KPMG
Multinationals verwachten verschuiving naar indirecte belastingen
21|05|08 - Dat blijkt uit onderzoek onder ruim 500 multinationals in
22 landen. Groot-Brittannië is volgens de bedrijven vanuit BTW
perspectief het gemakkelijkste land om zaken mee te doen, gevolgd door
Nederland.
Internationaal opererende ondernemingen verwachten een verschuiving in
de richting van indirecte belastingen nu de mondiale fiscale
concurrentie leidt tot lagere tarieven voor de vennootschapsbelasting.
Uit internationaal onderzoek van KPMG onder ruim 500 multinationals in
22 landen blijkt dat 75% van de bedrijven verwacht dat de overheid in
de toekomst meer nadruk zal leggen op de indirecte belastingen, zoals
BTW en andere vormen van indirecte belastingen.
"Het onderzoek bewijst dat het belang van BTW en andere indirecte
belastingen in de hele wereld toeneemt", constateert Leo Mobach,
partner bij KPMG Meijburg & Co en verantwoordelijk voor de Nederlandse
BTW-praktijk. "Het onderzoek geeft ook een beeld van de omvang van de
BTW-stromen die elke dag door multinationals moeten worden verwerkt.
Ruim 80% van de bedrijven heeft jaarlijks te maken heeft met een
'BTW-verwerking' die ligt tussen 200 miljoen dollar en 1 miljard
dollar. Dit zijn enorme bedragen en baren menig financieel directeur
en tax director dan ook grote zorgen. Aangezien fouten in de
BTW-aangiften enorme kosten met zich meebrengen, beschouwt de helft
van de bedrijven dit als het grootste fiscale risico voor hun
onderneming."
Ingewikkelde BTW-regels vormen voor de meeste bedrijven de komende
vijf jaar het grootste probleem, gevolgd door verplichtingen op het
gebied van compliance (55%) en het risico op boetes (45%). Slechts 11%
van de ondernemingen geeft aan dat BTW ook een concurrentievoordeel
kan opleveren. Mobach: "Willen bedrijven de veranderingen het hoofd
kunnen bieden die hen de komende vijf jaar te wachten staan, dan
zullen zij moeten investeren in opleiding en technologie, zoals
bewustzijnstrainingen voor werknemers, ERP-systemen en Tax Engines.
Daarnaast zullen zij moeten bouwen aan de relatie met fiscale en
toezichthoudende instanties. In een tijd waarin de aandeelhouders de
bedrijven blijvend uitdagen hun bedrijfsresultaat te verbeteren,
kunnen financieel directeuren die zich inspannen om de BTW-risico's te
beheersen en de BTW-mogelijkheden te benutten echte
aandeelhouderswaarde creëren."
Groot-Brittannië is volgens de bedrijven vanuit BTW perspectief het
gemakkelijkste land om zaken mee te doen, gevolgd door Nederland.
Italië wordt in dit opzicht beschouwd als het moeilijkste land.
Mobach: "De tweede plaats voor Nederland bevestigt wat wij dagelijks
in de praktijk meemaken. Er is over het algemeen frequente en open
communicatie met de belastingdienst. Mocht er een verschil van mening
blijven, dan biedt de kwaliteit van de fiscale rechtspraak in
Nederland voldoende waarborgen om tot een oplossing te komen.
Aandachtspunt blijft wel de doorlooptijd van BTW-controles en fiscale
procedures. De tijd die dit kost en de langdurige onzekerheid maken
dat bedrijven en non-profit instellingen zich genoodzaakt voelen om
met de belastingdienst een compromis te sluiten en de zaak niet aan de
rechter voor te leggen.
Dit neemt echter niet weg dat de situatie in Nederland een stuk beter
is dan in buurlanden als België en Duitsland. Toch kan Nederland nog
leren van Groot-Brittannië, vooral wat betreft de snelheid waarmee
vragen van ondernemers worden beantwoord."
Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met Andy Bellm, (020)
656 7039.
© 2008 KPMG N.V., registered with the trade register in the
Netherlands under number 34153857 and a Dutch limited liability
company and a member firm of the KPMG network of independent member
firms affiliated with KPMG International, a Swiss cooperative. All
rights reserved.