Inspectie Werk en Inkomen
Toezicht zelfstandige en
overige bestuursorganen
De minister van Sociale Zaken Postbus 11563
en Werkgelegenheid 2502 AN Den Haag
De heer mr. J.P.H. Donner Wilhelmina van Pruisenweg 52
Postbus 90801 2595 AN Den Haag
2509 LV DEN HAAG Telefoon (070) 304 44 44
Fax (070) 304 44 45
www.iwiweb.nl
Contactpersoon Datum
Doorkiesnummer Uw brief van
E-mail Ons kenmerk 2008/1076
Onderwerp Normenkader loonaangifteketen
Geachte heer Donner,
Inleiding
Met deze brief ontvangt u het oordeel van de inspectie over het rapport "Normenkader werken-
de loonaangifteketen" van Belastingdienst en UWV, gedateerd 24 april 2008.
Op 20 december 2007 heeft de ketenmanager u geïnformeerd dat het op dat moment niet moge-
lijk was om tot een normenkader voor de robuuste keten te komen.1 De ketenmanager achtte
het wel mogelijk om voor 1 mei 2008 normen vast te stellen aan de hand waarvan eind 2008
bepaald zal kunnen worden of de werkende keten in 2008 is gerealiseerd. Volgens de ketenma-
nager zullen de vast te stellen normen betrekking hebben op de uitvraag van jaarloongegevens,
de tijdstippen van levering aan de afnemers en de kwaliteit van de gegevens. De ketenmanager
gaf hierbij aan de functionele metingen in te richten op het niveau van de stabiele keten. Func-
tionele metingen dienen om de kwaliteit van de gegevens te meten. De ketenmanager zegde
eveneens toe dat het plan van aanpak voor de implementatie van deze functionele metingen,
inclusief het tijdpad, op 1 mei 2008 gereed zal zijn.
U heeft het standpunt van de ketenmanager overgenomen dat het op dat moment niet mogelijk
was om tot een normenkader voor de robuuste keten te komen en dit gemeld aan de Tweede
Kamer.2
1 Brief ketenmanager loonaangifteketen aan de minister van SZW en de staatssecretaris van Financiën over het normenkader dd 20-
12-2007 (Kamerstukken II 2007/08, 31066, nr. 24).
2 Kamerstukken II 2007/08, 31066, nr. 24
De Inspectie Werk en Inkomen draagt door haar toezicht bij aan het doeltreffend functioneren van het stelsel van werk en
inkomen. IWI is de onafhankelijke toezichthouder voor de minister van SZW.
Ons kenmerk 2008/1076
De inspectie heeft u in de brief van 20 december 2007 gerapporteerd dat zij bij de beoordeling
van het normenkader specifiek aandacht zal besteden aan het aspect `kwaliteit van gegevens' in
relatie tot:3
- het moment waarop UWV voor het vaststellen van daglonen kan aansluiten op de polisad-
ministratie en daarmee geen aanvullende gegevens bij werkgevers zal uitvragen en
- het voornemen om in maart 2009 te beoordelen of en in welke mate gegevens uit de polis-
administratie onder het verplicht gebruik in het kader van de Wet eenmalige gegevensuit-
vraag worden gebracht.
Oordeel
Met het normenkader is een basis gelegd om eind 2008 vast te stellen of de werkende keten in
2008 is gerealiseerd. De inspectie is van oordeel dat het normenkader is uitgewerkt op het ni-
veau van de logistieke gegevensverwerking. Als vervolgstap acht de inspectie het noodzakelijk
dat met voorrang de normen voor het borgen van de kwaliteit van de nominatieve gegevens
worden uitgewerkt. Dit is randvoorwaardelijk om invulling te geven aan een operationeel sys-
teem van kwaliteitsborgende maatregelen en managementinformatie. Dit systeem kan dan het
benodigde inzicht geven om vast te stellen of:
- eind 2008 de werkende keten is gerealiseerd;
- UWV voor het vaststellen van daglonen kan aansluiten op de polisadministratie en
- gegevens uit de polisadministratie onder het verplichte gebruik in het kader van de Wet
eenmalige gegevensuitvraag worden gebracht.
Met een operationeel systeem van kwaliteitsborgende maatregelen en managementinformatie
kan de (centrale) sturing op de loonaangifteketen worden vormgegeven.
De inspectie wijst u op het risico dat bij een niet toereikende kwaliteit van gegevens in de poli-
sadministratie de afnemers van gegevens en burgers hiervan hinder ondervinden.
Uitgangspunten
De inspectie heeft bij haar beoordeling het uitgangspunt gehanteerd dat u verantwoordelijk bent
voor het bereiken van de doelstellingen van het stelsel van werk en inkomen, waaronder de
doelstellingen van de wetten Walvis, Wfsv, Invoeringswet Wfsv, de Wet Structuur uitvoering
werk en inkomen (SUWI) en de Wet eenmalige gegevensuitvraag. Gelet op de rol en positie
van de polisadministratie binnen het SUWI-domein is een goed functionerende polisadmini-
stratie een belangrijke voorwaarde voor het bereiken van deze doelstellingen. Van een goed
functionerende polisadministratie kan eerst sprake zijn indien deze is gevuld met gegevens die
van voldoende kwaliteit zijn. De polisadministratie is voor het realiseren van dit uitgangspunt
afhankelijk van een goed werkende loonaangifteketen.
3 Brief IWI aan de minister van SZW over normenkader loonaangifteketen dd 20-12-2007 (kenmerk 2007/5570).
2/5
Ons kenmerk 2008/1076
Een polisadministratie met voldoende kwaliteit van gegevens voorkomt dat burgers in het do-
mein van de sociale verzekeringen worden geconfronteerd met onjuist vastgestelde uitkeringen,
onjuiste gegevens op het (toekomstige) Digitaal Verzekerdenbericht (DVB) en/of via het (toe-
komstige) Digitaal Klantdossier (DKD). In het fiscale domein draagt een polisadministratie met
voldoende kwaliteit van gegevens eraan bij dat toeslagen juist worden vastgesteld en dat de
vooringevulde aangiften voor toeslagen en teruggave inkomstenbelasting juiste gegevens be-
vatten.
In het rapport `UWV en Walvis; Zevende rapportage' schrijft de inspectie dat voor het realise-
ren van een werkende én stabiele loonaangifteketen UWV en Belastingdienst functionele en
technische kwaliteitseisen, prestatie-indicatoren en normen moeten stellen aan zowel de ver-
werking van de gegevens in de loonaangifteketen als aan de juistheid, volledigheid en actuali-
teit van de verwerkte loonaangiftegegevens.4 De inspectie merkt hierbij op dat de normen voor
de werkende keten dezelfde zijn als voor de stabiele keten. Het verschil tussen de werkende en
de stabiele keten is dat bij de stabiele keten de hulpconstructies zijn vervangen door structurele
oplossingen.
Inhoudingsplichtigen zijn primair verantwoordelijk voor de kwaliteit van de gegevens die zij
met de loonaangifte aanleveren. Dit laat onverlet dat Belastingdienst en UWV op grond van
wet- en regelgeving een inspanningsverplichting hebben om afdoende kwaliteitsborgende
maatregelen te treffen om de kwaliteit van de gegevens te borgen en misbruik en oneigenlijk
gebruik door inhoudingsplichtigen te voorkomen en te bestrijden mede gelet op de ministeriële
verantwoordelijkheid hiervoor. Die inspanningsverplichting moet er op zijn gericht om de wet-
telijk gestelde 100% normering zoveel als doelmatig mogelijk, te benaderen. Deze inspan-
ningsverplichting sluit aan op de aard, inhoud en doelstellingen van de loonaangifteketen.
Handhaving en toezicht vormen het sluitstuk in de loonaangifteketen om de kwaliteit van de
gegevens te waarborgen.
Afbakening normenkader
Een werkende keten is in de Integrale probleemanalyse Loonaangifteketen als volgt gedefini-
eerd:
"Er is sprake van een werkende loonaangifteketen als de organisaties die belast zijn met de
uitvoering van wettelijke taken kunnen beschikken over de gegevens die noodzakelijk zijn voor
de uitvoering van die taken, inclusief handhaving; voor inhoudingsplichtigen is sprake van een
verlichting van de administratieve lasten.
In procestermen betekent dit dat de aanlevering, controle en verwerking van de gegevens van
de loonaangifte zodanig plaatsvindt dat uitvraag van jaarloongegevens tot een minimum is
beperkt (inclusief notoir onwilligen maximaal 5% van het bestand inhoudingsplichtigen) en de
4 Rapport `UWV en Walvis; Zevende rapportage', 31 maart 2008
3/5
Ons kenmerk 2008/1076
afnemers van gegevens, deze gegevens op de afgesproken tijdstippen en in de afgesproken kwa-
liteit ontvangen." 5
In het normenkader is niet duidelijk gemaakt in hoeverre de in het normenkader opgenomen
prestatie-indicatoren en normen juist, volledig en eenduidig zijn doorvertaald naar de operatio-
nele processen en systemen van de loonaangifteketen. Ook het integrale controleplan is nog
niet opgesteld. Hierdoor bestaat het risico dat op kritische succesfactoren van de loonaangifte-
keten onvoldoende wordt gestuurd.
De inspectie stelt vast dat in het normenkader de processen `inschrijving nieuwe inhoudings-
plichtigen', `afhandelen van signalen van afnemers en burgers', `het opleggen van correctie-
verplichtingen' en intensief toezicht niet zijn opgenomen. Deze processen zijn door Belasting-
dienst en UWV buiten beschouwing gelaten omdat deze afhankelijk zijn van de gedragingen
van derden. Belastingdienst en UWV willen met audits inzicht krijgen in het functioneren van
deze processen. De inspectie deelt de mening dat audits een bijdrage leveren aan het borgen
van de samenhang van processen in de loonaangifteketen. Audits geven echter eerst achteraf
inzicht in het functioneren van deze processen. De kwaliteit van deze processen beïnvloedt
direct het functioneren van de loonaangifteketen en daaraan gekoppeld de vereiste kwaliteit van
de gegevens in de polisadministratie. Dit zal ondervangen kunnen worden door prestatieafspra-
ken voor deze processen te maken.
De inspectie stelt vast dat voor de buiten het normenkader gehouden (deel)processen kwali-
teitsborgende maatregelen zijn benoemd. Het tijdpad van implementatie van deze maatregelen
verdient nog nadere uitwerking.
De inspectie constateert dat Belastingdienst en UWV de inspanningsverplichting voor het bor-
gen van de kwaliteit van de gegevens in de loonaangifteketen nader moeten concretiseren.
Inhoud normenkader
De inspectie constateert dat de norm voor het aanvullend uitvragen van jaarloongegevens bij
inhoudingsplichtigen beperkt is tot de fiscale jaarloongegevens. De inspectie mist een afzon-
derlijke norm betreffende uitval van collectieve en nominatieve gegevens, zowel op technisch
als inhoudelijk niveau. Deze te ontwikkelen norm moet in relatie worden gezien met (de stu-
ring op) preventieve maatregelen/processen die de kwaliteit van de aangeleverde gegevens
door inhoudingplichtigen moet verhogen, zoals versterking van de communicatie met inhou-
dingsplichtigen en softwareleveranciers.
5 Integrale probleemanalyse Loonaangifteketen, Kamerstukken II 2007/08, 31066 en 28219, nr. 14.
4/5
Ons kenmerk 2008/1076
De inspectie merkt verder op dat als vervolgstap:
- onderdelen, zoals opslag, uitval van gegevens en signaalafhandeling, nader worden gecon-
cretiseerd;
- van een aantal normen de uitwerking tussen hoofdnorm, onderliggende eisen en subnormen
en meetinstrumentarium nader wordt bezien;
- normen vervolgens `smart' en eenduidig worden geformuleerd, en
- het meetinstrumentarium nader uitgewerkt wordt.
Het plan van aanpak voor de implementatie van de functionele metingen is nog niet opgesteld.
Groeipad
Voor het operationaliseren van de kwaliteitseisen, prestatie-indicatoren en normen heeft de
inspectie vernomen dat een groeipad wordt opgesteld. Het groeipad bevat in eerste instantie het
ambitieniveau voor de werkende keten, waarbij een onderscheid wordt gemaakt in het tijdpad
voor het realiseren en in gebruik nemen van de processen en systemen (de `pijpleidingen') en
het tijdpad voor het bereiken van het benodigde kwaliteitsniveau van de gegevens in de polis-
administratie.
De inspectie stelt vast dat dit groeipad nog niet is opgesteld.
Hoogachtend,
Wnd. inspecteur-generaal Werk en Inkomen
(mr. H. Zeilstra)
5/5
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid