Brief Landelijk Steunpunt Wonen over zorgzwaarte en particuliere wooninitiatieven
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
De voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DLZ-CB-U-2844867
13 mei 2008
Ik ontving van u het verzoek om te reageren op een brief van 20 maart
2008 van het Landelijk Steunpunt Wonen over de effecten van
zorgzwaartebekostiging voor kleinschalige wooninitiatieven en
budgethouders. Met deze brief voldoe ik aan uw verzoek.
Het Landelijk Steunpunt Wonen heeft u in een brief verzocht om bij mij
aandacht te vragen voor de gevolgen van de invoering van de
zorgzwaartebekostiging voor particuliere wooninitiatieven die
overwegend op basis van persoonsgebonden budgetten (PGB) functioneren.
In de brief spreekt het Landelijk Steunpunt Wonen over een onderzoek
van het ministerie van VWS naar de effecten voor wooninitiatieven en
budgethouders waarvan de resultaten nog niet bekend waren gemaakt.
Inmiddels zijn de genoemde onderzoeken bekend gemaakt en als bijlage
bij de eerste voortgangsrapportage zorgzwaartebekostiging 2008 op 29
april ook aan uw Kamer verzonden.
In de hiervoor genoemde voortgangsrapportage ben ik ingegaan op de
effecten van de zorgzwaartebekostiging voor diverse (specifieke)
cliëntgroepen, waaronder ook de kleinschalige woonvormen. In de
voortgangsrapportage heb ik voor bestaande cliënten van
ouderinitiatieven en Thomashuizen een overgangsregeling aangekondigd
van drie jaar. Voor thuiswonende PGB-houders geldt sinds de invoering
van de indicatie in ZZP's per 1 juli 2007 een overgangsregeling die
ervoor zorgt dat PGB-houders geen financieel nadeel ondervinden van
het indiceren in ZZP's. Deze overgangsregeling geldt tot 1 januari
2009. Daarmee hebben ook PGB-houders die thuis wonen ook de
gelegenheid gehad om te kunnen wennen aan de hoogte van het nieuwe
budget.
Voor PGB-houders met een 'extreem' hoge zorgvraag geldt met ingang van
2009 dat ook zij aanspraak kunnen maken op een beleidsregel `extreme
zorgzwaarte'. Tot en met 2008 was deze regeling alleen toegankelijk
voor cliënten die in een intramurale instelling verbleven.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
mw. dr. J. Bussemaker