de eerste beek in flevoland, 16 mei 2008
Op 15 mei 2008 is de Strandgaperbeek feestelijk geopend door mevrouw
A. Bliek, gedeputeerde van de provincie Flevoland en de heren P.
Winterman, directeur Staatsbosbeheer Regio Oost en P. Lommerse,
Accountmanager Dienst Landelijk Gebied en H. Tiesinga, dijkgraaf van
Waterschap Zuiderzeeland. In opperbeste stemming trokken zij met
vereende krachten een boomstam uit de beek. Daarmee is de eerste beek
van Flevoland in het gebied tussen de boswachterij Spijk-Bremerberg en
het Harderbos een feit.
Alle sprekers hadden grote waardering voor de goede samenwerking.
Dankzij die samenwerking zijn in één gebied uiteenlopende wensen op
het gebied van natuur, landschap, waterberging en economie op een
fraaie manier gecombineerd. Het ingewikkelde project Strandgaperbeek
heeft laten zien dat de belangen van een groot aantal partijen hand in
hand kunnen gaan. Dat de schop dan na het bedenken van de beek niet
meteen de grond in kon is dan ook niet zo verwonderlijk. Nu de beek er
ligt lonkt de toekomst. Niels Blomberg, de eerste waterdichter van
Nederland inspireerde de aanwezigen onder een stralende zon met een
fraai gedicht over de weidebeekjuffer, een libellesoort die zich vast
thuis gaat voelen bij de Strandgaperbeek.
Achtergrondinformatie
De kronkelende Strandgaperbeek is ca. 9 kilometer lang. Na een lange
en ingewikkelde voorbereidingfase is het graafwerk uitgevoerd tussen
augustus 2007 en mei 2008. Het brongebied van de beek ligt in het bos
aan de Bijsselseweg. Medio dit jaar zal de beek op dit brongebied
worden aangesloten. De beek nu al goed te zien wanneer men over de
Harderdijk rijdt en vormt. De beek vormt een verrassende onderbreking
in het strakke Flevolandse landschap. Hij is gegraven om beter gebruik
te maken het kwelwater dat vanuit het Veluwemeer opborrelt in het
gebied. Het water wordt net als voorheen uit het gebied afgevoerd,
maar door het dempen van sloten in het stroomgebied van de beek wordt
het langer vastgehouden en komt het tot in het maaiveld. Verwacht
wordt dat de variatie in landschap, planten en dieren hierdoor
toeneemt. Elders in het land zijn langzaam stromende laaglandbeken
zeldzaam geworden. Door de aanleg van een nieuwe beek maakt
Staatsbosbeheer nieuw leefgebied voor kenmerkende vogelsoorten als
ijsvogel en libellesoorten zoals de weidebeekjuffer. Komende tijd
wordt ook de beleefbaarheid voor de bezoekers aangepakt zodat de
recreant nog meer dan nu kan genieten van dit nieuwe stukje landschap.
De ontwikkeling van de beek is onderdeel van het landelijke- en
provinciale beleid om de natte as door Nederland te versterken. De
randmeren en aangrenzende gebieden zijn een onderdeel van de natte as
in de Ecologische Hoofdstructuur (EHS).
Aanleiding
Eind 1993 heeft Staatsbosbeheer de koers voor de negentiger jaren
uitgezet voor de natuurterreinen in Flevoland. Onderdeel van deze
koers was het versterken van de Ecologische Hoofdstructuur. De
concrete invulling betrof ondermeer het vergroten van de ecologische
samenhang tussen twee grote natuurkernen langs de randmeren, de
boswachterij Spijk Bremerberg en het Harderbos. De variatie in bodem
en de aanwezigheid van kwel werd daarbij als kans gezien voor het
verhogen van de natuurwaarde. Bovendien bleek uit berekeningen dat de
combinatie van hoogteverschil en kweldruk voldoende was om een
stromende beek te realiseren, kortom: het idee voor de Strandgaperbeek
was geboren.
Betrokken partijen
De beek is aangelegd in opdracht van de provincie Flevoland en
Staatsbosbeheer. Dienst Landelijk Gebied (DLG) heeft samen met
Staatsbosbeheer het ontwerp gemaakt. DLG heeft ook de uitvoering van
een deel van het werk begeleid. Staatsbosbeheer gaat het gebied rond
de beek beheren. De monding van de beek zal worden beheerd door
Natuurmonumenten.
Bij de planvoorbereiding zijn tevens Natuurmonumenten en het
Waterschap betrokken geweest.
Staatsbosbeheer