ChristenUnie
AO Project vervanging F-16
AO Project vervanging F-16
woensdag 28 mei 2008 10:30 Sinds 2005 hebben we in de Kamer niet meer
over het project vervanging F-16 gesproken. De vervanging van de F-16
is een omvangrijk proces en vooral ook een kostbaar project.
In de laatste brief van 29 februari 2008 staat dat de kosten op dit
moment geraamd worden op 5,6 miljard euro voor de aanschaf van 85
toestellen. De risico's worden verspreid, omdat het besluit tot
aanschaf van het nieuwe toestel in delen is en wordt genomen.
Na het besluit deel te nemen aan de ontwikkelingsfase in 2002, volgt
nu het besluit om deel te nemen aan de testfase met tegelijkertijd de
intentie om twee testtoestellen aan te kopen, inclusief de bestelling
van de long lead items. De kosten van deze fase worden ingeschat op
274,6 miljoen euro (incl. de prijs voor het tweede testtoestel). Zoals
bekend zal de uiteindelijke beslissing over de aanschaf van de
testvliegtuigen pas volgend jaar vallen.
Over de herijking van de business case en dus het afdrachtspercentage
zal deze zomer gesproken worden. Daarvoor is nu eerst het kabinet en
de industrie aan zet. De Kamer zal zich ongetwijfeld in het najaar
gaan buigen over het behaalde resultaat. Het lijkt mijn fractie niet
verstandig hierop vooruit te lopen.
De ChristenUnie heeft in 2002 de deelname aan de ontwikkelingsfase
gesteund omdat ook wij vinden dat er een opvolger moet komen voor de
F-16. Dat is nodig om ook in de toekomst volwaardig met vredesmissie
mee te kunnen doen. Maar ook voor de bescherming van ons eigen
luchtruim zijn de jachtvliegen van cruciaal belang. Het gaat hierbij
ook om het zorgvuldig omgaan met belastinggeld en om de voordelen voor
ons bedrijfsleven als het gaat om innovatie en arbeidsplaatsen.
Zoals in het coalitieakkoord is overeengekomen zal er nog een
actualisering plaatsvinden van de kandidatenvergelijking, voordat een
definitief besluit zal worden genomen over de aanschaf van de
testtoestellen. Dat lijkt ons ook een goede volgorde. Het zal echter
niet eenvoudig zijn om tot een goede kandidatenvergelijking te komen
omdat we hierbij afhankelijk zijn van betrouwbare en vergelijkbare
gegevens van de twee concurrenten van de JSF.
Ik ga ervan uit dat Defensie zijn uiterste best zal doen, ook in het
belang van de belastingbetaler, om tot een zo reëel mogelijke
vergelijking te komen.
Voorzitter ik kom tot een aantal resterende vragen en beperkt me
expliciet daarbij tot de zaken die nu voor ons liggen namelijk de
deelname aan de testfase.
1. Kostenstijging:
De Amerikanen hebben in 2006 besloten tot een verschuiving in het
aankooppatroon en vanwege intern Amerikaanse budgettaire redenen de
invoerreeks uitgespreid over een langere reeks van jaren. Dit heeft
voor Nederland een kostenpost van EUR 206 miljoen tot gevolg. Deze
moet "binnen de defensiebegroting" gevonden worden. Met andere
woorden: een bezuiniging van 200 miljoen bij een van de
krijgsmachtonderdelen of het personeel van ruim EUR 200 miljoen. Kan
de staatssecretaris ons garanderen dat we dit niet nog een keer gaan
meemaken? Welke middelen heeft hij om bij de Amerikanen ervoor te
pleiten dit niet nog eens te laten gebeuren?
Nederland gaat, om dit in de toekomst te voorkomen, zich inzetten voor
een vorm van Level Line Pricing (LLP). Op welke termijn verwacht de
staatssecretaris dat hierover een besluit wordt genomen en van welke
factoren is dit afhankelijk?
2. Aandeel opvolging F-16 binnen de jaarlijkse reserveringen bij
Defensie:
Kan de staatssecretaris aangeven wat de jaarlijkse aanslag is op de
reserves op de defensiebegroting als het gaat om de kosten die we
maken m.b.t. de ontwikkelings- en straks de testfase, inclusief de 2
testtoestellen. Om hoeveel geld gaat het nu concreet bij de begroting
2008 en 2009? En worden de kosten van deelname aan de IOT&E
uitgesmeerd over de jaren waarin deze fase loopt?
3. Vertraging:
Indien de ontwikkelingsfase uiteindelijk toch vertraging zal oplopen,
zoals de Amerikaanse Rekenkamer voorspelt, welk effect zal dit dan op
de testfase hebben? In de beantwoording staat dat dit geen effect zal
hebben op de aanvangsdatum van de IOT&E fase, maar dat het wel tot een
jaar verlenging kan leiden, indien de SDD fase ook met een jaar wordt
verlengd (vraag 28). Zal dit dan ook tot extra kosten kunnen leiden?
4. Endlife Update:
In het najaar zal de Kamer nog geïnformeerd worden over de Endlife
Update van de F-16. Gezien eerdere onderzoeken en nu ook het recente
onderzoek van Noorwegen, verwacht de staatssecretaris nog met nieuwe
informatie te komen die mogelijk zou kunnen leiden tot het langer in
bedrijf houden van de F-16?
5. Italianen:
Ik begrijp uit de schriftelijke beantwoording dat de twee
testtoestellen nog duurder kunnen worden als de Italianen afhaken voor
deze fase. Wat is de kans dat dit gebeurt en om welke meerkosten zal
het dan eventueel gaan? Is daar iets over te zeggen?