kan worden bezien of en in welke vorm
internationaal toezicht op naleving van het Haags Adoptieverdrag tot
stand kan komen. Voorts pleit de commissie voor alertheid ten aanzien
van adoptie bij de Nederlandse vertegenwoordigingen (ambassades) in
landen van waaruit geadopteerd wordt, zodat misstanden en andere
relevante feiten zo vroeg mogelijk gemeld kunnen worden.
Meer informatie
* Rapport interlandelijke adoptie 'Alles van waarde is
weerloos'29-05-2008 | pdf-document, 0.40 MB
Zie het origineel
* Aanbiedingsbrief TK rapport interlandelijke adoptie29-05-2008 |
pdf-document, 46 KB