Verslag Landbouw- en Visserijraad 14 april 2008
25 april 2008 - kamerstuk
Kamerbrief met de uitkomsten van de raad waar onder meer is gesproken
over: kabeljauwquota voor Polen, herstelplan blauwvistonijn, kabeljauw
in de Keltische zee, ontsmetting Amerikaans pluimveevlees.
Meer informatie
* Verslag Landbouw- en Visserijraad14 april 2008
Kamerstuk | 25-04-2008 | PDF-Document, 86 kB
Voor downloaden van PDF-bestanden:
Zie het origineel
Directie Internationale Zaken
Geachte Voorzitter,
In deze brief informeer ik u over de uitkomsten van de Landbouw- en Visserijraad die op
14 april jl. in Luxemburg plaatsvond.
De Raad ving aan met verschillende visserijpunten. De Raad paste de kabeljauwquota voor
Polen aan en discussieerde over reikwijdte, voorgestelde certificering en sanctionering in
het kader van illegale, niet-gerapporteerde en niet-gereguleerde visserij. Vervolgens heeft
de Europese Commissie haar voorstel inzake de herziening van het kabeljauwherstelplan
gepresenteerd.
Onder het agendapunt 'diversen' kwamen meerdere punten aan bod. De Commissaris
informeerde de Raad over het Actieplan voor vereenvoudiging van het Gemeenschappelijk
Visserij Beleid (GVB), over het nieuwe visserijprotocol tussen de Europese Unie en
Mauritanië en over het herstelplan voor blauwvintonijn. Op verzoek van Frankrijk werd de
kabeljauw in de Keltische Zee besproken. Op landbouwgebied kwam onder 'diversen' de
stand van zaken van de WTO-onderhandelingen aan bod, alsmede de FAO-conferentie
over wereldvoedselzekerheid, klimaatverandering en bio-energie en de regionale
Europese FAO-conferentie. Daarna vroeg de Portugese delegatie aandacht voor de maatregelen
met betrekking tot blauwtong, de Franse voor de chemische ontsmetting met
chloor van Amerikaans pluimveevlees en voor de moeilijke situatie in de varkenssector.
Aanpassing kabeljauwquota voor Polen in de Baltische Zee
(Aanname)
De Raad heeft een besluit genomen over de door de Europese Commissie voorgestelde
kortingsregeling over een periode van vier jaar voor de kabeljauwquota voor Polen.
Daarbij is van verschillende kanten erop gewezen dat het hier om een eenmalige zaak
gaat en dat Polen haar visserij zal sluiten als de quotagrenzen zijn bereikt. De Commissie
heeft aangegeven daar nauwlettend op toe te zien.
Bestrijding illegale, niet-gerapporteerde en niet-gereguleerde visserij
(Discussie)
De Raad heeft een oriënterend debat gevoerd over het voorstel inzake de IUU (Illegal,
Unreported and Unregulated)-visserij. Daarbij zijn de reikwijdte van het voorstel, de
voorgestelde certificering en de sanctionering aan de orde gekomen.
Ik heb de door de Europese Commissie voorgestelde aanpak van de IUU-visserij gesteund.
Het is een belangrijke stap op weg naar herstel van de visbestanden. Ik heb daarbij ook
gewezen op het stimuleren van de eigen verantwoordelijkheid van private partijen. Dit
kan in een aantal gevallen meer effectief zijn en leiden tot een groter draagvlak bij het
bedrijfsleven om alleen met legale producten te werken. Positief is dat het voorstel
appelleert aan de verantwoordelijkheid van de vlaggenstaten. Zij moeten immers garanderen
dat de geïmporteerde vis legaal is. Ten aanzien van de reikwijdte, de administratieve
en uitvoeringslasten alsmede het voorgestelde sanctieregime heb ik erop gewezen
dat het Commissievoorstel op onderdelen moet worden aangepast.
In de Raad bleek een brede meerderheid dezelfde opvattingen te hebben en de reikwijdte
van het voorstel te willen beperken tot vaartuigen uit derde landen. Voor de EU-vissers
vormt immers de controleverordening het kader. Toepassing van deze verandering zou
daarmee dubbelop zijn. Van diverse zijde werden ook zorgen geuit over de administratieve
en uitvoeringslasten en werden suggesties gedaan om te komen tot meer effectieve
en efficiënte systemen. Het onderdeel van het voorstel met betrekking tot sancties kon
nauwelijks op steun in de Raad rekenen.
De Commissaris gaf in zijn toelichting en reactie aan dat de EU pas geloofwaardig is als
ook maatregelen tegen de EU-vissers worden genomen. Hij erkende dat het voorgestelde
registratiesysteem weliswaar omvangrijk is, maar noodzakelijk om een halt aan de IUUvisserij
toe te roepen. Ook het voorgestelde sanctiemechanisme achtte hij nodig om de
lidstaten daarmee in staat te stellen op te treden tegen de IUU-visserij.
De Raad van juni zal naar verwachting terugkomen op het voorstel over de IUU-visserij.
Herstelplan kabeljauwbestand
(Gedachtewisseling)
De Europese Commissie heeft haar voorstel inzake de herziening van het kabeljauwherstelplan
gepresenteerd. Het voorstel bevat naast de doelstellingen in het kabeljauwbeheer
ook bepalingen over het beheer van de visserij-inspanning in de Noordzee. De
Commissaris acht besluitvorming eind dit jaar noodzakelijk.
In de Raad heeft een korte eerste gedachtewisseling plaatsgevonden. In mijn eerste
reactie heb ik zorgen geuit over de situatie van de kabeljauwbestanden. Het huidige
herstelplan heeft niet gebracht wat ik hoopte. Ik heb aangegeven dat voor de Nederlandse
situatie met name het regime voor de visserij-inspanning, het zogenoemde zeedagensysteem,
het belangrijkste onderdeel vormt. De voorgestelde vereenvoudiging, waarbij
elke lidstaat een grotere verantwoordelijkheid krijgt bij het beheer van de visserij-inspanning,
is positief. Ook is het systeem transparant. Vistuigen waarmee niet of nauwelijks
kabeljauw wordt gevangen worden niet meer gekort op zeedagen.
Ik heb mijn teleurstelling geuit dat het inspanningsregime voor de Noordzee gekoppeld
blijft aan het kabeljauwherstel. Ik had liever een apart, toegesneden systeem voor de
Noordzee gezien. Ook heb ik aangegeven dat mijn oordeel vooral zal afhangen van de
mate waarin bepaalde vloten met een niet gerichte kabeljauwvisserij moeten bijdragen
aan het kabeljauwherstel.
De interventies van de meest betrokken lidstaten waren kritisch en gematigd positief.
Daarbij werd ook ingegaan op de problematiek van gemengde visserijen, waarbij kabeljauw
als bijvangst geldt. De opvatting van de Commissaris dat besluitvorming dit jaar
noodzakelijk is, werd breed gedeeld.
Diversen
a) Vereenvoudiging van regelgeving van het GVB
(Informatie van de Commissie)
De Europese Commissie heeft de Raad, zoals elk halfjaar, geïnformeerd over de stand van
zaken van de voortgang van de vereenvoudiging van de regelgeving op het terrein van het
Gemeenschappelijk Visserijbeleid. In mijn interventie heb ik gewezen op de noodzaak om
het vereenvoudigingproces ook na het jaar 2008 voort te zetten. Dan loopt het huidige
Actieplan immers ten einde. Ook heb ik een oproep gedaan om bij nieuwe Commissievoorstellen
meer aandacht te schenken aan eenvoud, zeker in de uitvoering, controleerbaarheid
en handhaafbaarheid. De Commissaris heeft in zijn reactie aangegeven hier
rekening mee te zullen houden.
b) Visserijprotocol met Mauritanië
(Informatie van de Commissie)
De Europese Commissie heeft de Raad geïnformeerd over het onlangs met Mauritanië
overeengekomen nieuwe visserijprotocol voor de periode van 1 augustus 2008 tot 31 juli
2012. Voor de meest betrokken lidstaten zijn de uitkomsten van de onderhandelingen met
Mauritanië bevredigend. Ik heb benadrukt dat de afgesproken flexibiliteit met betrekking
tot de vangstmogelijkheden positief is en dat flexibiliteit nodig is bij de interne EU-implementatie
van de afspraken met Mauritanië.
c) Herstelplan blauwvintonijn
(Informatie van de Commissie)
De Commissaris heeft de Raad herinnerd aan de in het kader van het herstelplan blauwvintonijn
gemaakte afspraken in de ICCAT (internationale beheerorganisatie Atlantische
tonijn) en rekent op de volledige medewerking van de lidstaten. De Commissie zal nauwlettend
op de uitvoering toezien.
d) Kabeljauw in de Keltische zee
(verzoek Franse delegatie)
De Franse delegatie heeft met verwijzing naar de afspraken in de Raad van december jl.
gewezen op de ontwikkelingen in dit bestand en acht op basis van de haar ter beschikking
staande biologische informatie een aanpassing van de totaal toegestane vangsthoeveelheid
(TAC) mogelijk. Zij heeft de Commissie verzocht zo spoedig mogelijk advies in te
winnen. De Commissie zal zich hierover verder buigen.
e) WTO
(Informatie van de Commissie)
De Commissaris heeft, zoals gebruikelijk, de Raad bijgepraat over de WTO-onderhandelingen.
Fischer Boel gaf aan dat er op dit moment belangrijke ontwikkelingen gaande zijn
in de Doha-ronde. De belangrijke actoren komen steeds dichter bij elkaar. De Commissaris
gaf aan dat in Genève de hoop heerst dat er aan het eind van de maand nieuwe onderhandelingsteksten
beschikbaar komen, hetgeen zou kunnen resulteren in een ministeriële
conferentie half mei. Een grote groep lidstaten liet een kritisch geluid horen en wees op
het ongebalanceerde karakter van de tekst zoals die er nu ligt.
Ik heb aangegeven verheugd te zijn dat de Raad voor Algemene Zaken en Externe
Betrekkingen (RAZEB) recentelijk een duidelijk en consistent signaal heeft afgegeven.
De RAZEB heeft immers unaniem geconcludeerd dat verdere verbeteringen in de onderhandelingsteksten
nodig zijn om het onderhandelingsproces in Genève verder te brengen.
Ook heeft de RAZEB het belang benadrukt van het behalen van een alomvattende, ambitieuze
en gebalanceerde uitkomst binnen én tussen de pijlers van de Doha-ronde. Zo'n
akkoord moet rekening houden met onze defensieve en offensieve belangen en tevens
recht doen aan de ontwikkelingsdimensie van deze ronde. Ik gaf aan dat het lijkt dat we
op een cruciaal punt van de onderhandelingen zijn aanbeland en dat het om die reden van
groot belang is om - ondanks wellicht verschillende deelbelangen - nu gezamenlijk een
krachtig signaal af te geven.
Voorts gaf ik aan dat parallelliteit bij de uitfasering van exportsteun voor Nederland van
groot belang is. In dat verband onderstreepte ik het belang van uitfasering van exportsubsidies
op basis van budgettaire beperkingen.
Net als tijdens eerdere Raden heb ik aangegeven dat er in de markttoegangsonderhandelingen
bij de keuze van gevoelige producten rekening moet worden gehouden met
dierenwelzijngevoelige producten in de laagste tariefbanden. De invoercontingenten, die
ter compensatie moeten worden geboden als deze producten het predikaat 'gevoelig'
krijgen, dienen zo beperkt mogelijk van omvang te zijn. Ook heb ik aangegeven zorgen te
hebben over het mogelijk geheel verdwijnen van de bestaande speciale vrijwaringsclausule
(SSG) voor suiker.
Ten slotte heb ik aandacht gevraagd voor de definitie van de groene box zoals die nu in
Genève voorligt. Die baart zorgen. We moeten er namelijk voor zorgen dat ons hervormde
GLB niet ter discussie komt te staan in WTO-verband. Ook heb ik opnieuw aandacht
gevraagd voor non-trade concerns (NTC), zowel in deze WTO-ronde als in toekomstige
onderhandelingen.
Tijdens een Algemeen Overleg van 16 januari jl. heb ik aangegeven uw Kamer te zullen
informeren over wetenschappelijke rapporten die nadere details verschaffen over de
sociaal-economische gevolgen voor de landbouwsector van de lopende WTO-onderhandelingen.
In dat verband wil ik uw aandacht vestigen op een tweetal rapporten van het Landbouw
Economisch Instituut (LEI), getiteld "Economic Benefits of the Doha round for the
Netherlands" en "Agricultural market acces proposals in the Doha Round: Dutch agro-food
interests"1. Ook heeft het Zweedse "Kommerskollegium" een interessante analyse verricht
met de titel "Economic implications of the Doha round"2. In algemene zin wordt daarin
geconcludeerd dat verdere vrijmaking van de wereldhandel voor veel sectoren per saldo
voordelen oplevert en leidt tot groei van het nationaal inkomen van Nederland. Op het
gebied van agrarische markttoegang wordt geconstateerd dat voor een aantal producten
invoerprijzen beneden het Europese prijsniveau kunnen komen. De mate waarin dat
gebeurt, is volgens de onderzoekers echter onder andere afhankelijk van de definitieve
onderhandelingsuitkomst op het gebied van gevoelige producten en speciale vrijwaringsregels.
Beide onderwerpen zijn nog niet tot in detail uitgewerkt in de nu voorliggende
onderhandelingsteksten.
f) FAO high level conferentie over wereldvoedselzekerheid, klimaatverandering en
bio-energie, juni 2008, Rome
(Verzoek Sloveens Voorzitterschap)
Het Voorzitterschap kondigde aan dat er van 3 tot 5 juni in Rome een conferentie over
wereldvoedselzekerheid, klimaatverandering en bio-energie plaatsvindt. Diverse lidstaten
juichten dit initiatief van de FAO toe. De rol van de land- en bosbouw, en de visserij in
relatie tot de klimaatdiscussie is immers zeer relevant. Deze sectoren worden beïnvloed
door de klimaatverandering, maar hebben zelf ook invloed op deze klimaatverandering.
Frankrijk gaf aan dat dit onderwerp tijdens het Franse voorzitterschap een prominente
plek op de agenda zal krijgen.
Ik heb aangegeven dat ik verheugd ben dat de FAO deze conferentie organiseert en dat ik
zal deelnemen aan deze conferentie. De discussie over voedselprijzen is nauw verbonden
met de discussie over productie voor de 'mond' of voor de 'motor'. In mijn ogen moet de
'mond' in dit geval prioriteit krijgen. Ik gaf aan dat we wereldwijd meer moeten investeren
in duurzame ontwikkeling, met name in ontwikkelingslanden. Landbouw moet daartoe
een groter aandeel krijgen in de wereldwijde budgetten voor ontwikkelingssamenwerking.
Ook zie ik een verband met milieuvraagstukken als ontbossing en het verlies aan
biodiversiteit. Om deze problemen het hoofd te bieden moeten we dit in samenhang
bekijken en inzetten op nieuwe technologieën. Zoals ik eerder heb toegezegd, zal ik de
agenda en de kabinetsinzet voor de high level-conferentie aan uw Kamer sturen.
g) FAO Regionale Conferentie voor Europa, juni 2008, Innsbruck
(Verzoek Oostenrijkse delegatie)
De Oostenrijkse delegatie wees op de Regionale Conferentie van de FAO voor Europa die
in juni in Innsbruck georganiseerd zal worden. Nederland zal een delegatie op hoogambtelijk
niveau afvaardigen.
1 Dit rapport is beschikbaar op http://www.lei.wur.nl
2 Dit rapport is beschikbaar op http://www.kommers.se
h) Blauwtong
(Verzoek van de Portugese delegatie)
De Portugese delegatie gaf uitleg over de unilaterale maatregelen die Portugal in de
afgelopen tijd genomen heeft in het kader van de bestrijding van blauwtong. De Portugese
delegatie gaf aan dat de maatregelen worden ingetrokken.
Diverse lidstaten, waaronder Nederland, gaven aan dat de maatregelen van Portugal
begrijpelijk waren, maar dat het land bij voorkeur algemene bepalingen had kunnen
hanteren in plaats van maatregelen van unilaterale aard. Unilaterale afspraken gaan
immers in tegen het vrije handelsverkeer.
i) Chemische ontsmetting met chloor van Amerikaans pluimveevlees
(Verzoek van de Franse delegatie)
De Franse delegatie liet weten dat de chemische ontsmetting met chloor, aan het eind van
de keten, indruist tegen Franse principes. Hygiëne moet in de hele keten gewaarborgd
worden. Bovendien vindt Frankrijk de wetenschappelijke onderbouwingen van deze
praktijk op dit moment onvoldoende. Ook vindt Frankrijk dat deze maatregel indruist
tegen communautaire preferentie. Vele lidstaten sloten zich bij Frankrijk aan.
Ik heb de Nederlandse zorgen geuit. Ik gaf aan dat we microbiële risico's in de hele keten
moeten borgen. Ook gaf ik aan naar de resultaten van het onderzoek van de Europese
voedselveligheidsautoriteit (EFSA) uit te zien. Ik wacht het voorstel van de Commissie af.
j) Situatie op de markt voor varkensvlees
(Verzoek Franse delegatie)
De Franse delegatie stelde de moeilijke situatie op de markt voor varkensvlees aan de
orde. Frankrijk gaf aan dat er communautaire inspanningen geleverd moeten worden om
de varkenshouders uit de crisis te halen waar ze nu in zitten. De Franse delegatie gaf aan
restituties nog steeds nodig te vinden. Meerdere lidstaten gaven aan zich hierbij aan te
kunnen sluiten. De Commissie volgt de situatie op de voet en is niet van plan op korte
termijn het huidige beleid te wijzigen.
A-punten
In de bijlage treft u een overzicht aan van A-punten die de Raad zonder discussie heeft
aangenomen.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
Bijlage
De volgende punten heeft de Raad als A-punt aangenomen, dat wil zeggen zonder
discussie.
1. Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr.
1234/2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en
specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten ("integrale GMOverordening");
2. Aanbeveling van de Commissie aan de Raad om de Commissie te machtigen tot
onderhandelingen over de voor de leveringsperioden 1 juli 2008-30 juni 2009 en 1 juli
2009-30 september 2009 geldende gegarandeerde prijzen voor rietsuiker van
oorsprong uit de ACS-staten als bedoeld in Protocol nr. 3 van bijlage V bij de ACS-EGpartnerschapsovereenkomst
en uit India;
3. Europees Economisch en Sociaal Comité, benoeming van mevrouw Heidi Lougheed
(IE);
4. Ontwerp-verordening van de Commissie tot wijziging van Verordening (EG) nr.
716/2007 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de communautaire
statistiek van de structuur en de activiteit van buitenlandse filialen, wat de definities
van kenmerken en de tenuitvoerlegging van de NACE Rev. 2 betreft. Besluit geen
bezwaar te maken tegen de ontwerp-maatregel van de Commissie;
5. Aanneming van een verordening van de Raad tot uitvoering van Verordening (EG) nr.
1177/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 16 juni 2003 inzake de
communautaire statistiek van inkomens en levensomstandigheden (EU-SILC), wat de
lijst van secundaire doelvariabelen voor 2009 betreffende materiële deprivatie betreft;
6. Raad van bestuur van het Europees Centrum voor de ontwikkeling van de
beroepsopleiding (CEDEFOP), benoeming van mevrouw María José Garijo Equiza (SP),
in de categorie regeringsvertegenwoordigers; de heer Peter van IJsselmuiden (NL), in
de categorie regeringsvertegenwoordigers;
7. Aanbeveling van de Commissie aan de Raad om de Commissie te machtigen
onderhandelingen te openen over een multilaterale handelsovereenkomst ter
bestrijding van namaak;
8. Besluit van de Raad houdende wijziging van Besluit 2000/265/EG van de Raad van
27maart2000 houdende vaststelling van een financieel reglement met betrekking tot
de budgettaire aspecten van het beheer door de plaatsvervangend secretaris-generaal
van de Raad van de overeenkomsten die deze sluit namens bepaalde lidstaten met
betrekking tot de installatie en de werking van de communicatie-infrastructuur voor
de Schengenomgeving "SISNET";
9. Voorbereiding van de twaalfde Conferentie van de Verenigde Naties voor handel en
ontwikkeling (UNCTAD XII);
10. Verslag van het bestuur van de EVDA over de activiteiten en vooruitzichten van de
EVDA (Artikel 13-verslag);
11. Gemeenschappelijk Optreden van de Raad houdende wijziging en verlenging van
Gemeenschappelijk Optreden 2005/190/GBVB inzake de geïntegreerde
rechtsstaatmissie van de Europese Unie voor Irak, EUJUSTLEX;
12. Voorstel voor kredietoverschrijving nr. DEC6/2008 binnen afdeling III - Commissie - van
de algemene begroting voor het begrotingsjaar 2008 (VU);
13. Gemeenschappelijk optreden van de Raad ter ondersteuning van de activiteiten van de
Wereldgezondheidsorganisatie op het gebied van de bioveiligheid en -beveiliging in
laboratoria in het kader van de strategie van de Europese Unie ter bestrijding van de
verspreiding van massavernietigingswapens;
14. Gemeenschappelijk optreden van de Raad ter ondersteuning van activiteiten van de
IAEA op het gebied van nucleaire veiligheid en verificatie en ter uitvoering van de EUstrategie
tegen de verspreiding van massavernietigingswapens;
15. Europees-mediterraan partnerschap, conclusies van de Conferentie van de ministers
van Cultuur van het Europees-mediterraan partnerschap (Athene, 29-30 mei 2008);
16. Aanneming van een besluit van de Raad - Wijziging van Besluit 2005/321/EG tot
afsluiting van de procedure van overleg met de Republiek Guinee overeenkomstig
artikel 96 van de Overeenkomst van Cotonou;
17. Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de
luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa (WB + V) (tweede lezing), goedkeuring
van de amendementen van het Europees Parlement.
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit