ChristenUnie
Bijdrage debat over het akkoord met Brazilië inzake
biobrandstoffen
Bijdrage debat over het akkoord met Brazilië inzake biobrandstoffen
woensdag 23 april 2008 10:18
De heer Cramer (ChristenUnie): Voorzitter. De directe aanleiding voor
dit debat is het akkoord dat met Brazilië is gesloten over de
biobrandstoffen. Mijn fractie hecht zeer aan de ontwikkeling en het
gebruiken van alternatieve, duurzame energie, maar dan wel duurzaam
dus. Dat criterium is wat de fractie van de ChristenUnie betreft
onvoldoende uitgewerkt in het memorandum of understanding. Mijn
fractie wil dat de duurzaamheidscriteria als keiharde voorwaarden
worden opgenomen in het werkprogramma dat voortvloeit uit het
memorandum. In het uitwerkingsprogramma moet aandacht worden besteed
aan het voorkomen van negatieve gevolgen van grootschalige productie
van biobrandstoffen voor mens en natuur: geen "groene" benzine die
alsnog ten koste gaat van groen elders; geen "groene" benzine ten
gunste van ons welzijn en ten koste van het welzijn van de mensen in
Brazilië.
Mijn fractie hoort daarnaast graag hoe de regering dit denkt te gaan
monitoren. Zal bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt van onafhankelijke
middelen, bijvoorbeeld satellietmonitoring, wat betreft het
landgebruik? Daarnaast wil mijn fractie dat wordt ingezet op de tweede
generatie in plaats van op de eerste generatie -- collega Jansen sprak
daarover ook al -- omdat dan de concurrentie met voedsel sowieso wordt
voorkomen. Hoe verhoudt dit zich tot het akkoord met Brazilië?
Een akkoord over biobrandstoffen in deze tijd van voedselcrisis is
vragen om vragen, niet alleen over duurzaamheid. Er zijn mensen die op
dit moment hun maag niet kunnen vullen, terwijl wij westerlingen
discussiëren over het vullen van onze wagens. Dat doet zeer. Laat
duidelijk zijn dat, wanneer de vraag naar biobrandstoffen concurreert
met de vraag naar voedsel, het voor de fractie van de ChristenUnie
duidelijk is dat voedsel voor benzine gaat. Hoewel zij zeer met elkaar
te maken hebben, kan mijn fractie het voedseltekort niet een-op-een
relateren met de toegenomen vraag naar biobrandstoffen. Natuurlijk
speelt het mee, met name in Zuid-Amerika; denk aan de tortillacrisis
in Mexico. Daarnaast hebben wij echter te maken met een groot tekort
aan rijst en een stijgende vraag in China en India, gestegen
marktprijzen, grote droogte en extreme natheid. Dit houdt niet
allemaal direct verband met de vraag naar biobrandstoffen.
Complexe materie dus! Het lijkt mijn fractie daarom van groot belang
dat wij inzicht hebben in de vraag hoe het wereldvoedselvraagstuk zich
verhoudt tot de alternatieve aanwending van voedselgewassen. Kan de
minister aangeven hoe zij dat ziet, ook in relatie tot de uitwerking
van dit memorandum?
Wel gekoppeld aan de voedselcrisis is het verdelingsvraagstuk; zeg
maar gerust ongelijke verdeling. Uit allerlei rapporten blijkt dat er
genoeg voedsel is voor iedereen, nu en ook in de toekomst, als wij het
maar eerlijk verdelen en als wij maar investeren in de landbouw, ook
in ontwikkelingslanden. De ChristenUnie kijkt daarom uit naar de
gezamenlijke notitie van de ministers Koenders en Verburg op dit punt.
Ik rond af. Voor ons westerlingen is voedselvoorziening al jaren geen
punt van echte zorg meer. Laat dat ook voor de rest van de wereld geen
echte zorg meer zijn. Vandaar mijn vragen over de
duurzaamheidscriteria in het werkprogramma.
De voorzitter:
Ik zie drie woordmeldingen. Eerst de heer Madlener.
De heer Madlener (PVV):
Ik hoorde de heer Cramer zeggen: met satellieten moeten wij Brazilië
goed in de gaten houden, want dan kunnen wij ongetwijfeld zien of zij
daar bomen kappen. Hebt u wel eens een satellietfoto van Nederland
gezien?
De heer Cramer (ChristenUnie):
Ja zeker.
De heer Madlener (PVV):
Hoe vindt u het dat wij, als land dat al ons bos zo'n beetje gekapt
heeft op een stukje Veluwe na, met ons vingertje gaan wijzen naar
Brazilië, dat nog zo veel over heeft?
De heer Cramer (ChristenUnie):
Daarom spant de ChristenUnie zich buitengewoon in voor een goede
Natura 2000 en herstel van de EHS.
De voorzitter:
Mevrouw Neppérus.
Mevrouw Neppérus (VVD):
Ik hoor de heer Cramer uitgebreid opmerkingen maken hoe hij aankijkt
tegen biologische brandstof en tegen voedselprijzen. Wat vindt u dan
van dit akkoord? Daar moet u dan toch echt moeite mee hebben. U
spreekt alleen maar over "uitwerken", maar ik neem toch aan dat u
moeite hebt met de basis, namelijk dat je zo'n akkoord sluit.
De heer Cramer (ChristenUnie):
Ik vind dat het sluiten van het akkoord voor een belangrijk deel hoort
bij de taak van de regering op het gebied van internationale
verhoudingen. Maar het is goed dat wij er nu in de Kamer over spreken.
Ik sluit mij aan bij de heer Vendrik, omdat de duurzaamheidscriteria
ook voor mij een belangrijk gemis zijn in dit akkoord. Ik heb gezegd
dat de duurzaamheidscriteria een belangrijke rol spelen bij de
uitwerking; ik verwacht ook een toezegging van de ministers. Komen die
er niet, dan heb ik grote problemen met dit akkoord. Maar dat was
volgens mij al duidelijk geworden uit mijn bijdrage.
De voorzitter:
De heer Vendrik.
De heer Vendrik (GroenLinks):
Dat laatste is goed om te horen. Het klonk weer een tandje scherper
dan zojuist, dus dat is winst. Is het ook de opvatting van de
ChristenUnie dat dit kabinet nu halt moet houden met bijvoorbeeld de
bestaande importheffing op bio-ethanol met voorrang af te schaffen en
dat ook in Europa te bepleiten, maar dat wij eerst ordelijk het debat
moeten voeren over te stellen duurzaamheidscriteria die effectief
moeten zijn enzovoort en dat wij dan pas toekomen aan een eventueel
debat over de vraag welke marktordening daarbij hoort?
De heer Cramer (ChristenUnie):
Ik vind dat de heer Vendrik een goed punt heeft. Er zal gegarandeerd
een motie over komen, want wij kunnen in deze Kamer niets meer zonder
moties. Ik vind het wel een belangrijk punt en ben ook heel benieuwd
naar het serieuze antwoord van de regering hierop. Als wij
biobrandstoffen willen gebruiken, moeten wij er inderdaad serieus naar
kijken. Het is mijn waarneming dat de tweede generatie biobrandstoffen
nog niet zo productierijp is dat wij die in voldoende omvang kunnen
hebben. Ik zou er vrede mee kunnen hebben, als je in een
transitieperiode naar die tweede generatie wel degelijk eerste
generatie biobrandstoffen toestaat. Maar dat is dan een
overgangsperiode. Wat de duurzaamheidscriteria betreft, denk ik dat je
daar hoge eisen aan mag en moet stellen.
De heer Vendrik (GroenLinks):
De heer Cramer spreekt over een transitieperiode. Nu luistert het even
nauw. Wij zitten in een periode waarin bio-ethanol wordt ingevoerd in
Europa, zij het nog op bescheiden schaal. Het is de intentie van
tenminste een deel van het kabinet om dat te laten groeien via
Rotterdam. Begrijp ik het nu goed dat de heer Cramer vindt: eerst
komen er duurzaamheidscriteria en dan pas praten wij verder over het
versterken van de economische banden en het eventueel verlagen of
intrekken van importheffingen; dus eerst scherpe duurzaamheidscriteria
die effectief zijn om ervoor te zorgen dat de goede biobrandstof
binnenkomt en de foute buiten de deur blijft?
De heer Cramer (ChristenUnie):
Ik heb dat volgens mij gezegd in mijn bijdrage. Ik zal het herhalen,
want dat is het gemakkelijkste. De ChristenUnie wil graag dat er wordt
ingezet op de tweede generatie in plaats van op de eerste generatie;
hoe verhoudt dit zich tot het akkoord met Brazilië? Volgens mij heb ik
daarmee precies het antwoord gegeven op uw vraag. Ik denk dat je de
eerste generatie kunt toestaan in die transitieperiode, maar dan moet
doorschakelen naar de tweede generatie. In mijn beeld moet je dan niet
al te wilde dingen doen op basis van dit contract door heel grote
economische verbanden op te tuigen. Ik zie dat echt als een
overgangsperiode.
Tweede termijn
De heer Cramer (ChristenUnie):
Voorzitter. Ik dank de bewindspersonen voor hun antwoord. Ik hoor in
hun antwoorden begrip voor de zorg van de Kamer doorklinken bij het
toepassen van de duurzaamheidscriteria. Ik heb het zo verstaan, dat in
de uitwerking van het MoU de duurzaamheidscriteria het vertrekpunt
vormen. Minder kan het niet worden. Dat is winst: er is een helder
standpunt van de regering in dit debat. De ChristenUnie onderschrijft
die helderheid.