Ministerie van Defensie

KAMERVRAGEN EN ANTWOORDEN

18-04-2008
Kamervragen over onvoldoende bescherming van Nederlandse militairen op patrouille in Afghanistan
Vraagsteller: Leden De Roon en Brinkman (PVV)

Hierbij bied ik u de antwoorden aan op vragen van de leden De Roon en Brinkman (PVV) over onvoldoende bescherming van Nederlandse militairen op patrouille in Afghanistan (ingezonden 1 april 2008 met kenmerk 2070816360).

DE MINISTER VAN DEFENSIE,

E. van Middelkoop

bescherming van Nederlandse militairen op patrouille in Afghanistan | 21 kB

18 april 2008
Ons kenmerk D/2008010325
Onderwerp Kamervragen over onvoldoende bescherming van Nederlandse militairen op patrouille in Afghanistan (2070816360)
Ministerie van Defensie
Postbus 20701
2500 ES Den Haag
Telefoon (070) 318 81 88
Fax (070) 318 78 88
Pagina 1/3

Hierbij bied ik u de antwoorden aan op vragen van de leden De Roon en Brinkman (PVV) over onvoldoende bescherming van Nederlandse militairen op patrouille in Afghanistan (ingezonden 1 april 2008 met kenmerk 2070816360).
DE MINISTER VAN DEFENSIE
E. van Middelkoop
Ministerie van Defensie
Pagina 2/3
Antwoorden op vragen van de leden De Roon en Brinkman (PVV) over onvoldoende bescherming van Nederlandse militairen op patrouille in Afghanistan (ingezonden 1 april 2008 met kenmerk 2070816360)
1. Heeft u kennisgenomen van het bericht "Ronald zou nog één keer op patrouille in Uruzgan gaan"?1
Ja.
2. Waarom is het niet mogelijk dat, terwijl het gebruik van bermbommen een welbekend strijdmiddel is van de Taliban, Nederlandse militairen in Uruzgan patrouilles uitvoeren in afdoende gepantserde voertuigen (Bushmasters) en niet in te lichte voertuigen (Fenneks)?
3. Deelt u de mening dat als dat nu niet mogelijk is, er zo snel mogelijk meer afdoende gepantserde voertuigen aan de Nederlandse militairen in Uruzgan ter beschikking moeten worden gesteld, bijvoorbeeld door aanschaf van extra Bushmasters of desnoods door "lenen" van adequaat gepantserde voertuigen van bondgenoten? Wat gaat u doen om dat te realiseren? 4. Deelt u de mening dat als een afdoende bescherming tegen bermbommen van Nederlandse militairen op patrouille in Afghanistan niet realiseerbaar is op zeer korte termijn, de patrouilles moeten worden verminderd c.q. desnoods de gehele missie in Uruzgan moet worden gestaakt? Deelt u de mening dat het vermijdbaar in gevaar brengen van levens van Nederlandse militairen onaanvaardbaar is en niet opweegt tegen met de missie in Uruzgan behaalde en nog te behalen resultaten? Zo neen, waarom laat u de balans doorslaan ten nadele van de levens van Nederlandse militairen?
Het spreekt voor zichzelf dat het onnodig in gevaar brengen van levens onaanvaardbaar is. Hiervan is geen sprake en ik herken mij dan ook zeker niet in de 1 Algemeen Dagblad, 1 april 2008
suggestie als zou Defensie de balans laten doorslaan ten nadele van de levens van Nederlandse militairen.
De commandant ter plaatste beschikt over een weloverwogen combinatie van gepantserde voertuigen en kiest het voertuig dat de desbetreffende taak het beste kan uitvoeren. De Bushmaster is bedoeld voor de verplaatsing van militairen. Het is een groot en opvallend voertuig. De Fennek is een modern, klein en minder opvallend voertuig voor verkenningen, met veel sensoren en waarnemingsapparatuur aan boord. Voor de commandant van de Task Force Urugan, die de afweging maakt, is er vanwege de detectiemogelijkheid van de Fennek en gezien de specifieke verkenningsopdrachten geen alternatieve mogelijkheid deze taak met niet-organieke voertuigen als de Bushmaster te laten opereren.
Indien het in verband met de dreiging nodig wordt geacht, en als de opdracht en het terrein daartoe aanleiding geven, wordt genieverkenningscapaciteit aan de verkenningseenheid toegevoegd om eventuele geïmproviseerde explosieven te onderkennen. Dit wordt zowel bij een Fennek als bij een Bushmaster gedaan. Het is helaas niet realistisch te verwachten dat een volledige bescherming tegen geïmproviseerde explosieven kan worden bereikt. Elke methode die, of voertuig dat, wordt ingezet als bescherming tegen explosieven, zal een reactie van de Opposing Militant Forces teweeg brengen; zij zullen snel proberen een andere techniek toe te passen. De oplossing is dan ook niet om meer bepantsering in te zetten. De oplossing ligt veel meer in het opbouwen van contacten met de bevolking. Eén van de redenen dat veel geïmproviseerde explosieven worden gevonden, is namelijk dat de bevolking de kant van de Afghaanse autoriteiten kiest en de militairen wijst op geïmproviseerde explosieven.
Door zo gepantserd mogelijk door een gebied te rijden, komt dit contact niet tot stand en verbetert de situatie niet. Mede door de contacten met de bevolking, en door het uitvoeren van scans voor de voertuigen, zijn de militairen ter plekke in staat veel geïmproviseerde explosieven op te sporen en onschadelijk te maken. Dat zijn er gelukkig veel meer dan die waardoor gewonden vallen.