Greenpeace zet kettingzaag in hoofdkantoor Unilever
21/04/2008 09:30
St. Greenpeace Nederland
Unilever betrokken bij verwoesting leefgebied orang-oetan
Actievoerders van Greenpeace Nederland takelen vanochtend een enorme kettingzaag in de palen van het hoofdkantoor van Unilever in Rotterdam. Naast het logo van de multinational hangen klimmers een spandoek met de tekst 'Unilever, help het oerbos niet om zeep'. Unilever neemt palmolie af waarvoor het leefgebied van bedreigde diersoorten als de orang-oetan wordt verwoest (1). Deze palmolie belandt in merken als Dove, Omo, Blue Band en Becel. Greenpeace wil dat Unilever zich actief inzet voor een directe stop op het kappen van oerbos en alleen palmolie afneemt van leveranciers die zich niet schuldig maken aan ontbossing.
"Unilever neemt stelling tegen het gebruik van palmolie als biobrandstof, omdat dit ten koste van de oerbossen in Indonesië zal gaan", zegt Hilde Stroot, campagneleider bossen bij Greenpeace. "Unilever zou zich ook druk moeten maken over zijn eigen aandeel in de ontbossing. De multinational is een van de grootste gebruikers van palmolie ter wereld. Het overgrote deel van de palmolie wordt verwerkt in voedsel en cosmetica. Vooralsnog gaat dit zonder enige waarborg van duurzaamheid."
Met een rapport en acties in Nederland, Groot-Britannië en in Italië start Greenpeace vandaag een internationale campagne tegen de ontbossing in Indonesië waar Unilever medeverantwoordelijk voor is. Het rapport 'Burning up Borneo' laat met satellietbeelden en veldwerk zien dat meerdere palmolieleveranciers van Unilever betrokken zijn bij het verdwijnen van het leefgebied van de orang-oetan en bij de verwoesting van koolstofrijke veenbossen. Indonesië staat bekend om het platbranden van deze veenbossen waarbij enorme hoeveelheden CO2 vrijkomen en heeft daardoor na China en de Verenigde Staten de grootste uitstoot van broeikasgassen ter wereld.
Het rapport maakt ook duidelijk hoe verwoestend de groeiende palmoliesector is voor de biodiversiteit. Hongerige orang-oetans die hun leefgebied zijn kwijtgeraakt hangen rond bij plantages en proberen te overleven van jonge oliepalmen. Naar schatting zijn er in 2006 zo'n 1500 orang-oetans gestorven door het verlies van hun leefgebied en door aanvallen van plantagearbeiders. Het gaat hierbij om plantages op Kalimantan van leveranciers met een directe link naar Unilever (2).
Unilever is voorzitter van de Ronde Tafel voor Duurzame Palmolie (RSPO), een vrijwillig initiatief om de problemen met palmolie aan te pakken. Sinds de oprichting van dit orgaan is er echter geen boom minder gekapt. De RSPO wil een vrijwillig certificeringssysteem in het leven roepen en wekt daarmee de schijn van duurzaamheid, maar de lucratieve praktijk om oerbos te verwoesten voor palmolie wordt vooralsnog geenszins aangepakt. Er zijn juist uitbreidingsplannen voor plantages in bosgebieden.
"Het tempo waarin de ontbossing gaat is onvoorstelbaar. Ieder uur verdwijnen er in Indonesië maar liefst 300 voetbalvelden bos. De grootste drijvende kracht hierachter is de vraag naar palmolie", zegt Stroot. "Unilever is in de positie om in Indonesië daadwerkelijk iets te veranderen. Als het bedrijf zijn duurzame en groene profiel waar wil maken, moet het zich publiekelijk uitspreken voor een stop op verdere ontbossing en geen palmolie meer gebruiken waarvoor regenwoud is vernietigd."
http://www.greenpeace.nl