ChristenUnie
Wetenschappelijk Instituut
Gezinsbeleid: "Er is iets tegenstrijdigs aan de hand"
Gezinsbeleid: "Er is iets tegenstrijdigs aan de hand"
maandag 19 mei 2008 13:36 "De gezinsvisie van sommige partijen is
tegenstrijdig", vindt Geert Jan Spijker, de hoofdredacteur van
DenkWijzer. "Veel partijen meten met twee maten en hebben slechts
aandacht voor de harde kant van vragen rondom gezinsbeleid." Spijker
schrijft dat in zijn inleiding op het nieuwste nummer van DenkWijzer,
dat binnenkort uitkomt.
Er is iets tegenstrijdigs aan de hand rond het gezinsbeleid. Dat heeft
te maken met hoe velen aankijken tegen de harde en de zachte kant van
het beleid. De harde kant gaat over sociaal-economische vragen: hoe
combineren we arbeid en zorg, hoe verhouden werk en gezin zich tot
elkaar? De zachte kant gaat meer over opvoedkundige zaken. De precaire
vraag is hier: wanneer mag de overheid ingrijpen achter de voordeur?
Het lijkt me dat men ten aanzien van die voordeur meet met twee maten.
Voor en achter de deur
Wat is het geval? Als we naar de discussie over de harde kant van het
beleid kijken dan valt op dat veel partijen - op links, op rechts en
in het midden - inzetten op zoveel mogelijk financiering van de
kinderopvang. Zo wil men stimuleren dat meer vrouwen meer gaan werken.
Vriendelijk en met zachte hand wordt de vrouw bewogen de arbeidsmarkt
op te gaan.
Deze benaderingswijze stimuleert het dat we de opvoeding van onze
kinderen uitbesteden, bijvoorbeeld aan een crèche. De overheid wil
blijkbaar dat de opvoeding voor een groot deel niet meer achter de
eigen voordeur plaatsvindt.
Nu is het frappante dat ten aanzien van de zachte kant van het
gezinsbeleid er juist heel veel weerstand is tegen het achter de
voordeur komen. Betutteling is het toverwoord. `Stel dat de overheid
zich met mijn kind bemoeit...!' Kortom: we worden aangemoedigd een
deel van de opvoeding uit te besteden aan de opvang; tegelijk is er
veel kritiek als de overheid ingrijpt en zich bemoeit met de opvoeding
door ouders.
Ouderlijk gezag is niet absoluut
Uiteraard moet er zeer behoedzaam worden omgegaan met ingrijpen achter
de voordeur. Van overheidsopvoeding mag geen sprake zijn. In de
traditie waarin de ChristenUnie staat is altijd de eigen
verantwoordelijkheid van ouders benadrukt. Niemand heeft in beginsel
het recht in te grijpen in de kring van het gezin; niemand is bevoegd
kinderen op te voeden dan de eigen ouders. Maar daarmee is niet alles
gezegd. De overheid heeft een eigen verantwoordelijkheid om publieke
gerechtigheid in de samenleving te bevorderen. Die roeping heeft soms
tot gevolg dat de overheid moet ingrijpen in sociale verbanden,
bijvoorbeeld als er sprake is van kindermishandeling. Daar is niets
betuttelends aan, dat is recht doen. Het zou laakbaar zijn als de
overheid dat niet doet. Immers: ook kinderen moeten soms worden
beschermd tegen hun gezagsdragers. Ouders zijn immers geen absolute
soevereinen over hun kinderen. Ze kunnen er maar niet mee doen wat ze
willen. Ze hebben hun gezag gekregen van God en ze zullen
verantwoording afleggen van de wijze waarop ze dat gezag uitoefenen
aan Hem, de enige echte Soeverein.