22 mei 2008
Nieuwe onderwijsvorm voor creatief leren blijkt succesvol in HBO
Promotie Paul Delnooz over de Creatieve Actie Methodologie
Het huidige competentiegerichte onderwijs op HBO's vergroot de
weerstand tegen leren en zet niet aan tot creatief en innovatief
denken. Dat stelt Paul Delnooz in het proefschrift waarop hij op
woensdag 4 juni promoveert aan de Universiteit van Tilburg. Hij
onderzocht een alternatieve onderwijsmethode voor het HBO, de
Creatieve Actie Methodologie.
Delnooz ontwikkelde en toetste de Creatieve Actie Methodologie (CAM),
een onderwijsmethode waarmee leerlingen volgens een stappenplan
onderzoek leren verrichten. Creativiteit, twijfel en reflectie zijn
hierbij kernwoorden. De CAM wordt gezien als een eerste aanzet tot een
geaccepteerd wetenschappelijk alternatief op het huidige
competentiegerichte onderwijs.
Competentiegericht onderwijs is erop gericht de studenten een aantal
vooraf op papier vastgelegde competenties bij te brengen. Door de
sturende aanpak van docenten (ze vertellen 'wat er moet gebeuren' en
'hoe iets moet gebeuren') wordt bij de studenten het idee bevestigd
dat er maar één waarheid is. Door deze sturing neemt bovendien de
weerstand tegen leren toe en wordt creatief denken niet gestimuleerd.
Ook wordt door deze onderwijsvorm te weinig voorzien in de behoefte
aan maatschappelijk bruikbare kennis, aldus Paul Delnooz.
In de CAM staat het model van de creatief lerende mens centraal. Het
uitgangspunt is dat mensen vastzitten in hun denkpatroon. Zij moeten
leren hun denken ter discussie te stellen (en daarmee hun waarheden).
Zij moeten worden geactiveerd om door logisch en onlogisch (ofwel
creatief) denken op zoek te gaan naar oplossingen voor praktische
vraagstukken om daarop te reflecteren, zo tot een oplossing te komen
en deze vervolgens te testen in de dagelijkse praktijk.
De CAM werd getoetst in een onderwijskundig experiment dat drie jaar
achtereen is herhaald onder vierdejaarsstudenten van de Nationale
Hogeschool voor Toerisme en Verkeer in Breda. Binnen het toegepaste
lesprogramma bedachten en toetsten studenten onder meer oplossingen
voor het bestrijden van stress, winkeldiefstal en het bestrijden van
aids. Delnooz concludeert na drie jaar dat deze onderwijskundige
aanpak zeer succesvol is. Het academische niveau van de studenten
stijgt en ze blijken in staat te zijn om tot bruikbare innovatieve
oplossingen te komen.
Paul Delnooz (Roermond, 1960) studeerde Methoden en technieken van
onderzoek op de Universiteit Utrecht. Na zijn afstuderen in 1986
werkte hij achtereenvolgens als onderzoeker aan de Universiteit Leiden
en als adviseur bij het Dienstencentrum voor Toerisme en Verkeer in
Breda. Daarnaast werkte hij van 1987 tot 2007 als docent op de
Nationale Hogeschool voor Toerisme en Verkeer in Breda. Momenteel is
hij lector innovatiemanagement en ondernemerschap op de hogeschool
Leiden.
Universiteit van Tilburg