European Union



Brussel, 26 mei 2008

Commissie wil verdere administratieve vereenvoudiging voor bouwproducten

Om de interne markt voor bouwproducten beter te laten functioneren, komt de Europese Commissie vandaag met een nieuw voorstel voor een verordening die de bouwproductenrichtlijn (89/106/EEG) moet vervangen en tot doel heeft alle resterende obstakels van regelgevende en technische aard die het vrije verkeer van bouwproducten in de Europese Economische Ruimte belemmeren, uit de weg te ruimen. De bouwsector is goed voor 15% van de toegevoegde waarde in de EU-industrie maar neemt slechts 5% van de handel binnen de EU voor zijn rekening, waardoor hij minder open is dan andere industriële sectoren. Tot de "bouwproducten" behoren meer dan 40 categorieën producten, zoals deuren, warmte-isolatieproducten, cement, dakbedekkingsproducten en bakstenen. Het voorstel is erop gericht een "gemeenschappelijke technische taal" in te voeren om de prestaties van al deze producten te beschrijven, wat tot vereenvoudiging en verduidelijking moet leiden. Daarnaast worden de procedures in verband met de CE-markering gepreciseerd, waardoor de fabrikanten minder kosten zullen hebben zonder dat afbreuk wordt gedaan aan de nauwkeurigheid en betrouwbaarheid van de prestatieverklaring bij de producten. Tot slot worden specifieke maatregelen voorgesteld die het leven van micro-ondernemingen moeten vergemakkelijken.

Günter Verheugen, vicevoorzitter en commissaris voor ondernemingen en industrie, zegt hierover het volgende: "Met dit voorstel zetten we een verdere stap op de weg naar modernisering van de EU-wetgeving en naar afschaffing van onnodige administratieve rompslomp en overregulering. Ik wil alle ondernemingen, en met name de kleine, het leven gemakkelijker maken. Door deze veranderingen kunnen bouwproducten goedkoper op de markt worden geïntroduceerd en kunnen innovatieve ondernemingen profijt trekken van eenvoudiger en doeltreffender procedures."

Dit voorstel zal het vrije verkeer van goederen vergemakkelijken door de invoering van een gemeenschappelijke technische taal waarin fabrikanten de prestaties en/of kenmerken van de producten die zij op de Europese markt introduceren, kunnen beschrijven. Deze gemeenschappelijke technische taal, die voornamelijk bestaat uit geharmoniseerde normen en Europese technische beoordelingen, vervangt de overeenkomstige nationale technische specificaties en vergroot de markttransparantie voor de gebruikers, zoals ontwerpers, aannemers en andere actoren. Met name architecten zullen gemakkelijker betrouwbare informatie kunnen krijgen over de prestaties van de producten die zij willen gebruiken, waardoor zij hun verantwoordelijkheid voor de veiligheid van bouwwerken, die hun door de nationale wetgeving is opgelegd, beter kunnen waarnemen. Ook de overheidsdiensten van de lidstaten zullen hun verschillende taken in verband met de bouw kunnen vergemakkelijken.

Doel is het om voor betrouwbare en nauwkeurige informatie over de prestaties van bouwproducten te zorgen door de geloofwaardigheid van normen te vergroten, maar ook nieuwe, strengere criteria voor aangemelde instanties in te voeren en het markttoezicht te versterken.

Het voorstel bevat precieze regels om vast te stellen welke verplichtingen op iedere marktdeelnemer rusten. Met name is duidelijk bepaald in welke gevallen een fabrikant een prestatieverklaring moet opstellen. Wanneer een dergelijke verklaring niet expliciet vereist is, kan de fabrikant dus zelf kiezen of hij deze voor zijn producten opstelt.

Het gebruik en de specifieke betekenis van de CE-markering voor bouwproducten worden duidelijk vastgelegd. Deze markering attesteert dat de informatie die het product vergezelt, is verkregen in overeenstemming met de voorgestelde verordening en daarom als nauwkeurig en betrouwbaar moet worden beschouwd.

In sommige specifieke gevallen worden de procedures in verband met de CE-markering vereenvoudigd, zodat de fabrikanten aanzienlijk minder kosten zullen hebben. Dat geldt met name voor micro-ondernemingen (minder dan 10 werknemers) en voor afzonderlijke producten, wanneer er geen significante veiligheidsproblemen zijn. Om dezelfde reden kunnen stabiele eerdere testresultaten of andere bestaande gegevens worden gebruikt zodat de producten niet opnieuw hoeven te worden getest. Ook voor innovatieve producten zullen eenvoudiger, gestroomlijnde procedures worden ingevoerd.

De in de voorgestelde verordening vastgelegde normalisatieprocessen kunnen eveneens bijdragen tot de ontwikkeling van een duurzaam industriebeleid, aangezien zij voorzien in geharmoniseerde instrumenten voor de uitvoering van dat beleid, bijvoorbeeld op het gebied van energie-efficiëntie en duurzame bouw. Het voorstel moet dus als een aanvulling op andere EU-acties ter bevordering van duurzame ontwikkeling worden gezien.

Achtergrond

De bouwsector als geheel is goed voor ruim 10% van het bnp in de EU. Hij is de grootste industriële werkgever in Europa, met meer dan 15 miljoen werknemers en 2,7 miljoen ondernemingen. Ruim 5 miljoen van die werknemers werken in de bouwproductensector, die meer dan 3% aan het bnp van de EU bijdraagt. Voor nadere informatie:

http://ec.europa.eu/enterprise/construction/cpdrevision/cpd_revision_i ntro_en.htm